MAN0905_Uitgave 5_12/13
De detector reageert niet
op de SHC1 Handheld
Interrogator
De detector reageert niet op
HART
Communicatie
®
14. Problemen oplossen
Onjuiste aansluiting (met
mogelijk display van Comms
Error 100)
Onjuiste software
Onjuiste stand (met mogelijk
display van Comms Error 99)
Batterij niet OK
Interferentie van HART
®
-communicatie
HART
-optie is niet
®
geïnstalleerd
Onjuist bestand met
toestelbeschrijving
(Device Description)
Probleem met de ontvangst
van het 4-20 mA-signaal
De detector vertoont een
STORING en de uitvoer is
minder dan 1 mA
HART
-host zoekt een
®
waarde die niet is ingesteld
Searchpoint Optima Plus met optionele HART
1. Controleer of de SHC1 Handheld Interrogator juist op de
DVC100 is aangesloten of dat het SHC Protection Device juist
is aangesloten (raadpleeg het hoofdstuk De SHC1 Handheld
Interrogator gebruiken).
1. De Searchpoint Optima Plus werkt alleen met versie 3v0 of
hoger van de SHC1 Handheld Interrogator-software. Controleer de
softwareversie.
2. Als het niet de juiste versie is, neemt u contact op met
Honeywell Analytics voor de nieuwste versie van de software voor
de SHC1 Handheld Interrogator.
1. Zet de SHC1 Handheld Interrogator aan en controleer het
display. Er moet Optima+ staan (niet Optima of Excel).
2. Als het display onjuist is, moet u de bedrijfsstand veranderen
in Optima+ (raadpleeg het hoofdstuk De SHC1 Handheld
Interrogator gebruiken).
1. Controleer de batterij van de SHC1 Handheld Interrogator.
2. Zo nodig vervangt u de batterij (raadpleeg het hoofdstuk De
SHC1 Handheld Interrogator gebruiken).
De HART
-communicatie krijgt voorrang boven de RS485-
®
communicatie die wordt gebruikt door de SHC1 Handheld
Interrogator. Als de Searchpoint Optima Plus gelijktijdig
wordt gezocht door een HART
communicatiefouten optreden.
1. Controleer of de detector is uitgerust met de optionele HART
Communicatie (het onderdeelnummer eindigt met een H)
1. Controleer of het juiste bestand met de toestelbeschrijving is
geladen en geselecteerd.
1. Controleer de kabels en aansluitingen naar de detector, met
name de 4-20 mA-lussen.
2. Controleer de 4-20 mA-lus op ruis
1. HART
Communicatie functioneert niet als de uitvoerstroom
®
minder is dan 1 mA.
2. Configureer de detector voor een uitvoer van 1 mA bij een
storing (raadpleeg Inbedrijfstelling, De werking van HART
een storing configureren)
Opmerking: Soms is het nodig om de stroom naar de
detector uit en weer in te schakelen en de instelling
tijdens de opwarmperiode van 60 seconden te
veranderen, terwijl de detector op Blokkeren staat.
1. HART
-hosts zoeken gewoonlijk het toesteladres (Device
®
Address), de toesteltag (Device Tag), de zender-id (Transmitter ID)
of de unieke toestel-id (Unique Device ID) om een veldtoestel te
vinden.
2. Verander de instelling zodat toesteladres (Device Address)
wordt gebruikt (dit wordt altijd in de detector ingesteld).
69
Handleiding
2108M0550
-host, kunnen er tijdelijke
®
®
-uitvoer
®
®
tijdens