7.5 Aanzetten
Nadat de hoofdschakelaar aan de achterkant wordt aangezet, verschijnt het
serienummer, nummer van de programmaversie en vervolgens het meetbereik.
Indien er strepen verschijnen, is het serienummer nog niet ingevoerd. De weegschaal
wordt vervolgens zelfgediagnosticeerd. De vochtbepaler is paraat direct nadat de
gewichtsaanduiding verschijnt.
De vraag naar het "Gebruikerswachtwoord" verschijnt indien het eerder is bepaald.
Met de pijltjestoetsen
hoofdstuk 3.1.2.1) en met de toets MENU bevestigen. Het wachtwoord deactiveren /
Noodwachtwoord, zie hoofdstuk 8.3.1.
Om precieze resultaten te krijgen dient het apparaat een juiste werkingstemperatuur
te bereiken (zie "Opwarmingstijd", hoofdstuk 1).
Tijdens de opwarming moet het apparaat elektrisch gevoed worden.
De juistheid van het apparaat is van lokale valversnelling afhankelijk.
Men dient de voorschriften van het hoofdstuk "Justeren" absoluut te volgen.
8 Configuratie van het apparaat
Door het configuratiemenu is het mogelijk om het apparaat aan individuele
weegbehoeftes aan te passen.
Het menu is in blokken verdeeld:
8.1 Navigatie in het configuratiemenu
Het menu opvragen en
het wachtwoord
invoeren
Scrollen op één niveau
Menupunt activeren/
instelling opslaan
Het menu sluiten/ terug
naar de weegmodus
19
het wachtwoord invoeren (numerieke invoer, zie
•
SERIAL
•
PASSCODES
•
CALIBRATE
•
SETUP
In de weegmodus de toets MENU drukken.
Nadat de vraag om het wachtwoord "PASSCODE"
verschijnt – ingeval van een actief wachtwoord – met de
pijltjestoetsen
toezichtmedewerker invoeren (zie hoofdstuk 8.3.1) en
met de toets MENU bevestigen.
Naar voren scrollen met de toets
Naar achteren scrollen met de toets F ( ).
De toets MENU drukken.
De toets TARE drukken.
het
wachtwoord
( ).
MLS_A-BA-nl-1031
van
de