Inhoudsopgave
Advertenties
TZIDC-200, TZIDC-210, TZIDC-220 DIGITALE STANDSTELLER | CI/TZIDC-200/210/220-NL REV. D
Bijzondere voorwaarden
•
De standsteller is ontworpen voor een maximaal toegestaan
omgevingstemperatuurbereik van 40 tot 85 °C.
•
Varianten die volgens certificering ook voldoen aan het de
ontstekingsbeveiliging van het type "Intrinsieke veiligheid"
mogen na toepassing als ontstekingsbeveiliging "Drukvast
omhulsel" niet meer als intrinsiek veilig worden gebruikt.
•
Bij gebruik van de standsteller in omgevingen met een
temperatuur boven 60 °C (140 °F) of lager dan −20 °C (−4 °F)
dient u ervoor te zorgen dat kabelinvoeren en leidingen
worden gebruikt die ontworpen zijn voor een
bedrijfstemperatuur die overeenkomt met de maximale
omgevingstemperatuur plus 10 K resp. de minimale
omgevingstemperatuur.
IECEx – Ontstekingscategorie "Ex i"
Ex-markering
Markering
Typegoedkeuringscertificaat
Type
Normen
Temperatuurgegevens
Temperatuurklasse
T4
T6*
*
Bij gebruik van de steekmodule "Grenswaardemelding" in de
temperatuurklasse T6 bedraagt het maximaal toelaatbare
temperatuurbereik −40 tot 35 °C.
Elektrische gegevens TZIDC-220 voor ia/ib/ic voor groep
IIB/IIC
Bij explosiebeveiliging van het type "Intrinsieke veiligheid" Ex i IIC
slechts ter aansluiting op een gecertificeerde FISCO-voeding of
een barrière resp. voeding met maximale waarden
overeenkomstig de volgende tabel:
Stroomkring (klem)
Signaalstroomkring
(+11 / −12)
Bijzondere voorwaarden
•
Ex ia IIC T6 resp. T4 Gb
•
IECEx TUN 04.0015X
TZIDC-220
IEC 60079-0
IEC 60079-11
•
Omgevingstemperatuur Ta
TZIDC Ex ia IIC
−40 tot 85 °C
•
−40 tot 40 °C *
•
Elektrische gegevens (maximale waarden)
Op stroomkringen in zone 2 mogen alleen apparaten worden
aangesloten die geschikt zijn voor gebruik in
explosiegevaarlijke omgevingen van zone 2 en voor de
omstandigheden die heersen aan de plaats van gebruik
(verklaring van de fabrikant of certificaat van een
keuringsinstantie).
Voor de stroomkring "grenswaardemelding met
sleufinitiatoren" dienen buiten het apparaat maatregelen te
worden genomen om ervoor te zorgen dat de nominale
spanning door kortstondige storingen met niet meer dan
40 % wordt overschreden.
Het verbinden, onderbreken en schakelen van stroomkringen
die onder spanning staan, is alleen toegestaan tijdens de
installatie, onderhouds- of reparatiewerkzaamheden.
Opmerking: het gelijktijdig samenvallen van een explosieve
atmosfeer en werkzaamheden i.v.m. installatie, onderhoud of
reparatie in zone 2 wordt als onwaarschijnlijk beoordeeld.
Als pneumatische energietoevoer mogen uitsluitend niet-
brandbare gassen worden gebruikt.
Er mogen alleen geschikte kabelinvoeren worden gebruikt die
voldoen aan de eisen van norm EN 60079-15.
17
U
= 24 V
Karakteristiek = lineair
i
I
= 250 mA
i
P
= 1,2 W
i
Advertenties
Inhoudsopgave
