Inhoudsopgave
Advertenties
Storingslijst
foutmeldingen
Code
Melding
15
DRM-LOOPTIJDBEW
16
DRM-SENSORSTORING
17
DRM-CABIN.
COMMUNICTN
18
DRM-SNELHEID
EINDSCHAKELAAR
19
DRM-ZONE ONTBREEKT
20
DRM-REM STORING
21
STORING DRM-MOTOR
22
DRM-GEDWONGEN STOP
23
DRM-NOOD-EINDSCHA-
KELAAR
168
Beschrijving
Bewakings- resp. rijfout.
Een beweging van de kooi tijdens
de rit kon niet vastgesteld worden.
In TESTMENU / Storings Reset
terugzetten.
Plausibiliteitscontrole van de
kooipositie via de detector foutief.
Met TESTMENU/Storingsreset
storing terugzetten.
De communicatie tussen FST-be-
sturing en kooistuurmodule FSM-2
is gestoord.
TESTMENU/Storings reset
terugzetten.
Geen zonemelding voorhanden.
TESTMENU/Storings reset
terugzetten.
De remmen worden niet geac-
tiveerd en kunnen niet gelost
worden.
TESTMENU/Storings reset
terugzetten.
Temperatuurbewaking van de
aandrijving heeft geactiveerd.
Het ingangssignaal „Gedwongen
stop" aan een programmeer-
bare ingang was actief. De kooi
wordt met open deur in de etage
stopgezet.
Passeren van de onderste etage
(kabelliften) of bovenste etage
(hydraulische liften) conform
EN81.
TESTMENU/Storings reset
terugzetten.
Oorzaak
› De detectorpositie veranderd
dankzij actieve voorsturing niet:
› de aandrijving beweegt niet
› geen elektrische verbinding met
de detector
› de detector is defect
› de detector is defect
› de elektrische verbinding naar de
detector controleren.
› bij de inbedrijfstelling: draairich-
ting van de detector controleren
en Plaatsen etage 0 uitvoeren
› Encoderwaarde ligt buiten het
schachtbereik
› Detector bij ingeschakelde
besturing geplaatst of verwijderd
› Steekverbindingen van de vlakke
hangkabels zijn niet geplaatst
of los
› Kabelbreuk van de vlakke
hangkabels
› Kooistuurmodule FSM-2 defect
› Jumperinstellingen JK1, JK2,
JK3 op de kooistuurmodule
controleren
› Tijdelijke kortsluiting op de
kooibus, kabel, FPM, EAZ enz.
zie cabinebustopologie
De vertragingscontroleschakeling
in de eindposities is geactiveerd.
› De kooi heeft het niveau bereikt,
ontvangt echter geen zonemel-
ding van beveiligingsmodule.
› Beveiligingsmodule en zonemag-
neetschakelaar controleren.
› de rem opent dankzij actieve
voorsturing niet
› de rem sluit ondanks het stoppen
niet.
Bewaking via de ingang FST
X1.19, X1.20 (zie "Rembewaking"
in hoofdstuk „5.4 HOOFDMENU -
Aandrijving" op pagina 88).
Oververhitte motor.
Bewaking via de ingang FST
X1.22 (zie "Motorbewaking" in
hoofdstuk „5.4 HOOFDMENU -
Aandrijving" op pagina 88)
Uit het ordergerelateerde schema
moet worden afgelezen, welk
signaal de gedwongen stop geac-
tiveerd heeft (zie hoofdstuk „6.3
Programmeerbare I/O-poorten" op
pagina 142).
De nood-eindschakelaar onder
resp. boven is geactiveerd. Het
contact wordt via de klem FST
X14.6 („TC") opgevraagd. Of alter-
natief via I/O poort 000000DA.
Handboek FST-2XT FST 2XTs
Advertenties
Inhoudsopgave
