A
ANSLUITEN OP HET TELEFOONNET
Aangezien de telefoonaansluiting van het faxtoestel afhan-
kelijk is van nationaal geldende normen die van land tot land
verschillen, worden in onderstaande schema's enkele voor-
beelden gegeven. Indien echter in uw land de aansluiting op het
telefoonnet anders is dan in de schema's, richt u dan naar de in
uw land geldende normen.
A
ANSLUITING VAN HET FAXTOESTEL
1. Steek de connector van het telefoonsnoer in de aansluitbus "LINE"
van het toestel (zie schema's "geval 1", "geval 2" of "geval 3").
2. Steek de connector of stekker (indien voorzien) aan het andere
uiteinde van het telefoonsnoer in het telefoonstopcontact (zie sche-
ma's "geval 1", "geval 2" of "geval 3").
A
ANSLUITING VAN EEN EXTRA TELEFOON
(Aansluiting geval 1)
1. Verwijder eventueel het afdekplaatje van de aansluitbus "TEL" op
het faxtoestel, steek vervolgens de connector van het telefoon-
snoer van de extra telefoon in deze aansluitbus (zie betreffende
schema).
A
1
ANSLUITING GEVAL
F
AX
Aansluitbussen
E
XTRA TELEFOON
Indien de telefoonaansluiting meerdere stopcontacten heeft, kunt
u andere telefoontoestellen op een willekeurig beschikbaar
telefoonstopcontact aansluiten, mits de stopcontacten van uw
telefooninstallatie parallel zijn aangesloten, d.w.z.: bij gelijktijdig
opnemen van de hoorn van de reeds aanwezige telefoons moet
de kiestoon altijd hoorbaar zijn.
Indien de kiestoon niet aanwezig is wanneer u de hoorn van de
aanwezige extra telefoons gelijktijdig opneemt, beschikt u over
een telefooninstallatie met meerdere in serie aangesloten stop-
contacten. In dat geval moet het faxtoestel op het minst prioritaire
stopcontact worden aangesloten.
(Aansluiting geval 2)
1. Steek de connector of stekker (van land tot land verschillend) van
de extra telefoon in de aansluitstekker (zie betreffend schema).
(Aansluiting geval 3)
1. Steek de stekker van de extra telefoon in het telefoonstopcontact
(zie betreffend schema).
K
T
ABEL
B
LINE
TEL
D
ELEFOONSTOPCONTACTEN
D
B
I
NSTALLATIE
1