Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Omgevingscondities; Opstelling Met Tunnel (Indien Aanwezig); Opstelling Zonder Tunnel; Electrische Aansluitingen - Minipack-Torre Pratika 56 MPS Instructies Voor Installatie, Gebruik En Onderhoud

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen

Beschikbare talen

Hoofdstuk 5. Installatie van de machine

5.2. Omgevingscondities

Plaats de machine vlak op de vloer in een geschikte omgeving vrij van vocht, gassen, explosieven en brandbare
materialen. De machine mag enkel worden opgesteld op vlakke, effen en niet-ontvlambare oppervlakken.
Laat een vrije ruimte van minimum 1 m rondom de machine,
Eénmaal correct opgesteld moet de machine geïmmobiliseerd worden d.m.v. de remmen op de wielen. Maak indien
nodig gebruik van de 4 voeten meegeleverd met de machine om ervoor te zorgen dat de machine ophaar plaats blijft
staan.
Omgevingscondities voor de werking:
Temperatuur van + 5°C tot + 40°C
Relatieve vochtigheidsgraad van 30% tot 90%, zonder condensatie.
De verlichting van de werkingsruimte moet voldoen aan de wetgeving van kracht in het land waar de machine wordt
geïnstalleerd. Hoedanook moet er verlichting worden voorzien die een geode en uniforme zichtbaarheid verzekert,
teneinde de veiligheid en gezondheid van de operator te garanderen.
BESCHERMINGSFACTOR VAN DE MACHINE = IP20
HET LUCHTGELUID GEPRODUCEERD DOOR DE MACHINE IS LAGER DAN 70 dB(A)

5.3. Opstelling met tunnel (indien aanwezig)

Na de "Pratika 56" te hebben opgesteld, moet de krimptunnel zo dicht als mogelijk bij de "Pratika 56" worden gebracht,
zodat de transportband van de tunnel zich zo dicht mogelijk bij de machine bevindt.
De transportband van de tunnel moet 1 mm hoger zijn afgesteld dan de transportband van de "Pratika 56", dit om te
voorkomen dat verpakte producten op de grond vallen.
Stel de hoogte van de "Pratika 56" in met behulp van de 4 steunvoeten.
Plaats de tunnel zodanig dat het door de "Pratika 56" afgeleverde product zich in het midden van de tgransportband van
de tunnel bevindt.

5.4 Opstelling zonder tunnel

Indien de
"Pratika 56" niet wordt gecombineerd met de
krimptunnel, dan moet de roller unit worden opgesteld
aansluitend met de uitvoertransportband.
Indien "Pratika 56" niet samen gebruikt wordt
met de krimptunnel, dan moet de roller unit
worden geplaatst.

5.5. Elektrische aansluitingen

Voltage (V): zie gegevens op kenplaat
Frekwentie (Hz): zie gegevens op kenplaat
Maximum opgenomen vermogen (W): zie gegevens op kenplaat
Maximum opgenomen stroom (A): zie gegevens op kenplaat
Opm.: wanneer u contact op neemt met de fabricant, gelieve altijd het model en het
serienummer te vermelden op het kenplaatje achteraan de machine.
GELIEVE ALLE REGELS MBT VEILIGHEID EN GEZONDHEID OP TE VOLGEN!
Indien de machine niet is voorzien van een stroomtoevoerkabel, maak dan gebruik van een
kabel met stekker die geschikt is voor het voltage en de ampèrewaarden zoals vermeld op de
typeplaat en die voldoet aan de normen in het land van installatie.
AARDEN VAN DE UNIT IS VERPLICHT!
Alvorens de stroom aan te sluiten, moet u er zich van vergewissen dat de netspanning
overeenstemt met de waarde vermeld op de het plaatje achteraan de machine en dat de
aarding voldoet aan de geldende veiligheidsreglementering. Bij twijfel met betrekking tot de
netspanning, contactee uw locale electriciteitsleverancier.
Steek de stekker van de voedingskabel van de machine in een stopcontact dat makkelijk
teogankelijk is voor de operator.
om ervoor te zorgen dat de luchtinlaten volledig vrij blijven.
31
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave