4. ELEKTRISCHE INSTALLATIE
Werkzaamheden aan elektrische delen mogen uitsluitend door een vakbekwame elektricien worden
uitgevoerd in overeenstemming met de instructies in deze handleiding en conform de van toepassing zijn-
de wettelijke en veiligheidsvoorschriften. Voordat elektrische componenten worden geïnstalleerd:
•
Zorg dat de kast losgekoppeld wordt van de elektriciteitsnet.
•
Indien de kast gedurende lange tijd in een onverwarmde ruimte heeft gestaan, zorg
dan dat er geen condens aan de binnenzijde aanwezig is en controleer of de aan-
sluitingen en elektronische onderdelen van de aansluitingen niet door vocht zijn
beschadigd.
•
Controleer de isolatie van de voedingskabel en andere kabels op beschadiging.
•
Zoek het elektrisch schema van de kast op, dat overeenstemt met het type kast.
4.1. Eisen gesteld aan de elektrische invoer
•
De aansluitgegevens voor de kast zijn 230 VAC, 50Hz.
•
Sluit de kast uitsluitend aan op een geschikte contactdoos met goede aarding die
voldoet aan de veiligheidseisen voor elektrische apparatuur.
•
Het wordt aanbevolen om een AHU op het lichtnet aan te sluiten via een 16 A auto-
matische stroomonderbreker met 30 mA stroomlekbeveiliging (type B of B +).
•
Er wordt aanbevolen om de bedieningskabels ten minste op 20 cm afstand van de
voedingsspanningskabels te leggen om zo het risico op elektromagnetische interfe-
rentie te verminderen.
•
Zoek het elektrisch schema van de kast op, dat overeenstemt met het type kast.
•
Maak aansluitingen niet los door aan stekkerkabels of draden te trekken.
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
DOMEKT C8_ installation manual_24-05
29