plaats waar de juiste configuratie te vinden is. We verwachten hier ongewenste discussies die door het
aanpassen van deze tekst voorkomen kunnen worden. Graag anders formuleren.
2.2.1 Een zone definiëren
U moet de taal selecteren waarin de nieuwe naam moet worden geprogrammeerd en ook gebieden aan de zone
toewijzen. U kunt voor elke nieuwe zone een zonetype en zonenaam kiezen. De volgende stappen laten zien hoe
u een zonetype en zonenaam voor een nieuwe zone kunt selecteren.
1.
Ga met de toetsen
2.
Selecteer het zonenummer van de nieuwe zone die u wilt configureren en druk op OK.
3.
Selecteer Zonetype en druk op OK.
4.
Selecteer het gewenste zonetype en druk OK.
5.
Selecteer Zonenaam en druk op OK.
6.
Selecteer de gewenste taal en druk OK. De huidige naam van de zone wordt getoond, bijvoorbeeld Zone 1.
7.
Druk op
tekens in te voeren.
8.
Druk op OK om de wijzigingen te bevestigen.
9.
Het bediendeel laat één pieptoon horen ter bevestiging van de wijziging en keert terug naar Zonenaam.
10. Ga naar Gebieden en druk op OK. Op het LCD-scherm worden de huidige gebieden van de zone vermeld,
bijvoorbeeld 1 2 3 - - - - 8, hetgeen betekent dat 1, 2, 3 en 8 zijn opgenomen in de zone en 4, 5, 6 en 7 niet.
11. Druk op de corresponderende cijfertoets om een gebied toe te voegen of te verwijderen. Druk bijvoorbeeld
op 1 om gebied 1 te verwijderen en op 4 om gebied 4 toe te voegen. Op het scherm staat nu - 2 3 4 - - - 8.
12. Druk op OK om de wijzigingen te bevestigen.
13. Het bediendeel laat één pieptoon horen ter bevestiging van de wijziging en keert terug naar Gebieden.
2.2.2 Zone-instellingen kopiëren
U kunt de instellingen van een zone kopiëren naar een andere zone of verschillende andere zones. Alle zone-
instellingen (behalve de door de gebruiker ingevoerde zonenaam en RF-instellingen) worden naar de doelzones
gekopieerd. De onderstaande stappen laten zien hoe u de instellingen van een zone naar een andere kunt
kopiëren.
1.
Ga met de toetsen
2.
Selecteer het gewenste zonenummer en druk OK.
3.
Ga naar Kopieer zone en druk op OK.
4.
Het bediendeel vraagt u de beginzone in te voeren.
5.
Voer het nummer in van de beginzone waarnaar de instellingen moeten worden gekopieerd en druk OK.
6.
Het bediendeel vraagt u de eindzone in te voeren.
7.
Geef het nummer in van de laatste zone waarnaar de instellingen moeten worden gekopieerd en druk OK.
8.
Het toetsenbord vraagt u uw keuzes te bevestigen.
CS875-575-375-275-175 Installeurshandleiding met CS5500-bediendeel
naar Centrale>Ingangen>Zones en druk op OK.
om over te schakelen naar de overschrijfmodus en druk op de toetsen 0 tot 9 om de nieuwe
naar Centrale>Ingangen>Zones en druk op OK.
B.2.2