TZIDC-200, TZIDC-210, TZIDC-220 DIGITALE STANDSTELLER | CI/TZIDC-200/210/220-NL REV. D
Elektrische gegevens van de in- en uitgangen
Aanwijzing
Bij gebruik van het apparaat in explosiegevaarlijke zones moeten
de aanvullende aansluitgegevens in Inzet in explosiegevaarlijke
gebieden op pagina 5 worden opgevolgd!
Analoge ingang
Alleen bij apparaten met HART-communicatie.
Regelsignaal analoog (2-draadstechniek)
Klemmen
Nominaal bereik
Deelbereik
Maximaal
Minimaal
Start vanaf
Lastspanning
Impedantie bij 20 mA
Veldbusingang
Alleen bij apparaten met PROFIBUS PA®- of
FOUNDATION Fieldbus®-communicatie.
Busaansluiting
Klemmen
Voedingsspanning
(Voeding uit de veldbus)
Max. toelaatbare spanning
Stroomopname
Stroom bij storing
4 tot 20 mA
20 tot 100 % van nominaal bereik
parametreerbaar
9,7 V bij 20 mA
PROFIBUS PA FOUNDATION Fieldbus
+11 / −12
9 tot 32 V DC
9 tot 32 V DC
35 V DC
10,5 mA
15 mA
(10,5 mA + 4,5 mA)
(11,5 mA + 3,5 mA)
Binaire ingang
Alleen bij apparaten met HART-communicatie.
Ingang voor de volgende functies:
Geen functie
•
ga naar 0 %
•
ga naar 100 %
•
•
laatste positie aanhouden
•
lokale configuratie blokkeren
•
lokale configuratie en bediening blokkeren
•
elke toegang blokkeren (lokaal of via pc)
+11 / −12
Binaire ingang DI
Klemmen
Voedingsspanning
50 mA
Ingang "logisch 0"
3,6 mA
Ingang "logisch 1"
3,8 mA
Stroomopname
485 Ω
Binaire uitgang
Alleen bij apparaten met HART-communicatie.
Uitgang softwarematig configureerbaar als alarmuitgang.
Binaire uitgang DO
Klemmen
Voedingsspanning
+11 / −12
(stuurstroomkring volgens DIN 19234/NAMUR)
Uitgang "logisch 0"
Uitgang "logisch 1"
35 V DC
Werkrichting
11,5 mA
15 mA
29
+81/−82
24 V DC (12 tot 30 V DC)
0 tot 5 V DC
11 tot 30 V DC
Maximaal 4 mA
+83/−84
5 tot 11 V DC
> 0,35 mA tot < 1,2 mA
> 2,1 mA
Parametreerbaar
"logisch 0" of "logisch 1"