3.14 Luchtslangen monteren
Het volgende voorbeeld toont de montage van een luchtslangaansluiting.
ª Schuif eerst de luchtslang iets omhoog.
ª Steek de binnenslang voor de helft over de aansluiting.
ª Dicht de binnenslang op de aansluiting af door het bijgevoegde weef-
band aan te brengen.
ª Plaats de bijgeleverde dichtingsstrook rond de aansluiting.
12
ª Trek de buitenslang over de aansluiting.
ª Bevestig de slang met de bijgeleverde ovalen slangklem.
3.15 Wanddoorvoeren isoleren
Tussen de door de installateur te monteren wanddoorvoeren en het
metselwerk mogen er geen koudebruggen ontstaan. Om condensvorming
in het metselwerk te vermijden, dient u geschikte isolatie aan te brengen
tussen de wanddoorvoeren en het metselwerk. Als alternatief kunt u ook
de geïsoleerde wanddoorvoer AWG 560 gebruiken.
De wanddoorvoer AWG 560 is als toebehoren leverbaar.