Buitenopstelling
1300
1390
Afb. 2
Binnenopstelling
1300
1390
Luchtuittrede
Luftaustritt
81
721
Luchtintrede
Lufteintritt
Afb. 3
6
1280
750
800
Maten in mm
750
800
Slang-aansluitplaat
Schlauchanschlussplatte
175
Maten in mm
3 Opstelling, aansluiting en
geluidsemissie
3.1 Transport
Voor het transporteren van het basisunit
kunnen aan alle 4 de hoeken aan het
bovenraam de in de verpakking meegeleverde
transportnippels worden aangebracht
(zie afb. 9).
Draaggordels kunnen voor het transport van
het basistoestel aan een willekeurige plaats
aan het onderste frame worden vastgehaakt.
De warmtepomp mag niet aan sterke stoten
worden blootgesteld. Kortdurend kantelen
op een van de lengtezijden is toegestaan
De bekleding, de afdekking (bij
buitenopstelling) alsmede de afdekking met
luchtslangaansluiting (bij binnenopstelling) zijn
aparte transporteenheden en worden pas op
de opstellingsplaats op het basistoestel
gemonteerd.
3.2 Plaats van opstelling
De ondergrond voor het opstellen van de
warmtepomp moet horizontaal, vlak, stevig
en duurzaam zijn.
Het frame van de warmtepomp moet
gelijkmatig op de ondergrond liggen. Een
ongelijkmatige ondergrond kan het
geluidsgedrag van de warmtepomp beïnvloeden.
De warmtepomp moet van alle zijden
toegankelijk zijn.
3.2.1 Bijzonderheden bij de buitenopstelling
Aanbevolen ondergrond :
– Fundering (afb. 4)
– Randstenen (afb. 5)
– Steenplaat
Voor de van de onderzijde in de
warmtepomp in te voeren water- en elektro-
nische installatieleidingen moet een uitsparing
(vrije ruimte) in de ondergrond worden
gemaakt (afb. 4 en 7).
De minimale afstand tot de muur aan de
luchtuitblaaszijde moet 2 m bedragen.
Paragraaf 3.3.1 „Geluidsemissie bij
binnenopstelling" in acht nemen!
3.2.2 Bijzonderheden bij de binnenopstelling
Ondergrond: Beton of estrik
De water- en elektronische installatieleidingen
werden door de afdekking van de bovenzijde
in de warmtepomp gevoerd(afb. 8).
3.3 Geluidsemissie
3.3.1 Geluidsemissie bij de buitenopstelling
De warmtepomp is aan de luchtintredezijde
en aan de luchtuittredezijde luider dan aan de
beide gesloten kanten. Deze beide zijden
mogen daarom niet op geluidsgevoelige
ruimten van het huis (bijv. slaapkamers) wor-
den gericht.
De richting van de luchtintrede moet zo
mogelijk met de hoofdwindrichting
overeenstemmen, de lucht moet dus niet
tegen de wind worden aangezogen.
Gazons en beplanting kunnen ertoe bijdragen