Het is op vele plaatsen onwettelijk om De informatie in dit document kan materiaal kopieën te maken van het volgende. zonder voorafgaande kennisgeving Dit HP-product bevat het volgende Vraag het bij twijfel eerst aan uw worden gewijzigd. materiaal dat aan het einde van zijn juridische raadgever.
Inhoudsopgave Aan de slag Andere bronnen over het product zoeken ................10 Toegankelijkheid ........................12 De onderdelen van de HP All-in-One kennen .................12 Vooraanzicht ........................13 Ruimte voor printerbenodigdheden ................... 14 Geheugenkaartsleuven .....................14 Achteraanzicht ........................15 Bedieningspaneel ......................15 Knoppen en statuslampjes bedieningspaneel ............. 16 Kleurenscherm ......................18...
Pagina 6
Afdrukmateriaal selecteren .....................33 Tips voor het selecteren van afdrukmateriaal ..............33 Informatie over de specificaties van ondersteund afdrukmateriaal ........34 Informatie over ondersteunde formaten ..............34 Informatie over ondersteunde types en gewichten van afdrukmaterialen ....37 Minimummarges instellen ....................38 Afdrukmateriaal plaatsen ......................39 Lades configureren .........................41 Afdrukken op afdrukmateriaal van speciaal formaat ...............42 Afdrukken op afdrukmateriaal van speciaal formaat (Windows) ........43 Afdrukken op afdrukmateriaal van speciaal formaat (Mac OS) .........43...
Pagina 7
Inhoudsopgave Scannen vanuit een TWAIN-compatibel of WIA-compatibel programma ........ 57 Scannen vanaf een TWAIN-compatibel programma............58 Scannen vanaf een WIA-compatibel programma.............58 Een gescand origineel bewerken ....................58 Een gescande foto of afbeelding bewerken ..............58 Een gescand document bewerken met behulp van OCR-software (Optical Character Recognition).
Pagina 8
Deelvensters van HP Printerhulpprogramma .............. 99 Installatieprogramma voor netwerkprinter (Mac OS) ............100 HP Web Jetadmin-software ....................100 HP Instant Support ......................100 Beveiliging en privacy ....................101 Toegang krijgen tot HP Instant Support ..............101 myPrintMileage .......................102 De diagnostische zelftestpagina begrijpen ................102 De netwerkconfiguratiepagina begrijpen ................104 Kanaalbereikdefinities .....................105...
Pagina 9
Inhoudsopgave Netwerkopties configureren ....................105 Basisnetwerkinstellingen wijzigen ...................106 De wizard Draadloze installatie gebruiken ..............106 Netwerkinstellingen bekijken en afdrukken ...............106 De draadloze radio in- en uitschakelen ..............106 Geavanceerde netwerkinstellingen wijzigen ..............107 De verbindingssnelheid instellen ................107 IP-instellingen bekijken .....................107 IP-instellingen wijzigen .....................107 Faxen instellen op het apparaat (alleen bij sommige modellen) ...........108 Faxen instellen (parallelle telefoonsystemen) ..............108 De juiste faxinstellingen voor thuis of op kantoor kiezen ..........109 De faxinstallatie voor uw situatie selecteren .............110...
Pagina 10
Het apparaat installeren voor draadloze communicatie (alleen sommige modellen) ....139 Instellingen van 802.11-draadloos netwerk begrijpen .............140 Draadloze communicatie installeren met behulp van het bedieningspaneel met de wizard ..........................142 Daadloze communicatie installeren met het installatieprogramma (Windows) ....142 Draadloze communicatie installeren met SecureEasySetup (SES) ........143 De printer installeren in een draadloos netwerk (Mac OS) ..........144 Draadloze communicatie uitschakelen ................145 Richtlijnen voor het verminderen van storing op een draadloos netwerk ......145...
Pagina 11
Inhoudsopgave Problemen met het afdrukken oplossen ................171 Het apparaat wordt onverwacht uitgeschakeld ...............172 Op het bedieningspaneel verschijnt een foutmelding .............172 Het apparaat reageert niet (drukt niet af) ................172 De printer accepteert de printkop niet ................173 Het afdrukken duurt lang ....................174 Er wordt een blanco of deels bedrukte pagina afgedrukt ..........174 De afdruk is niet correct of er ontbreken gedeelten ............175 Tekst of afbeeldingen zijn verkeerd geplaatst ..............175...
Pagina 12
Inktpatronen ........................217 Printkoppen ........................217 HP-afdrukmateriaal ......................217 B Ondersteuning en garantie Elektronische ondersteuning krijgen ..................218 Telefonische ondersteuning van HP krijgen .................218 Voordat u belt .........................218 Telefoonnummers voor telefonische ondersteuning ............219 Beperkte garantieverklaring van Hewlett-Packard ..............221 Het apparaat klaarmaken voor verzending ................222 De inktcartridges en printkoppen verwijderen voor verzending ........
