Kookplaat instellen: Druk op T1 en T2 tegelijkertijd en houd ze ingedrukt. Beide branden om aan te geven dat de kap klaar is om
de ijking van de kookplaatparameter te accepteren.
Druk op T1 om gaskookplaat te kiezen(T1 begint 3 seconden te knipperen om aan te geven dat de kap-parameters ingesteld zijn
voor een gaskookplaat).
Druk op T2 om inductiekookplaat te kiezen (T2 begint 3 seconden te knipperen om aan te geven dat de kap-parameters ingesteld
zijn voor een inductiekookplaat).
T5. WERKING IN "ZEN-MODUS"
Druk om de "ZEN" afzuigmodus in of uit te schakelen.
Deze functie dient om een afzuigsnelheid in te schakelen die perfect gebalanceerd is tussen stilte en efficiëntie.
T6. VET/KOOLSTOFFILTER ALARM/RESET
De kap signaleert regelmatig de behoefte om de filter te onderhouden.
Let op: De indicators functioneren alleen wanneer de kap aangezet is.
T6 brandt: Voer onderhoud uit aan de vetfilter.
T6 knippert: voer onderhoud uit aan het koolstoffilter.
De indicatoren van filterverzadiging resetten:
Let op: Dit moet uitgevoerd worden als de kap ingeschakeld is.
Druk op T6 en houd ingedrukt
Let op: T6 en kap worden uitgeschakeld om aan te geven dat het alarm is gereset.
De reset van de vetfilter en van de koolstoffilter wordt uitgevoerd met dezelfde toets. Als beide filteralarmen geactiveerd zijn, voert
de resetprocedure de reset van de tellers na elkaar uit, met prioriteit van de koolstoffilter.
De indicator van de verzadiging van het koolstoffilter activeren
Let op: Dit moet uitgevoerd worden als de afzuigmotor uitgeschakeld is.
Deze indicator is gewoonlijk uitgeschakeld – houd de toetsen T3 en T7 tegelijkertijd ingedrukt om de functie in te schakelen: Beide
zullen oplichten om activering aan te geven.
Om de functie uit te schakelen houdt u dezelfde toetsen opnieuw ingedrukt: Beide knipperen even en gaan vervolgens uit om de
uitschakeling aan te geven.
T7. HOOFDVERLICHTING AAN/UIT
Druk om de kookplaatverlichting aan of uit te schakelen.
37