Faxen
4.
Een voorblad opnemen:
a.
Druk op Voorblad > Aan.
b.
Druk op het veld Aan, voer vervolgens de naam van de ontvanger in via het toetsenbord op
het aanraakscherm en druk op Opslaan.
Druk op het veld Van, voer vervolgens de naam van de afzender in via het toetsenbord op
c.
het aanraakscherm en druk op Opslaan.
d.
Als u een opmerking wilt toevoegen, voert u een van de volgende handelingen uit:
Druk op een bestaande opmerking en druk vervolgens op Opslaan.
Druk op een <Beschikbare> opmerking. Druk op Bewerken en voer de tekst in via het
toetsenbord in het aanraakscherm. Druk vervolgens op Opslaan.
Opmerkingen:
Als u een bestaande opmerking wilt verwijderen, drukt u op de opmerking en selecteert u
vervolgens Wissen. Druk op Wissen om de handeling te bevestigen.
Als u een bestaande opmerking wilt bewerken, drukt u op de opmerking en selecteert u
vervolgens Bewerken. Wijzig de opmerking via het toetsenbord op het aanraakscherm en druk
vervolgens op Opslaan.
5.
Wijzig zo nodig de faxscanopties:
a.
Druk op 2-zijdig scannen en selecteer een van de volgende opties in het keuzemenu:
1-zijdig
2-zijdig
2-zijdig, zijde 2 roteren
b.
Druk op Origineelsoort en selecteer een van de volgende opties in het keuzemenu:
Foto en tekst
Foto
Tekst
c.
Druk op Resolutie en selecteer een van de volgende opties in het keuzemenu:
Standaard (200 x 100 dpi)
Fijn (200 dpi)
Zeer fijn (600 dpi)
6.
Selecteer desgewenst meer opties. Voor meer informatie raadpleegt u
selecteren
op pagina 125.
7.
Druk op de groene toets Start. De printer scant de pagina's en verzendt het document zodra alle
pagina's zijn gescand.
124
WorkCentre 7500-serie - multifunctionele printer
Handleiding voor de gebruiker
Interne faxopties