Pagina 13
Minder is beter ........................246 Stroomverbruik .......................246 Informatie over de batterij ....................246 Material safety data sheets (chemiekaarten) ..............247 Recycling ........................247 Productverpakking ....................247 Plastic ........................247 Hoe privé-huishoudens in de Europese Unie afgedankte apparatuur als afval dienen aan te bieden ....................247 HP-producten en -benodigdheden ................247 Index............................248...
Andere bronnen over het product zoeken • Toegankelijkheid • De onderdelen van de HP All-in-One kennen Andere bronnen over het product zoeken Voor productinformatie en hulpmiddelen voor het oplossen van problemen die niet in deze handleiding zijn opgenomen, zijn de volgende informatiebronnen beschikbaar:...
Pagina 15
U kunt ook instellingen voor draadloos afdrukken configureren. Raadpleeg Printerhulpprogramma (Mac voor meer informatie. HP Instant Support Helpt u afdrukproblemen snel Beschikbaar via elke te identificeren, te analyseren standaardwebbrowser of via en op te lossen. de Werkset (Windows).
De deuren, knoppen, papierlades en papiergeleiders van het apparaat kunnen door gebruikers met beperkte kracht en beperkt bereik worden bediend. Ondersteuning Meer informatie over de toegankelijkheid van dit product en HP's streven naar optimale producttoegankelijkheid vindt u op de website van HP op www.hp.com/ accessibility.
Vooraanzicht Automatische documentinvoer (ADF) Scannerglasplaat Bedieningspaneel (verschilt afhankelijk HP All-in-One van het model dat u bezit) Bedieningspaneel (verschilt afhankelijk van het model dat u bezit) Uitvoerlade Verlengstuk van uitvoerlade Lengte-/breedtegeleiders Lade 1 Lade 2 (beschikbaar bij sommige modellen) USB (Universal serial bus)-poort voorzijde (geschikt voor PictBridge)
De lay-out en functies op het bedieningspaneel verschillen afhankelijk van het model dat u bezit. De volgende gedeelten geven een beschrijving van de knoppen, statuslampjes en uitleesvensters. Het kan zijn dat uw model niet over al deze functies beschikt. De onderdelen van de HP All-in-One kennen...
Hoofdstuk 1 Knoppen en statuslampjes bedieningspaneel In het volgende diagram en de bijbehorende tabel vindt u een kort overzicht van de functies op het bedieningspaneel. Label Naam en beschrijving Snelkiesknoppen: Toegang krijgen tot de eerste vijf snelkiesnummers. Snelkiezen: hiermee selecteert u een snelkiesnummer. Het menu Scannen: hiermee wordt het menu Scannen naar geopend.
Pagina 21
START FAXEN, Kleur: hiermee start u het faxen van een kleurendocument. START FAXEN, Zwart: hiermee start u het faxen van een zwart-witdocument. Opnieuw kiezen/pauze: hiermee kiest u het laatst gekozen nummer of voegt u een pauze van drie seconden in voor een faxnummer. De onderdelen van de HP All-in-One kennen...
Dit pictogram geeft aan dat er een onbekende inktcartridge in het apparaat is geplaatst. Dit pictogram wordt mogelijk weergegeven als u een andere inktcartridge dan een inktcartridge van HP in het apparaat plaatst. Dit pictogram geeft aan dat het apparaat via een vaste netwerkverbinding met een netwerk is verbonden.
Ethernet-verbinding (via Maximaal vijf computers Alle functies worden Volg de instructies in de die aan het apparaat ondersteund, waaronder Beknopte handleiding kabel) Webscan. De onderdelen van de HP All-in-One kennen...
Pagina 24
Het apparaat zijn aangesloten via een Webscan. installeren voor hub of een router. draadloze communicatie (alleen sommige modellen). HP bt300, printer en PC- Eén Bluetooth-apparaat Afdrukken vanaf een Volg de instructies in het adapter met draadloze of één computer. Bluetooth-apparaat, gedeelte...
De accessoires installeren Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • De duplexeenheid installeren • Lade 2 installeren • Accessoires inschakelen in de printerdriver De duplexeenheid installeren Opmerking Deze functie is beschikbaar voor sommige modellen van het apparaat. Als het optionele accessoire voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplexeenheid) is geïnstalleerd, kunt u automatisch op beide zijden van een vel papier afdrukken.
Hoofdstuk 2 Lade 2 kan maximaal 350 vellen normaal papier bevatten. Zie voor bestelinformatie Accessoires. Lade 2 installeren als volgt. 1. Pak de lade uit, verwijder verpakkingstape en -materiaal en breng de lade naar de voorbereide locatie. Het oppervlak moet stevig en vlak zijn. 2.
Accessoires inschakelen op computers met Windows Als de software van het apparaat geïnstalleerd is op een computer met Windows, moet lade 2 in de printerdriver worden ingeschakeld om deze met het apparaat te kunnen laten werken. (De duplexeenheid moet niet worden ingeschakeld.) 1.
- hangt af van het model dat u bezit. • Het menu Scannen: Geeft een lijst van bestemmingen, bijvoorbeeld HP- beeldbewerkingssoftware. Op sommige modellen kunt u scannen en een foto terug afdrukken of naar een geheugenkaart scannen.
