56 Reiniging en onderhoud
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie m.b.t de reiniging en het onderhoud van het
apparaat. Neem de aanwijzingen in acht om beschadigingen door verkeerde reiniging van
het apparaat te voorkomen en een storingvrij gebruik te waarborgen.
56.1 Veiligheidsvoorschriften
VOORZICHTIG
Schenkt u eerst aandacht aan de volgende veiligheidsvoorschriften voordat u met de
reiniging van het apparaat begint:
► Reinig het apparaat grondig voordat u het in gebruik neemt.
► Schakelt u de oven vóór het reinigen uit en trek de stekker uit het stopcontact. Maak de
binnenkant leeg.
► Gebruik geen agressieve of schurende reinigingsmiddelen en geen oplosmiddelen.
56.2 Reiniging
interieur
Reinig de binnenkant met handwarm water en een mild schoonmaakmiddel en een zachte
doek. Tip om de geur te neutraliseren: reinig de binnenkant met handwarm water en wat
bakpoeder (2 theelepels op ¼ liter water) en een zachte doek.
Veeg goed droog met een zachte doek.
deurafdichting
Wees vooral voorzichtig dat de deurafdichting is schoon, zodat het apparaat correct kunnen
bedienen.
woningen
De buitenkant van het apparaat kan worden gereinigd met een mild schoonmaakmiddel en
warm water. Veeg goed droog met een
zachte doek.
uitlaatopening
Stof of iets anders kan blokkeren het
rookkanaal de opening en de invloed op de
koeling efficiency van het apparaat.
Vacuüm uit de uitlaat opening vrij, indien
nodig.
opvangbak voor condensatievocht (K)
Verwijder het condensatievocht regelmatig met een spons uit de opvangbak. Deze bevindt
zich onderaan rechts aan de achterkant van het apparaat.
91