Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Batterij Plaatsen/Vervangen; Geluidssignaal In-/Uitschakelen; Detectiemodus Kiezen; Detectie Uitvoeren - TOOLCRAFT 1712611 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

A Batterij-vermogensaanduiding
B Symbool voor detectiemodus "Wisselspanning"
C Symbool
voor detectiemodus "Metaal"
D Symbool voor non-ferro-metaal
E Symbool
voor detectiemodus "Hout"
F Dieptesesultaat in detectiemodus "Metaal"
G Symbool voor tussenopslag van de
meetwaarde van de materiaalvochtmeting
H Detectiesymbool
I Balkgrafiek voor signaalsterkte
J Weergavesymbool voor materiaalvochtmeting
K Signaalsterkte in %

Batterij plaatsen/vervangen

Neem het batterijvakdeksel (12) aan de achterkant af. Plaats een 9 V-blokbatterij (niet bij de
levering inbegrepen) met de juiste polariteit in het batterijvak (let op plus / + en minus / -), sluit
het batterijvak weer.
Een batterijwissel is vereist als de batterijstatusindicator (A) geen streepje meer vertoont of als
het schermcontrast erg laag is. Wanneer de batterijen helemaal leeg zijn, knippert alleen de
rand van de batterijstatusindicator (A) en schakelt de kabelzoeker zichzelf uit.
Aan-/uitschakelen
Pak de kabelzoeker aan de linker- en rechterkant van de behuizing vast. Houd het in de lucht
voor u zodat het gebied rond de sensor (11) vrij is.
Druk kort op de toets (5), om het meetapparaat in te schakelen. De kabelzoeker geeft een
korte pieptoon, de schermweergave verschijnt en de achtergrondverlichting is ingeschakeld.
De groene LED (3) moet branden.
Na het inschakelen is altijd de detectiemodus
U kunt dan een van de functies selecteren of een meting uitvoeren, zie de volgende hoofd-
stukken.
Druk kort op de toets (5), om de kabelzoeker in te schakelen.
Als er geen knop wordt ingedrukt schakelt het detectieapparaat zichzelf na enige tijd
uit om energie te besparen.

Geluidssignaal in-/uitschakelen

Zowel tijdens het positioneringsproces als de bediening van de toetsen klinkt een geluidssig-
naal als extra controle. Dit geluidssignaal kan worden uitgezet.
Om het geluidssignaal in of uit te schakelen houdt u de toetsen (6) en (8) gedurende 2 secon-
den tegelijk ingedrukt.
Als het detectieapparaat is uitgeschakeld en vervolgens opnieuw wordt ingescha-
keld, wordt het geluidssignaal om veiligheidsredenen automatisch opnieuw geacti-
veerd.

Detectiemodus kiezen

Detectiemodus "Metaal"
Deze modus wordt na het inschakelen automatisch ingesteld.
Als de kabelzoeker zich in een andere lokalisatiemodus bevindt, drukt u eenmaal kort op de
knop (8), zodat het symbool
(C) op het scherm verschijnt.
Detectiemodus "Wisselspanning"
Druk tweemaal op de toets (8) zodat het symbool (B) op het display verschijnt.
Detectiemodus "Hout"
Druk kort op de toets (6), het symbool

