Bedieningselementen
Afb. 2
1
Hoofdschakelaar Aan/Uit
Om het hele apparaat in en uit te
schakelen.
2
Toets „super"
Dient voor het inschakelen van de
functie superkoelen (zie het
hoofdstuk Superkoelen).
3
Temperatuurindicatie
Koelruimte
De cijfers komen overeen met
de ingestelde temperaturen in
de koelruimte in °C.
4
Temperatuurinsteltoets
koelruimte
Met de toets wordt
de temperatuur van de koelruimte
ingesteld.
Inschakelen van
het apparaat
Het apparaat inschakelen met de
hoofdschakelaar Aan/Uit, afb 2/1.
De temperatuurindicatie knippert,
afb. 2/3, tot in het apparaat de
ingestelde temperatuur is bereikt.
Het apparaat begint te koelen, de
verlichting is ingeschakeld wanneer de
deur open is.
Na het inschakelen kan het een aantal
uren duren voordat de ingestelde
temperatuur is bereikt. Vóór die tijd geen
levensmiddelen in het apparaat leggen.
Aanwijzingen bij het gebruik
De temperatuur in de koelruimte wordt
warmer:
als de deur van het apparaat te vaak
■
geopend werd,
door het inladen van grote
■
hoeveelheden levensmiddelen,
door een hoge
■
omgevingstemperatuur.
nl
79