Warmteterugwinning ventilatie
De installatie kan worden aangevuld met de afvoerlucht-
module FLM om warmteterugwinning uit de ventilatie-
lucht mogelijk te maken.
Om condensatie te voorkomen, moeten de kanalen
■
en leidingen en andere koude oppervakken geïsoleerd
worden met dampdicht isolatiemateriaal.
Het bronsysteem moet worden voorzien van een ex-
■
pansievat (CM3). Het niveaureservoir (CM2) kan niet
worden toegepast.
Afgevoerde
lucht
Afvoerlucht
Ø 160
Ø 160
P
NIBE F1155
Passieve koeling
Het accessoire PCS 44 staat de aansluiting van passieve
koeling toe, bijvoorbeeld met ventilatorconvectoren.
Het koelsysteem wordt aangesloten op het bronsysteem
van de warmtepomp, waarbij koeling vanuit de collector
wordt geleverd via een circulatiepomp en een shuntklep.
Om condensatie te voorkomen, moeten de kanalen
■
en leidingen en andere koude oppervakken geïsoleerd
worden met dampdicht isolatiemateriaal.
Als er veel moet worden gekoeld, zijn ventilatorcon-
■
vectoren met druppelschaaltjes en afvoerleidingen
noodzakelijk.
Het bronsysteem moet worden voorzien van een ex-
■
pansievat (CM3). Het niveaureservoir (CM2) kan niet
worden toegepast.
P
Hoofdstuk 4 |
Aansluiting van de leidingen
17