MAN0905_Uitgave 5_12/13
13. Onderhoud met HART
8. Spoel de externe begassingscel met nulgas tot de gasmeting weer is teruggekeerd naar nul. Druk op
OK voor vrijgave van de 4-20 mA uitgang.
9. Ga terug naar het Welkomscherm.
Opmerking: Als de gaswaarde niet acceptabel is voor de toepassing, voert u opnieuw een nulstelling bij de
Searchpoint Optima Plus uit en herhaalt u de test.
13.6 De Searchpoint Optima Plus weer op nul stellen
Voer opnieuw een nulstelling uit bij de Searchpoint Optima Plus bij een onverwachte reactie op een gastest.
In de meeste gevallen herstelt een nulstelling de nauwkeurigheid en is een volledige bereikkalibratie dus niet
nodig.
Opgelet: Gedurende deze procedure wordt de 4-20 mA-uitvoer automatisch geblokkeerd. Als de
procedure wordt afgebroken, mag de detector niet in de Blokkeren-stand blijven staan.
1. Selecteer Toestelopstelling.
2. Selecteer Kalibreren.
3. Selecteer Gas kalibreren.
4. Het display geeft een waarschuwingsbericht weer. Druk op OK.
5. Zorg ervoor dat er nul gas aanwezig is in de buurt van de Searchpoint Optima Plus. Zo nodig plaatst u
een begassingshuls en presenteert u nulgas.
6. Zodra de gaswaarde op het display stabiel is, drukt u op OK om de nulkalibratie te starten. Wacht ca.
15 seconden. De 4-20 mA-uitvoer wordt nu automatisch geblokkeerd.
7. Het display toont het bericht dat de nulkalibratie is gelukt en biedt aan om zonder een bereikkalibratie
de functie te verlaten. Selecteer Ja en druk op Enter.
8. Het display vermeldt dat de Searchpoint Optima Plus de normale werking zal hervatten. Druk op OK.
9. Ga terug naar het Welkomscherm.
13.7 Kalibratie
De Searchpoint Optima Plus is in de fabriek gekalibreerd en hoeft niet herhaaldelijk gekalibreerd te worden.
Meestal zal een nulstelling alle onnauwkeurigheden van de gaswaarde corrigeren. Het wordt ten sterkste
aangeraden geen bereikkalibratie uit te voeren.
In het onwaarschijnlijke geval dat een bereikkalibratie nodig is, gebruikt u een bus doelgas van ca.
50% FSD, met een nauwkeurigheid van minstens ± 2%.
Opmerking: Searchpoint Optima Plus accepteert een kalibratiegasconcentratie van 30% tot 125% FSD,
maar deze functie is gereserveerd voor speciale toepassingen.
Kalibreer de Searchpoint Optima Plus niet tijdens perioden met een zeer hoge of lage atmosfeerdruk, zeer
veel wind of storm.
Opgelet: de gaswaarden worden tijdens deze procedure gecreëerd. De 4-20 mA-uitvoer wordt
automatisch geblokkeerd. Als de procedure wordt afgebroken, mag de detector niet in de Blokkeren-
stand blijven staan.
Opmerking: De detector moet één uur voorafgaand aan de kalibratie worden ingeschakeld.
Communicatie
64
Searchpoint Optima Plus met optionele HART
®
-uitvoer
®
Handleiding
2108M0550