Een oproep beëindigen:
1
Druk op de Aan/Uit-toets.
De telefoon vasthouden (tijdens een gesprek)
De telefoon
vasthouden
In de handsfree-modus mag u de telefoon niet tegen uw oor houden.
Het standby-scherm
Als de telefoon wordt ingeschakeld, probeert hij verbinding met het netwerk te
maken. Zodra de verbinding is gemaakt, hoort u een signaal en wordt de naam of
het logo van de netwerk- en/of serviceprovider weergegeven, samen met de tijd en
datum, de signaalsterkte en het laadniveau van de batterij. Als de mobiele telefoon
geen geldig netwerk kan vinden, worden de signaalsterkte en de operatornaam niet
weergegeven.
De vier pijlen geven aan dat de functies kunnen worden bereikt met de vier
pijlen op de cursortoets.
Het ovale symbool in het midden van de cursortoets geeft aan dat het menu kan
worden geopend door op de toets OK (in het midden van de cursortoets) te drukken.
Mail en i-mode geven aan dat u de mailer en i-mode service rechtstreeks kunt bereiken door
op de functietoetsen te drukken.
geeft aan dat uw mobiel op een GPRS-netwerk is aangesloten.
Toetsenvergrendeling
Door de toetsenvergrendeling in te schakelen voorkomt u dat er per ongeluk een oproep wordt
gedaan of de camera wordt geactiveerd terwijl de telefoon zich bijvoorbeeld in een zak of tas
bevindt. Inkomende oproepen kunnen echter wel worden ontvangen en beantwoord. Als de
oproep wordt beëindigd, wordt de toetsenvergrendeling automatisch opnieuw ingeschakeld.
Om de toetsenvergrendeling in te schakelen vanuit het standby-scherm:
1
Houd
ingedrukt. Op
Om de toetsenvergrendeling in te schakelen vanuit het hoofdmenu:
1
Druk op OK. Kies
2
Toetsen
Kies
Om de toetsenvergrendeling uit te schakelen:
1
Kies
Vrijgvn
en druk op
ontgrendeld.
Zorg ervoor
dat u het bovenste gedeelte
van de achterzijde van de
telefoon vrijhoudt. Op die
manier zorgt u voor een
optimale zend-/
ontvangstkwaliteit.
het scherm verschijnt Toetsen vergrendeld.
.
Instellingen
en vervolgens Toetsenvergrendeling.
of houd
ingedrukt. Op het scherm verschijnt
Vóór u begint
12-
Toetsenbord