INLEIDING
KENMERKEN ForkSetter™-DISPLAY
Als er een doelknop wordt geselecteerd:
• Licht de knop van de geselecteerde doelpositie op.
• Geven de pijlen de richting aan waarin de vorken (of armen
of contactplaten) zich verplaatsen om de doelpositie te
bereiken.
Wanneer de vorken (of armen of contactplaten) zich in het
bereik van de doelpositie bevinden:
• Licht de knop van de geselecteerde doelpositie groen op.
• Het ForkSetter™-ventiel houdt de stroom tegen gedurende
een vooraf bepaald aantal seconden.
• Na het verstrijken van de ingestelde tijd is het
magneetventiel niet meer bekrachtigd en kunnen de vorken
(of armen of contactplaten) vrij bewegen.
Als er GEEN doelpositie wordt geselecteerd:
• Licht tijdens de verplaatsing van de vorken (of armen of
contactplaten) de knop op die hoort bij de positie waarin de
vorken (of armen of contactplaten) zich bevinden.
3
Indicatie van de richting van de vorken
(of armen of contactplaten)
1200
1000
800
600
De knop van de geselecteerde
doelpositie licht op
De vorken (of armen of
contactplaten) bevinden zich in
de geselecteerde doelpositie
1200
1000
800
600
De vorken (of armen of contactplaten)
bevinden zich in een doelpositie.
1200
1000
800
600
c
c
AC3415.eps
c
c
OK
AC3416.eps
c
c
AC3417.eps
6908281 NL