Installatie: Montage
Ga als volgt te werk, voor het monteren van de eenheid op het plafond:
Plafondmontage
1. De eenheid moet altijd minimaal 1° in de richting van de afvoerzijde (T4) zijn gekanteld.
2. De eenheid zoals afgebeeld op de bevestigingsbeugel tillen, zodat de eenheid vrij aan
3. Draai de eenheid naar het plafond en bevestig deze met twee schroeven.
4. De luchtkanalen en de afvoerslang aansluiten.
Gebruik hiervoor het meegeleverde beslag, dat aan de T4-zijde van de eenheid wordt
aangebracht. Boor twee gaten en de bevestigingsbeugel aanbrengen op basis van de
plafondconfiguratie (zie paragraaf Multifunctionele wandbevestigingsbeugel). Een
afstand van minimaal 320 mm tot de plafondrand aanhouden, zodat u later voldoende
ruimte heeft, om de eenheid stap 2 te kunnen draaien.
Afb. 23: Ruimtebehoefte plafondmontage
de bevestigingsbeugel hangt.
Afb. 24: Til de eenheid op de bevestigingsbeugel
320 mm
23