Inhoudsopgave
Advertenties
4-2
Gebruik
Starten
8
7
Afb. 4-1
Bedieningsinstrumenten en indicatoren op het frontpaneel
1. kV/AFC−indicators
2. Omhoog/omlaag−pijltoetsen
3. Trigger aan/uit toets
P/N 7105289A
1. Aan de volgende voorwaarden moet zijn voldaan voordat u het
besturingssysteem start. Zie de handleidingen bij systeemcomponenten
voor de opstartinstructies.
S
De afzuigventilatoren van de cabine moeten ingeschakeld zijn.
S
Het poederterugwinsysteem moet in bedrijf zijn.
S
Het poeder in de voorraadbak moet helemaal vloeibaar zijn.
S
De pistoolkabel, poedertoevoerslang en luchtslangen moeten correct
zijn aangesloten op het spuitpistool, de poederpomp en de
stroomvoorziening.
2. Zet de besturing aan via de tuimelschakelaar onderaan de voorzijde van
de eenheid. Alle LED's op het frontpaneel zullen nu oplichten. De
softwareversienummers worden vervolgens getoond op het
displaypaneel.
3. Als u een spuitpistool voor het eerst in gebruik neemt, voer dan de
procedure onder Ingebruikneming van pistool uit op pagina 4-4.
4. Zie afbeelding 4-1. Selecteer een gebruiksmodus: kV of AFC door de
toets kV/AFC (6) op elke besturing in te drukken. De betreffende
indicator−LED (1) gaat branden.
5. Stel de drukken voor transportlucht (7) en verstuivingslucht (8) als volgt
in:
Type lucht
Transportlucht
Verstuivingslucht
OPMERKING: Deze drukken zijn de gemiddelde beginwaarden. De
waarden verschillen naargelang de vereiste laag, de machinesnelheid en het
product.
Zie Luchtdrukken instellen
het aanpassen van de drukken om de gewenste resultaten te verkrijgen.
2
1
3
4
6
4. Display
5. VIEW−toets
6. kV/AFC−toets
2 bar (30 psi)
1 bar (15 psi)
op pagina 4-5 voor aanwijzingen over
5
Besturing
1401362A
7. Regelknop transportlucht
8. Regelknop verstuivingslucht
E 2004 Nordson Corporation
Advertenties
Inhoudsopgave
