Wanneer u een reeks beveiligde afdrukopdrachten afdrukt, kunt u een standaard toegangscode
instellen in de Voorkeursinstellingen voor afdrukken in de printerdriver. Gebruik de standaard
toegangscode voor alle afdrukopdrachten die vanaf die computer worden verzonden. Als u een
andere toegangscode moet gebruiken, kunt u de code onderdrukken in de printerdriver van de
applicatie.
Een beveiligde afdrukopdracht vrijgeven voor afdrukken:
1.
Druk op het bedieningspaneel op de toets Opdrachtstatus.
Selecteer het tabblad Beveiligde afdruk.
2.
3.
Druk op de desbetreffende afdrukopdracht in de lijst en druk vervolgens op Vrijgeven.
4.
Gebruik het toetsenpaneel om de toegangscode in te voeren die u aan de afdrukopdracht hebt
toegewezen.
5.
Druk op Opdracht vrijgeven om te gaan afdrukken.
Proefset
Met het opdrachttype Proefset kunt u een proefexemplaar afdrukken van een opdracht die uit
meerdere exemplaren bestaat, en de overige exemplaren op de printer vasthouden. Nadat u het
proefexemplaar hebt gecontroleerd, kunt u de opdrachtnaam selecteren op het bedieningspaneel
van de printer om de overige exemplaren af te drukken.
De rest van de afdrukken vrijgeven na het afdrukken van een proefset:
1.
Druk op de toets Opdrachtstatus. In het venster Actieve opdrachten verschijnt een lijst met
afdrukopdrachten die in de wachtrij staan.
2.
Druk op de desbetreffende afdrukopdracht in de lijst en druk vervolgens op Vrijgeven om te
gaan afdrukken.
Uitgestelde afdruk
U kunt een afdrukopdracht maximaal 24 uur later dan de oorspronkelijke verzendtijd laten
afdrukken. Voer het tijdstip in waarop u de opdracht wilt afdrukken. Als het door u ingevoerde tijdstip
eerder is dan het tijdstip waarop u de afdrukopdracht verzendt, wordt de opdracht de volgende dag
afgedrukt. Het standaardtijdstip voor uitgesteld afdrukken is middernacht.
Opgeslagen opdracht
Met Opgeslagen opdracht kunt u een afdrukopdracht in een map op de printer opslaan. Via de opties
in het venster Opgeslagen opdrachten kunt u de opdracht opslaan of de opdracht afdrukken en
opslaan voor toekomstig gebruik. U kunt ook de toegang tot de afdrukopdracht als volgt instellen:
Openbaar - er is geen toegangscode nodig en elke gebruiker kan het bestand afdrukken via het
bedieningspaneel van de printer.
Privé - er is een toegangscode vereist, zodat alleen een gebruiker met de toegangscode het
bestand kan afdrukken.
Als u de opgeslagen opdracht niet meer nodig hebt, kunt u de opdracht verwijderen via het
bedieningspaneel van de printer.
Opmerking:
De systeembeheerder moet deze toepassing eerst instellen voordat u deze kunt
gebruiken. Voor meer informatie raadpleegt u de Handleiding voor de systeembeheerder op
www.xerox.com/office/WC75xxdocs
Een opgeslagen opdracht afdrukken:
.
WorkCentre 7500-serie - multifunctionele printer
Handleiding voor de gebruiker
Afdrukken
63