Wanneer het bericht blijft verschijnen, moet uw apparaat misschien hersteld worden. Noteer de foutcode en ga vervolgens naar HP Instant Support om meer te weten over de mogelijke oorzaken voor het bericht. Raadpleeg HP Instant Support voor meer informatie.
3. Wijzig de instellingen en klik vervolgens op Toepassen. Gebruik het HP Solution Center (Windows) Op een computer met Windows is het HP Solution Center de plaats waar u toegang krijgt tot de HP Photosmart-software. Met het HP Solution Center kunt u de afdrukinstellingen wijzigen, de wizard Faxinstallatie starten, benodigdheden bestellen en de help op het scherm raadplegen.
HP Photosmart-software. Als u op een pc met Macintosh werkt, start u de HP-beeldbewerkingssoftware in het venster HP Photosmart Studio. In alle gevallen gebruikt u dit punt als startpunt voor de HP- beeldbewerkingssoftware en -services. De HP Photosmart-software openen op een computer met Windows 1.
Hoofdstuk 3 De HP Photosmart Studio-software openen op een computer met Windows 1. Klik op het pictogram HP Photosmart Studio in het Dock. Het venster HP Photosmart Studio verschijnt. 2. Klik op Apparaten op de HP Photosmart Studio-taakbalk. Het venster HP Apparaatbeheer wordt weergegeven.
Tekst invoeren 1. Druk op het toetsenblok op de toetsen die overeenstemmen met de letters van een naam. De letters a, b, en c behoren bijvoorbeeld bij de cijfertoets 2, zoals hieronder is weergegeven. Druk een knop meerdere keren in om de beschikbare tekens te bekijken. Afhankelijk van uw taalinstelling en uw instelling voor land/regio zijn er mogelijk andere tekens beschikbaar naast de tekens die op het toetsenblok worden weergegeven.
Hoofdstuk 3 of draadloze netwerkverbinding instelt of als u het faxkopschrift of snelkiesnummers instelt. Tekst invoeren met het visuele toetsenbord 1. Druk op de pijlknoppen om de gewenste selectie te markeren om een letter, een cijfer of een symbool op het visuele toetsenblok te selecteren. Kleine letters, hoofdletters, cijfers en symbolen invoeren •...
(vervolg) Beschikbare Beschrijving Beschikbaar tijdens het invoeren symbolen Geeft een linker- en rechterhaakje weer Faxkopschriftnaam, om bijvoorbeeld het netnummer te faxkopschriftnummer, scheiden van de rest van het nummer snelkiesnamen, snelkiesnummers voor een betere leesbaarheid. Deze en fax- of telefoonnummers symbolen zijn niet van invloed op het kiezen.
Hoofdstuk 3 2. Schuif de breedtegeleiders naar binnen tot deze tegen de linker- en rechterrand van het medium komen. Opmerking Verwijder alle originelen uit de documentinvoerlade voordat u de klep van het apparaat optilt. Een origineel op de glasplaat leggen U kunt originelen van maximaal A4- of Letter-formaat kopiëren, scannen of faxen door ze op de glasplaat te leggen.
Het apparaat is geschikt voor gebruik met de meeste soorten afdrukmateriaal. Wij raden u aan om eerst een aantal soorten afdrukmateriaal uit te proberen voordat u grote hoeveelheden aanschaft. Gebruik HP papier voor het beste afdrukresultaat. Ga naar de website van HP op www.hp.com...
Hoofdstuk 3 Kaarten en enveloppen • Gebruik geen enveloppen met een hele gladde afwerking, zelfklevende randen, sluitingen of vensters. Gebruik ook geen kaarten en enveloppen met dikke, onregelmatige of gekrulde randen of enveloppen die gekreukt, gescheurd of anderszins beschadigd zijn. •...
Pagina 39
Envelop U.S. #10 (105 x 241 mm; 4,12 x 9,5 inches)* Envelop Monarch (98 x 191 mm; 3,88 x 7,5 inches)* HP-wenskaartenvelop (111 x 152 mm; 4,38 x 6 inches)* Envelop A2 (111 x 146 mm; 4,37 x 5,75 inches)* Envelop DL (110 x 220 mm;...
Pagina 40
Hoofdstuk 3 (vervolg) Papierformaat Lade 1 Lade 2 Duplexeenheid ADF Japanse envelop Chou #4 (90 x 205 mm; 3,5 x 8,1 inches)* Kaarten Steekkaart (76,2 x 127 mm; 3 x 5 inches)* Steekkaart (102 x 152 mm; 4 x 6 inches)* Steekkaart (127 x 203 mm;...
(vervolg) Papierformaat Lade 1 Lade 2 Duplexeenheid ADF Speciaal formaat afdrukmateriaal van 76,2 tot 216 mm breed en 127 tot 356 mm lang (3 to 8,5 inches breed en 5 tot 14 inches lang)* Speciaal formaat afdrukmateriaal (ADF) van 127 tot 216 mm breed en 241 tot 305 mm lang (5 tot 8,5 inches breed en 9,5 tot 12 inches lang)
Hoofdstuk 3 (vervolg) Lade Soort Gewicht Capaciteit Lade 2 Alleen gewoon papier 60 tot 105 g/m Maximaal 350 vellen gewoon papier (16 tot 28 lb bankpost) (35 mm of 1,38 inch gestapeld) Duplexeen Papier 60 tot 105 g/m Niet van toepassing heid (16 tot 28 lb bankpost) Uitvoerbak...
