De achtergrond onscherp maken (bedieningsfunctie
onscherpte)
Opnamemodus:
U kunt gemakkelijk de onscherpte van de achtergrond instellen terwijl u het scherm
controleert.
1
Druk op
om het instelscherm weer te geven
• In de Intelligent Auto Plus modus schakelt u elke keer als u op
helderheidsinstelling (belichting) (→94), de instelling voor vervaging en de afwerking.
• In de Intelligent Auto modus schakelt u elke keer als u op
vervaging en de afwerking.
2
TZ100/TZ101
Draai het functiewieltje achterop om de achtergrondonscherpte aan te passen
TZ80/TZ81/TZ82
Draai de bedieningsknop om de achtergrondonscherpte aan te passen
Zeer onscherp
• Druk op [MENU/SET] om terug te gaan naar het opnamescherm.
■
Bij bediening via het aanraakscherm
Raak [ ] aan
Raak [
] aan om het instelscherm te openen
Sleep de belichtingsmeter om de onscherpte in te stellen
• Druk op [MENU/SET] om terug te gaan naar het
opnamescherm.
●
Wanneer u op de [Q.MENU/
instelling geannuleerd.
●
In de Intelligent Auto modus ([
[
]. U kunt de positie van het AF-gebied ook instellen door het scherm aan te raken. (Het
formaat kan niet worden gewijzigd.)
93
Foto's maken met automatische instellingen (Intelligent Auto modus)
Enigszins onscherp
]-knop op het instelscherm voor onscherpte drukt, wordt de
] of [
]) is de automatische scherpstelmodus ingesteld op
Opnamemodus
drukt tussen de bewerkingen
drukt tussen de instelling voor
250
125
60
2.8
4.0
30
15
5.6
8.0
DVQP1250