6.3
PTZ-voorinstellingen, patrouilles en patronen
instellen
Voordat u begint
Verzeker u ervan dat de voorinstellingen, patrouilles, en patronen worden ondersteund
door PTZ-protocollen.
6.3.1
Voorinstellingen instellen
Doel
Volg deze stappen voor het instellen van de locatie van de voorinstelling waarop u de
PTZ-camera wilt richten wanneer er een gebeurtenis plaatsvindt.
Stap 1: Klik op
PTZ-camera.
Stap 2: Het PTZ-bedieningspaneel wordt aan de rechterkant van de interface
weergegeven.
Stap 3: Gebruik de richtingsknoppen op het PTZ-bedieningspaneel om de camera te
verplaatsen naar de locatie waarop u de voorinstelling wilt instellen. De bediening voor
zoomen en scherpstellen kunnen ook in de voorinstelling worden opgenomen.
Stap 4: Klik in de rechter onderhoek van de liveweergave op
stellen.
Stap 5: Selecteer het nummer van de voorinstelling (1 t/m 255) van de vervolgkeuzelijst.
Stap 6: De naam van de voorinstelling in het tekstveld invoeren.
Stap 7: Klik op Apply om de voorinstelling op te slaan.
Stap 8: Herhaal stappen 2-6 om meer voorinstellingen op te slaan.
Stap 9: (Optioneel) Klik op Cancel om de locatie-informatie van de voorinstelling te
annuleren.
Stap 10: (Optioneel) Klik in de rechter onderhoek van de liveweergave op
geconfigureerde voorinstellingen te bekijken.
Afbeelding 6–4 De geconfigureerd voorinstellingen bekijken
Netwerkvideorecorder - Gebruiksaanwijzing
op de werkbalk snelle instellingen van de liveweergave van de
Afbeelding 6–3 Voorinstellingen instellen
65
om de voorinstelling in te
om de