Inhoudsopgave
Advertenties
Tekst invoeren
Voor bepaalde kenmerken en functies (zoals het opslaan van namen in het telefoonboek of het
invoeren van SMS-tekstberichten, Bureauhulp, Instellingen, ...) moet u weten hoe u tekst op
het scherm invoert en bewerkt.
Er zijn drie modi beschikbaar: op het scherm wordt dit weergegeven door
door
in hoofdletters en door
kunnen dan rechtstreeks via het toetsenblok worden ingevoerd of gewijzigd. Druk op
van de ene modus naar de andere over te schakelen.
U kunt op twee manieren tekst invoeren. De Multitap- of Multipress-methode en de snellere,
intuïtieve methode van T9-tekstinvoer.
Druk op de toets met pijl naar beneden om van de T9-methode naar de Multitap-methode en
vice versa over te schakelen. In de T9-modus wordt
scherm weergegeven om aan te geven dat T9 de huidige modus is.
gedeelte van het scherm weergegeven om aan te geven dat u de Multitap-tekstmethode kunt
activeren door op de toets met pijl naar beneden te drukken. In de Multitap-modus wordt
het bovenste gedeelte van het scherm weergegeven om aan te geven dat Multitap de huidige
modus is.
wordt in het onderste gedeelte van het scherm weergegeven om aan te geven
dat u de T9-methode kunt activeren door op de toets met pijl naar beneden te drukken.
De Multitap/Multipress-methode
Wanneer u kort op een toets drukt, verschijnt het eerste letterteken dat aan die toets gekoppeld
is en worden de andere beschikbare tekens bovenaan op het scherm weergegeven. Hieronder
volgt de lijst met beschikbare tekens (deze lijst is taalafhankelijk):
TOETS
TEKEN
Kleine letters
1 . , - ' @ : ?
a b c ç ä à 2
d e f é è 3
g h i 4
j k l 5
m n o ö ó 6
p q r s ß 7
t u v ü ù 8
w x y z 9
0
Kort indrukken: als u wilt overschakelen van de T9- of Multitap-modus naar kleine
letters, hoofdletters of cijfers.
Lang indrukken: als u wilt overschakelen tussen kleine letters en hoofdletters. Alleen
de eerst getypte letter krijgt een hoofdletter, alle volgende letters worden weer met
kleine letters weergegeven (bijvoorbeeld, om een achternaam te schrijven).
Kort indrukken: om een spatie in te voeren.
Lang indrukken: om toegang te krijgen tot speciale tekens.
Kort indrukken: om de cursor één positie naar links of rechts in de tekst te verplaatsen.
Lang indrukken: om de cursor naar het begin of het einde van de tekst te verplaatsen.
Om te wisselen tussen de Multitap/Multipress-methode en T9-tekstinvoer.
Om tekst in te voeren, druk herhaaldelijk op de toets waarop het gewenste teken staat
afgebeeld tot het op het scherm staat. Als u het nummer dat op de toets staat wilt invoeren,
houd dan de toets ingedrukt. Als u twee tekens van dezelfde toets nodig hebt, wacht enkele
seconden nadat u het eerste teken hebt ingevoerd (totdat de toetstekens van het bovenste
gedeelte van het scherm zijn verdwenen) of druk op de toets met pijl naar rechts voordat u
nogmaals op de toets drukt.
U kunt fouten verbeteren door kort op Wis te drukken.
Als u de toets Wis ingedrukt houdt, wordt alle tekst gewist. Gebruik de toetsen met pijl naar
links of naar rechts om de cursor doorheen de tekst te verplaatsen. Als u
krijgt u toegang tot 25 speciale tekens:
in cijfermodus. Tekst, afbeeldingen en alfabetische tekens
Hoofdletters
A B C Ä 2
D E F É 3
G H I 4
J K L 5
M N O Ö 6
P Q R S 7
T U V Ü 8
W X Y Z 9
0
SMS
22-
in kleine letters,
in het bovenste gedeelte van het
wordt in het onderste
ingedrukt houdt,
om
in
Advertenties
Inhoudsopgave
