Vink het actieve venster aan om de functie vloerdrogen
te activeren. Een teller onderin toont het aantal dagen
dat de functie actief is geweest. De functie telt net als
bij normaal verwarmen gradenminuten, maar dan de
voor de resp. periode ingestelde aanvoertemperaturen.
Voorzichtig!
Tijdens het drogen van de vloer draait de circu-
latiepomp van het afgiftesysteem op 100%,
ongeacht de instelling in menu 5.1.10.
TIP
Als bedrijfsstand "add. heat only" moet worden
gebruikt, kiest u dit in menu 4.2.
Voor een nog gelijkmatiger aanvoertempera-
tuur kan de bijverwarming eerder worden ge-
start door "bijverwarming starten" in de menu's
4.9.2 in te stellen op -80. Als het instellen van
de droogperioden van de ondervloer is gestopt,
worden de menu's 4.2 en 4.9.2 gereset naar
de eerdere instellingen.
Menu 5.10 - log met wijzigingen
Hier kunt u eerdere wijzigingen in het regelsysteem afle-
zen.
Datum, tijd en ID-nr. (uniek voor bepaalde instellingen)
en de nieuwe ingestelde waarde worden aangegeven
voor iedere wijziging.
Voorzichtig!
Het log met wijzigingen wordt opgeslagen bij
herstarten en blijft ongewijzigd na fabrieksin-
stelling.
NIBE F1155
Hoofdstuk 8 |
Regeling - Menu's
55