Elektrische aansluiting
1.
3 mm
Schroef na het bedraden de schroefklemmen van de aansluitingen vast. Zet de kabelwartels
weer vast. Schroef het behuizingsdeksel weer vast en plaats de dekselklem weer terug.
Houd, om aansluitfouten te voorkomen, voor de inbedrijfname de instructies in het hoofdstuk
"controles voor de aansluiting" aan!
5.2
Handleiding snelle bedrading
A
B
RD (BK)
WH (YE)
5
Toekenning van klemaansluitingen voor koptransmitter
A
Sensoringang 2, TC en mV
B
Sensoringang 2, RTD en Ω, 3- en 2-draads
C
Sensoringang 1, TC en mV
D
Sensoringang 1, RTD en Ω, 4-, 3- en 2-draads
E
Displayverbinding, service-interface
F
Busaansluiting en voedingsspanning
16
2.
C
5.
3.
D
RD
WH
iTEMP TMT82
4.
3.
F
7
6
5
1+
2-
4
3
E
Endress+Hauser
A0042426
1
2
A0046019