Detectie uitvoeren

a) Algemeen
Vanwege het principe kan het apparaat geen 100% detectie van verborgen compo-
nenten of stroomkabels garanderen.. De resultaten van de kabelzoeker mogen
daarom alleen als aanvullende informatie worden gebruikt!
Om gevaren zo veel mogelijk te voorkomen, moet u zich vóór het boren/schroeven
of ander metselwerk beveiligen door andere informatiebronnen, zoals bouwplan-
nen, foto's uit de constructiefase, enz. te raadplegen.
De exacte locatie kan worden belemmerd of vervalst door verschillende invloeden.
Metselwerk, vocht in de muur (of in houten balken), metalen bouwmaterialen, me-
taalfolie op isolatiemateriaal e.a. hebben deels een sterke invloed op het detectie-
proces.
In de zoektocht naar stroomleidingen (wisselspanning), is het noodzakelijk dat er
spanning aanwezig is. Wanneer er geen spanning op de leidingen zit, kan de kabel-
zoeker alleen op het metaal in de leidingen reageren, wat resulteert in veel lagere
detectieprestaties.
Isolatiemateriaal tussen houten balken (bijvoorbeeld in geprefabriceerde huizen)
kan, afhankelijk van de aard, het zoeken naar houten balken moeilijk of zelfs on-
mogelijk maken.
Voor het uitvoeren van een meting met de kabelzoeker, ringen of ook een horloge
of armband afdoen. Metalen delen in de nabijheid van de kabelzoeker beïnvloeden
het meetproces en leiden tot foutieve signalen.
Pak de kabelzoeker bij de kalibratie en bij het meetproces alleen links en rechts
aan de zijkant vast (in het gebied van de gele behuizingsdelen), omdat anders het
meetproces negatief wordt beïnvloed.
(Metaal) (C) geactiveerd.
(E) verschijnt.
De kabelzoeker heeft een speciale functie van een handmatige kalibratiefunctie en een scherm
met signaalsterkteweergave door staafdiagram (I) en% -waarde (K).
Door de kalibratiefunctie kan een bepaalde referentiewaarde (actuele toestand) als basis voor
de verdere metingen en de weergave op het scherm worden gebruikt. Door een meervoudige
kalibratie tijdens een detectieproces kunnen zo ook kleine veranderingen in de wand worden
gevonden!
Het staafdiagram maakt een goede schatting mogelijk van de locatie van metalen onderdelen,
houten balken of elektriciteitsleidingen in de muur.
b) Eerste kalibratie uitvoeren
De eerste kalibratie wordt door de kabelzoeker altijd direct na het aanzetten of bij de keuze
van een andere meetmodus uitgevoerd. Dit betekent dat als u de kabelzoeker voor u in de
lucht houdt en deze inschakelt (of u kiest een andere detectiemodus), deze "lege" ruimte wordt
K
opgeslagen als een referentiewaarde. De groene LED (3) brandt.
Als u bijvoorbeeld de kabelzoeker op een houten plaat plaatst en vervolgens de detectiemo-
dus "hout" selecteert, wordt het meetsignaal van dit oppervlak opgeslagen als een nieuwe
referentiewaarde.
Als u een metalen buis of een onder spanning staande elektriciteitsleiding wilt vinden, plaatst
u de kabelzoeker op een plaats op de muur waarachter er zich gegarandeerd geen metalen
buis en geen elektriciteitsleiding bevindt. Selecteer vervolgens de detectiemodus "Metaal" of
"wisselspanning". De kabelzoeker neemt de muur nu als een nieuwe referentiewaarde.
c) Detectieproces uitvoeren
Bij het zoeken naar een houten balk, een metalen buis of een onder spanning staande elektri-
citeitsleiding, vergelijkt de kabelzoeker de referentiewaarde (zie hierboven, deel b) met de
huidige gemeten waarde. Afwijkingen worden vervolgens weergegeven door een staafdi-
agram, een signaalsterktewaarde, LED's en een geluidssignaal.
Houd de kabelzoeker verticaal of horizon-
taal. Beweeg de kabelzoeker langs de
muur.
Inkepingen aan alle 4 zijden van de kabel-
zoeker tonen u het midden van het sensor-
gebied (11) (streepjes in de afbeelding aan
de rechterkant).
Bovendien kunt u bij deze inkepingen bij-
voorbeeld met een stift markeringen op
de muur te plaatsen als er iets gevonden
wordt.
Hoe meer balken in de staafgrafiek ver-
schijnen en hoe hoger de signaalsterkte, des te sterker het signaal, en hoe waarschijnlijker
het is om een houten balk, metalen buis of elektriciteitsleiding te vinden (afhankelijk van de
geselecteerde detectiemodus).
Bovendien worden tijdens het zoeken 3 LED's en een geluidssignaal gebruikt als extra weer-
gave:
• Groene LED (3) brandt = geen detectie of referentiewaarde, geen geluidssignaal
• Gele LED (2) brandt = lichte afwijking van de referentiewaarde; houten balk / metalen buis/
elektriciteitsleiding in de buurt (afhankelijk van de geselecteerde detectiemodus); continu
geluidssignaal hoorbaar
• Rode LED (1) brandt = sterke afwijking van de referentiewaarde; houten balk / metalen buis/
elektriciteitsleiding in de buurt (afhankelijk van de geselecteerde detectiemodus); continu
geluidssignaal hoorbaar, bovendien verschijnt er een dradenkruis
Als de rode LED (1) knippert en het lokalisatie-apparaat piept (in plaats van een
continue toon), zijn er zeer grote afwijkingen van de referentiewaarde gedetecteerd
(oversturing). Voer een kalibratie uit.
In de detectiemodus "Metaal" wordt de diepte van het object in de muur weergege-
ven (F). Het symbool
d) Nieuwe kalibratie tijdens het detectieproces uitvoeren
De kabelzoeker biedt als een speciale functie een handmatige kalibratie. Dit betekent dat u
opnieuw kunt kalibreren terwijl u op de muur zoekt.
Door opnieuw te kalibreren tijdens het zoeken, kan de referentiewaarde steeds opnieuw wor-
den ingesteld. Door deze techniek kan het zoeksucces aanzienlijk worden verhoogd. Bij correct
gebruik zijn houten balken, metalen buizen of elektriciteitsleidingen(afhankelijk van de geselec-
teerde detectiemodus) op deze manier veel beter te vinden.
Om opnieuw te kalibreren tijdens het detectieproces, houdt u de respectieve knop (6) of (8)
ongeveer 2 seconden ingedrukt (afhankelijk van de op dat moment actieve detectiemodus).
• Kabelzoeker in detectiemodus
• Kabelzoeker in detectiemodus
De actuele meetwaarde wordt opgeslagen als de nieuwe referentiewaarde voor het detectie-
proces (de referentiewaarde betekent "geen object in de muur" voor de kabelzoeker).
Voorbeeld voor een detectieproces
Voorbeeld 1: Er moet worden gezocht naar een houten balk achter een gipskartonwand.
• Plaats de kabelzoeker op een plek op de muur waarachter zich geen balk bevindt. Houd het
verticaal (of horizontaal).
Of de kabelzoeker horizontaal of verticaal wordt gehouden, heeft geen effect op het
zoeken.
Als een dergelijke locatie niet bekend is, voert u eenvoudig meerdere zoekopdrachten één
voor één uit en start u altijd ergens anders. Wanneer u toevallig begint waar er zich een balk
bevindt, wordt er uiteraard niets gevonden.
.
verschijnt bij non-ferro metalen (bijv. aluminium).
(Hout): toets (6)
(Metaal) / (Wisselstroom): toets (8)

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave