.C.C&
TVH
<BC HT<HZZC
6.
Problemen oplossen
6.1
Weergave van filterpictogrammen
Het toestel beschikt over een automatische herkenning van de
mate van vervuiling van de filter. Het ventilatortoerental stijgt bij
een vervuilde filter aangestuurd door de constante debietregeling
van de ventilatoren. Deze toerentalverhoging wordt geanalyseerd
voor de weergave van de filtervervanging.
Bij vervuiling van de filter verschijnen de volgende pictogrammen
op het display.
Filtervervanging boven:
De afvoerluchtfilter is vuil of het filtervervangingsinterval
van de afvoerluchtfilter (boven) is verstreken. Vervang de
filter voor afvoerlucht.
Filtervervanging onder:
De afvoerluchtfilter is vuil of het filtervervangingsinterval
van de afvoerluchtfilter (boven) is verstreken. Vervang de
toevoerluchtfilter.
Filtervervanging boven en onder:
Afvoer- en aanvoerluchtfilters zijn vuil of de filterver-
vangingsintervallen van de afvoer- en aanvoerluchtfil-
ters zijn verstreken. Vervang de filters voor toevoer- en
afvoerlucht.
Het filterpictogram verschijnt automatisch na drie maanden.
6.2
Foutmelding condensaatafvoer
Controleer de condensaatfilter, als foutmelding 38 op het display
verschijnt. Zie het hoofdstuk "Reiniging, verzorging en onderhoud/
Condensaatfilter controleren".
1 Toets Reset
f Druk op de resettoets.
Neem contact op met uw installateur, als fout 38 opnieuw wordt
weergegeven.
Ä
<qx
ÔéÔ Ô
6.3
Er is geen warm water beschikbaar
Als u geen warm water krijgt, kunt u het volgende zelf uitvoeren:
- Als het toestel geen stroom ontvangt: Controleer de zekering
in de meterkast. Indien deze is geactiveerd, schakel de zeke-
ring dan opnieuw in. Wanneer de zekering na inschakeling
wederom wordt geactiveerd, waarschuw dan uw installateur.
- Als het toestel geen stroom ontvangt: controleer of de lucht-
inlaat en luchtuitlaat vrij zijn. Controleer of er een foutcode
op het display wordt weergegeven en informeer eventueel
uw installateur. Controleer of de regeling correct is ingesteld.
6.4
De veiligheidsklep van de koudwateraanvoer-
leiding druppelt
Dit kan gebeuren tijdens het verwarmingsproces en is geheel
normaal.
6.5
Het storingspictogram verschijnt
Aanwijzing
Wanneer dit pictogram verschijnt, is er een fout opge-
treden.
Informeer uw installateur of bel de serviceafdeling.
6.6
Er komt water uit het toestel.
Stel het toestel onmiddellijk buiten bedrijf wanneer er water uit
het toestel loopt en informeer uw installateur.
6.7
Aan de buitenzijde van het toestel of op de
luchtslangen verzamelt zich condenswater.
In de droogverwarmingsfase of wanneer de relatieve luchtvoch-
tigheid hoog is (> 60%), is het normaal dat er zich condenswater
verzamelt aan de bovenzijde van het toestel en op de geïsoleerde
luchtslangen. Dit zou moeten stoppen, wanneer het huis geheel
droog is, wat, afhankelijk van de constructie, max. 2 jaar kan
duren. Wanneer de ruimte wordt gebruikt voor het drogen van de
was, is het ontstaan van condenswater verder ook nog mogelijk.
f Controleer of de luchtslangen correct zijn gemonteerd en of
1
er hier geen koude lucht naar buiten treedt.
6.8
Er weerklinken geluiden
Aangezien het toestel gedeeltelijk grote hoeveelheden lucht ver-
plaatst, kan het niet geluidloos werken.
Er mogen echter geen storende geluiden in de woon- en slaap-
kamers te horen zijn. Daarom is het vereist dat
- het toestel volgens de regels is opgesteld;
- de opstelruimte is voorzien van een goed sluitende deur;
- direct op het toestel in het luchtaanvoer- en luchtafvoer-
kanaal voldoende gedimensioneerde geluiddempers zijn
ingebouwd;
- tussen de slaap- en kinderkamers, alsmede de woonkamer
nog extra geluiddempers zijn ingebouwd;
- de hoeveelheden lucht volgens de installatieschema's werden
ingeregeld en gecontroleerd.
qqq Z`.
<é<`VHC HB