* Om deze marge-instelling op een computer met Windows te verkrijgen, klikt u op het tabblad Geavanceerd in de printerdriver en selecteert u Minimaliseren van marges. Opmerking Als u de automatische duplexeenheid (beschikbaar bij sommige modellen) gebruikt, mogen de minimummarges boven en onder niet groter zijn dan 12 mm (0,47 inch).
Pagina 44
Hoofdstuk 3 3. Stel de papiergeleiders in de lade af op het formaat dat u in de lade hebt geplaatst en laat de uitvoerlade vervolgens zakken. 4. Trek het verlengstuk op de uitvoerlade uit. Lade 2 vullen 1. Pak de lade onder aan de voorkant vast en trek de lade uit het apparaat. 2.
3. Stel de materiaalgeleiders in de lade af op het formaat dat u in de lade hebt geplaatst. 4. Plaats de lade voorzichtig terug. 5. Trek het verlengstuk op de uitvoerlade uit. Lades configureren Opmerking Lade 2 is beschikbaar bij sommige modellen Zie voor bestelinformatie Afdrukbenodigdheden online bestellen.
Functies of Kleur en selecteer vervolgens Papierverwerking. • Werkset (Windows): Klik op het tabblad Printerservice en klik op Papierverwerking. • HP Printerhulpprogramma (Mac OS): Klik op Papierverwerking in het deelvenster Printerinstellingen. • Bedieningspaneel: Druk op de knop Setup, selecteer Voorkeuren, en selecteer vervolgens Standaardlade of Ladevergrendeling.
Afdrukken op afdrukmateriaal van speciaal formaat (Windows) 1. Plaats het juiste afdrukmateriaal. Raadpleeg Afdrukmateriaal plaatsen voor meer informatie. 2. Kies wanneer een document is geopend de opdracht Afdrukken in het menu Bestand en klik vervolgens op Instellingen, Eigenschappen of Voorkeuren. 3.
Hoofdstuk 3 Afdrukken zonder randen Bij afdrukken zonder randen kunt u afdrukken tot aan de randen van bepaalde afdrukmaterialen en van bepaalde formaten daarvan. Opmerking Open het bestand in een softwaretoepassing en bepaal het formaat van de afbeelding. Zorg ervoor dat dit formaat overeenstemt met het formaat van het afdrukmateriaal waarop u de afbeelding gaat afdrukken.
Bewerken of Verwijderen. • Klik op Toepassen als u klaar bent. • HP Photosmart-software: Open HP Photosmart-software en volg de aanwijzingen in de help op het scherm. Snelkiescodes installeren (alleen bij sommige modellen)
Hoofdstuk 3 • HP Apparaatbeheer (Mac OS): Open HP Apparaatbeheer, klik op Informatie en instellingen en kies vervolgens in het vervolgkeuzemenu Instellingen faxsnelkiescodes. • Bedieningspaneel: Druk op Installatie en selecteer vervolgens de optie Installatie Snelkiezen. • Een code toevoegen of wijzigen: Selecteer Individuele snelkiescode of Groepssnelkiescode en ga met de pijlknoppen naar een ongebruikte codenummer, of typ een nummer in op het toetsenblok.
• HP Apparaatbeheer (Mac OS): Open HP Apparaatbeheer, klik op Informatie en instellingen en kies vervolgens in het vervolgkeuzemenu Instellingen faxsnelkiescodes. • Bedieningspaneel: druk op Installatie en selecteer vervolgens de optie Snelkiesinstellingen. • Een groep toevoegen: Selecteer Groepssnelkiezen, selecteer een niet- toegewezen snelkiesnummer en druk op OK.
Geïntegreerde webserver (netwerkverbinding): Open de geïntegreerde webserver, klik op het tabblad Instellingen en klik vervolgens op Faxsnelkiescodes in het linkerdeelvenster. • HP Apparaatbeheer (Mac OS): Open HP Apparaatbeheer, klik op Informatie en instellingen en kies vervolgens in het vervolgkeuzemenu Instellingen faxsnelkiescodes. •...
Afdrukken Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • Afdrukinstellingen • Afdrukken aan beide zijden (dubbelzijdig afdrukken) • Een afdruktaak annuleren Afdrukinstellingen U kunt de afdrukinstellingen (zoals papierformaat of -soort) wijzigen vanuit een toepassing of de driver van de printer. Wijzigingen in een toepassing hebben voorrang op wijzigingen in de driver van de printer.
Hoofdstuk 4 Afdrukken aan beide zijden (dubbelzijdig afdrukken) U kunt een vel dubbelzijdig afdrukken. Dit kan automatisch met het optionele accessoire voor automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplexeenheid) of handmatig door het afdrukmateriaal om te draaien en opnieuw in het apparaat in te voeren. •...
6. Om het formaat van elke pagina automatisch te laten aanpassen aan de lay-out van het document op het scherm, moet u het selectievakje Lay-out behouden inschakelen. Als u deze optie uitschakelt, kunnen pagina's op ongewenste plaatsen worden afgebroken. 7. Schakel het selectievakje Voorkant boven in of uit, afhankelijk van de bindrichting.
Kopiëren U kunt kleuren- en zwart-witkopieën van hoge kwaliteit maken op allerlei papiersoorten- en formaten. Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • Kopiëren vanaf het bedieningspaneel • De kopieerinstellingen wijzigen • Een origineel bijsnijden (alleen modellen met kleurenscherm) • Een kopieertaak annuleren Kopiëren vanaf het bedieningspaneel U kunt vanaf het bedieningspaneel kopieën van hoge kwaliteit maken.
selecteert, wordt er een scan gestart en wordt een voorbeeld van het origineel op het kleurenscherm getoond. Met bijsnijden worden de afmetingen van de afbeelding gewijzigd, en wordt het fysieke formaat dus kleiner. U kunt het formaat van de bijgesneden afbeelding wijzigen door de instelling Verkleinen/Vergroten te wijzigen.
Om dit te controleren op een computer met Mac OS, opent u het HP Apparaatbeheer en klikt u op Afbeelding scannen. Als de scanner beschikbaar is, wordt de toepassing HP ScanPro gestart. Als dat niet het geval is, verschijnt een bericht dat meldt dat geen scanner werd gedetecteerd.
Met de geïntegreerde webserver op uw computer kunt u een snelkiescode voor een direct digitaal archief installeren. Opmerking Het opstellen van het direct digitaal archief vereist een basiskennis van netwerkconcepten. Deze functies worden best geïnstalleerd door gebruikers met enige ervaring met netwerken. Een netwerkmap installeren ▲...
2. Druk op de knop Het menu Scannen of Scannen naar. 3. Selecteer met de pijlknoppen het programma dat u wilt gebruiken (zoals de HP- beeldbewerkingssoftware) en druk vervolgens op OK. 4. Druk op START SCANNEN.
4. Selecteer uit de lijst met beschikbare computers de naam van een computer en druk vervolgens op OK. 5. Selecteer met de pijlknoppen het programma dat u wilt gebruiken (zoals de HP- beeldbewerkingssoftware). 6. Druk op OK of START SCANNEN.
Een gescand origineel bewerken U kunt een gescande afbeelding bewerken met de HP Photosmart-software. U kunt een gescand document ook bewerken met de software voor OCR (Optical Character Recognition).
Scaninstellingen wijzigen Scaninstellingen wijzigen • HP Apparaatbeheer (Mac OS): Open HP Apparaatbeheer, klik op Informatie en instellingen en kies vervolgens in het vervolgkeuzemenu Scanvoorkeuren. • Windows: Open de software van het apparaat, selecteer Instellingen, selecteer Scaninstellingen- en voorkeuren en kies vervolgens de gewenste opties en voorkeuren.
Werken met geheugenapparaten (alleen bij sommige modellen) Bij het apparaat wordt een geheugenkaartlezer geleverd die diverse types geheugenkaarten voor digitale camera's kan lezen. Met het apparaat kunt u foto's uit deze geheugenkaarten opslaan. U kunt ook een voorbeeldvel afdrukken waarop u de op de geheugenkaart opgeslagen foto's in miniatuur kunt zien.
(vervolg) Memory Stick, MagicGate Memory Stick, Memory Stick Duo en Memory Stick Pro USB-poort voorzijde (Universal Serial Bus, PictBridge-compatibel) Een geheugenkaart plaatsen 1. Houd de geheugenkaart met het etiket naar boven en de contactpunten in de richting van het apparaat. 2.
Hoofdstuk 7 Het apparaat ondersteunt twee gestandaardiseerde indelingen: de PictBridge en DPOF-indeling 1.1 (Digital Print Order Format). Dit betekent dat u de foto's niet opnieuw hoeft te selecteren als u ze wilt afdrukken. • De PictBridge-norm bewaart de afdrukinstructies op de camera zelf. Om foto's te kunnen afdrukken met PictBridge, moet u de camera in PictBridge-modus zetten en de camera vervolgens via een USB-kabel aansluiten op het apparaat aan de USB-poort voorzijde.
U kunt een opslagapparaat alleen veilig verwijderen als het statuslampje naast de sleuven voor de geheugenkaarten niet knippert. Foto's bekijken U kunt foto's bekijken op het kleurenscherm van uw apparaat. U kunt ook foto's bekijken met de HP Photosmart-software. Foto's bekijken...
Als u de pijlknoppen ingedrukt houdt, kunt u snel door alle foto's bladeren. Foto's weergeven met de computer U kunt foto's weergeven en bewerken met de HP Photosmart-software die bij het apparaat werd geleverd. Zie de Help bij HP Photosmart-software op het scherm voor meer informatie.
Pagina 69
Als u andere bestandstypen wilt afdrukken, brengt u de bestanden van de geheugenkaart of het opslagapparaat over naar de computer en gebruikt u de HP Photosmart-software. Voor het afdrukken van foto's met een voorbeeldvel zijn drie stappen nodig: •...
Pagina 70
Hoofdstuk 7 Voor modellen met een uitleesvenster met twee regels a. Druk op de knop Het menu Foto. Een bericht geeft weer hoeveel bestanden er op de kaart of op het opslagapparaat worden gedetecteerd. b. Druk op de knop Voorbeeldvel, selecteer Afdrukken door op de pijlknoppen te drukken en druk vervolgens op OK.
Met het apparaat kunt u meerdere panoramische foto's van uw geheugenkaart of geheugenapparaat selecteren en die vervolgens afdrukken. Opmerking Het apparaat voegt de verschillende foto's niet samen tot een panoramische foto. Daarvoor gebruikt u een andere toepassing, zoals de HP Photosmart-software. Foto's afdrukken vanaf het bedieningspaneel...
Pagina 72
Hoofdstuk 7 Een panoramafoto afdrukken 1. Plaats een geheugenkaart in de juiste sleuf van het apparaat of sluit een opslagapparaat aan op de USB-poort voorzijde. 2. Druk op Het menu Foto. Het Photosmart Express-menu wordt weergegeven. Standaard is Bekijken & afdrukken gemarkeerd.
De instelling Datumstempel is standaard ingesteld op Off (Uitschakelen). Als u dat wilt, kunt u deze standaardinstelling wijzigen met de optie Nwe stand. inst.. Voorbeeld Geeft een voorbeeld weer van hoe uw afgedrukte pagina eruit zal afdrukken (alleen zien. Hiermee kunt u uw instellingen controleren voordat u gaat kleurenscherm) afdrukken en door potentiële fouten papier en inkt verspilt.
Hoofdstuk 7 Bijkomende foto's selecteren om af te drukken a. Blader door de foto's op uw geheugenkaart of opslagapparaat door op de pijlknoppen te drukken. b. Wanneer de gewenste foto wordt weergegeven, drukt u op OK. c. Druk op OK om Selecteren om af te drukken te selecteren. d.
7. Markeer het formaat dat u wilt afdrukken door op de pijlknoppen te drukken en druk vervolgens op OK. 8. Markeer het soort papier waarop u wilt afdrukken door op de pijlknoppen te drukken en druk vervolgens op OK. 9. De video verschijnt opnieuw. Druk op OK om door te gaan. 10.
Als het apparaat rechtstreeks is aangesloten op een computer, kunt u met de HP- beeldbewerkingssoftware faxprocedures uitvoeren die niet beschikbaar zijn vanaf het bedieningspaneel.
U kunt een fax ook handmatig verzenden via een telefoon of met behulp van handsfree kiezen. Met deze functies kunt u de kiessnelheid zelf bepalen. Deze functies zijn ook nuttig als u de kosten van het gesprek met een telefoonkaart wilt betalen en u tijdens het kiezen op kiestonen moet reageren.
Hoofdstuk 8 fax verzendt. Als een faxapparaat de oproep beantwoordt, kunt u de fax direct naar het apparaat verzenden wanneer u de faxtonen van het ontvangende apparaat hoort. Een fax handmatig via een telefoon verzenden 1. Laad de originelen. Zie Afdrukmateriaal plaatsen voor meer informatie.
Een fax verzenden met behulp van handsfree kiezen via het bedieningspaneel 1. Laad de originelen. Zie Afdrukmateriaal plaatsen voor meer informatie. Opmerking Als u een fax van meerdere pagina's verzendt, moet u de originelen met de te bedrukken zijde naar boven plaatsen in de automatische documentinvoer.
Hoofdstuk 8 Een fax ontvangen U kunt automatisch of handmatig faxen ontvangen. Als u de optie Automatisch antwoorden uitschakelt, moet u de faxen handmatig ontvangen. Als u de optie Automatisch antwoorden inschakelt (dit is de standaardinstelling), beantwoordt het apparaat automatisch de binnenkomende oproepen en worden faxen ontvangen na het aantal belsignalen dat in de instelling Hoe vaak overgaan is opgegeven.
Pagina 81
De volgende modi voor Backup-faxontvangst zijn beschikbaar: Dit is de standaardinstelling. Wanneer Backup-faxontvangst is ingesteld op Aan, slaat het apparaat alle ontvangen faxen op in het geheugen. Hierdoor kunt u maximaal de acht laatst afgedrukte faxen opnieuw afdrukken, mits deze nog in het geheugen zijn opgeslagen. Opmerking Als het geheugen van het apparaat vol raakt, worden de oudste, afgedrukte faxberichten overschreven bij ontvangst van nieuwe...
Hoofdstuk 8 Ontvangen faxen vanuit het geheugen opnieuw afdrukken Als u de modus voor Backup-faxontvangst instelt op Aan, worden de ontvangen faxen in het geheugen opgeslagen, ongeacht of er een fout was in het apparaat of niet. Opmerking Als het geheugen vol raakt, worden de oudste, afgedrukte faxberichten overschreven wanneer er nieuwe faxen worden ontvangen.
Het verdient aanbeveling te controleren of het nummer waarnaar u de fax doorstuurt een werkende faxlijn is. Stuur een testfax naar het nummer om na te gaan of het faxapparaat de faxen kan doorsturen naar dit nummer. Faxen doorsturen vanaf het bedieningspaneel 1.
Hoofdstuk 8 met een nummer in de lijst met geblokkeerde nummers, wordt de fax niet afgedrukt. (Het maximumaantal faxnummers dat u kunt blokkeren verschilt per model.) Opmerking Deze functie wordt niet in alle landen/regio's ondersteund. Als de functie niet wordt ondersteund in uw land/regio, wordt het item Faxnummerblokkering ingesteld niet weergegeven in het menu Basis faxinstallatie.
Handmatig een nummer invoeren dat moet worden geblokkeerd 1. Druk op Installatie. 2. Druk op Basisinstallatie fax en vervolgens op Installatie blokkering ongewenste faxen. 3. Druk op Nummers toevoegen aan lijst ongewenste nummers en vervolgens op Nummer invoeren. 4. Voer met het toetsenblok een faxnummer in dat moet worden geblokkeerd en druk vervolgens op OK.
Het faxkopschrift is de regel tekst met uw naam en faxnummer die wordt afgedrukt boven aan elke fax die u verstuurt. HP raadt aan het faxkopschrift in te stellen met de software die u met het apparaat hebt geïnstalleerd. U kunt het faxkopschrift ook instellen vanaf het bedieningspaneel, zoals hier wordt beschreven.
De antwoordmodus instellen (automatisch antwoorden) De antwoordmodus bepaalt of binnenkomende oproepen door het apparaat worden beantwoord. • Schakel de instelling Automatisch antwoorden in als u wilt dat het apparaat faxen automatisch beantwoordt. Alle binnenkomende oproepen en faxen worden door het apparaat beantwoord. •...
Hoofdstuk 8 Het aantal beltonen voordat wordt opgenomen instellen via de geïntegreerde webserver 1. Open de geïntegreerde webserver, klik op het tabblad Instellingen, klik op Faxen in het linkerdeelvenster en klik vervolgens op het subtabblad Basis. 2. Selecteer een nummer in het vervolgmenu Belsignalen voor opnemen in het gedeelte Andere basisinstellingen fax.
De foutcorrectiemodus instellen • Geïntegreerde webserver (netwerkverbinding): Open de geïntegreerde webserver, klik op het tabblad Instellingen, klik in het linkerdeelvenster op Faxen, klik op het tabblad Geavanceerd, selecteer Aan of Uit in het vervolgmenu Foutcorrectiemodus en klik dan op de knop Toepassen. •...
Hoofdstuk 8 De faxsnelheid instellen U kunt de faxsnelheid instellen die wordt gebruikt voor de communicatie tussen het apparaat en andere faxapparaten tijdens het verzenden en ontvangen van faxen. De standaard faxsnelheid is Snel. Als u een van de volgende opties gebruikt, is het wellicht nodig om de faxsnelheid te verlagen: •...
Hoog (standaard) naar Normaal. Zie De faxsnelheid instellen voor informatie over het wijzigen van deze instelling. Controleer ook of de internetfaxservice van uw telefoonmaatschappij faxen ondersteunt. Installatie testfax U kunt uw faxinstallatie testen om de status van het apparaat te controleren en om na te gaan of het correct is geïnstalleerd om te faxen.
Hoofdstuk 8 Bevestigingsrapporten voor faxen afdrukken Als u een afgedrukte bevestiging nodig hebt van faxen die goed zijn verzonden, volgt u onderstaande instructies om de faxbevestiging in te schakelen voordat u faxen gaat verzenden. Selecteer Bij Fax verzenden of Verzenden & ontvangen. De standaardinstelling voor faxbevestiging is Off (Uitschakelen).
2. Zie de Help op het scherm voor verdere aanwijzingen over de HP- beeldbewerkingssoftware. Het log geeft een lijst van alle vanaf het bedieningspaneel en vanuit de HP- beeldbewerkingssoftware verzonden faxen en alle ontvangen faxen. Het faxlogboek afdrukken vanaf het bedieningspaneel 1.
Hoofdstuk 8 Een fax annuleren U kunt op elk moment een fax dat u aan het verzenden of ontvangen bent, annuleren. Een fax annuleren ▲ Druk op Annuleren op het bedieningspaneel om een faxtaak die u aan het verzenden of ontvangen bent, te stoppen. Als het apparaat niet stopt met faxen, drukt dan nogmaals op Annuleren.
Werkset, HP Web Jetadmin en myPrintMileage gebruiken. Voor meer informatie over de HP Web Jetadmin-software opent u de HP Web Jetadmin-software en raadpleegt u de bijbehorende documentatie. Bezoek de website van myPrintMileage voor meer informatie over myPrintMileage.
Pagina 96
Hoofdstuk 9 Voor de gebruik deze tools... volgende actie… Onderdele Geïntegree Werkset HP Web myPrint- n van het (Windows) Printerhulp Jetadmin- Mileage bedienings webserver programm software paneel a (Mac OS) Het apparaat controleren Status van benodigdheden Gebruik van benodigdheden en papier...
Opmerking De getoonde inktniveaus zijn slechts een schatting. De feitelijke inktniveaus kunnen verschillen. HP Printerhulpprogramma (Mac OS) Inktpatrooninformatie: Open het deelvenster Informatie en ondersteuning en klik op Status benodigdheden. Het apparaat beheren Dit onderdeel bevat informatie over het beheren van het apparaat en het wijzigen van instellingen.
Pagina 98
Hoofdstuk 9 (vervolg) Gebruik dit hulpmiddel… als u het volgende wilt doen... • Installatie opties opnieuw kiezen: Druk op Installatie en open het menu Geavanceerde faxinstallatie. • Bekijk het IP-adres van het apparaat (zie Geavanceerde netwerkinstellingen wijzigen). • De datum en tijd instellen: Druk op Installatie, druk op Tools en vervolgens op Datum en tijd.
Werkset (Windows) Papierverwerking op het tabblad Services. • Onderhoudstaken voor het apparaat uitvoeren: Open het tabblad Services. • HP Printerhulpprogramma (Mac OS) Lade-instellingen wijzigen: Klik op Papierverwerking in het deelvenster Printerinstellingen. • Onderhoudstaken voor het apparaat uitvoeren: Open het deelvenster Informatie en ondersteuning en klik vervolgens op de optie voor de taak die u wilt uitvoeren.
U kunt de geïntegreerde webserver op de volgende manieren openen: Opmerking Als u de geïntegreerde webserver wilt openen vanuit de printerdriver (Windows) of het HP Printerhulpprogramma (Mac OS), moet het apparaat zijn aangesloten op een netwerk en een IP-adres hebben. •...
Werkset vanaf de Starter-cd installeren door voor de volledige installatie te kiezen. De Werkset openen • Klik in de HP Solution Center op Instellingen, wijs Afdrukinstellingen aan en klik vervolgens op Printer Werkset. • Klik met de rechtermuisknop op de HP Digital Imaging-monitor in de lade, wijs Modelnaam printer aan en klik op Werkset printer weergeven.
Opties op het tabblad informatie zijn onder meer: • Hardware-informatie • myPrintmileage (indien geïnstalleerd) • HP Instant Support • Toestand HP-printkop Services • Diagnosepagina PQ (afdrukkwaliteit) afdrukken: Hiermee kunt u nagaan of er problemen zijn die invloed hebben op de afdrukkwaliteit van het apparaat.
Regelinvoer kalibreren: Hiermee kunt u de regelinvoer kalibreren. Raadpleeg regelopschuiving kalibreren voor meer informatie. • HP-ondersteuning: Deze pagina geeft toegang tot de HP-website waar u ondersteuning vindt voor het apparaat, het apparaat kunt registreren, benodigdheden kunt bestellen en informatie vindt over het retourneren en recyclen van gebruikte printerbenodigdheden.
HP Instant Support HP Instant Support is een verzameling hulpprogramma's die u via een browser kunt openen en gebruiken. Met deze programma's kunt u afdrukproblemen snel identificeren, analyseren en oplossen.
• Online ondersteuning van HP expert (Active Chat): Via rechtstreeks chatten op internet kunt u op elk moment persoonlijke hulp krijgen van een HP-expert. U hoeft alleen maar een vraag of beschrijving van het probleem in te dienen. Historiegegevens, de systeemconfiguratie en acties die u hebt uitgevoerd, worden (na uw toestemming) automatisch doorgestuurd naar HP zodat u het probleem niet opnieuw hoeft te omschrijven.
Hoofdstuk 9 myPrintMileage myPrintMileage is een service van HP waarmee u de verbruiksgegevens kunt opvolgen en voorspellen en de aankoop van benodigdheden kunt plannen. Om myPrintMileage te kunnen gebruiken, moet aan de volgende voorwaarden zijn voldaan: • Internetverbinding • Apparaat aangesloten...
Pagina 107
Als u HP wilt bellen, is het vaak handig om eerst de diagnostische zelftestpagina af te drukken. 1. Printerinformatie: Geeft informatie over het apparaat (zoals productnaam, modelnummer, serienummer en versie van de firmware), de accessoires die zijn geïnstalleerd (zoals de duplexeenheid) en het aantal pagina's dat vanuit de lades en accessoires wordt afgedrukt.
U kunt de netwerkconfiguratiepagina gebruiken om problemen met de netwerkverbinding te helpen oplossen. Als u HP wilt bellen, is het vaak handig om eerst deze pagina af te drukken. Netwerkconfiguratiepagina 1.
4. Bluetooth: Informatie over de actieve draadloze Bluetooth-verbinding, zoals de naam en het adres van het apparaat evenals de toegangscode. 5. SNMP: Geeft informatie over de geldende SNMP-instellingen en de status ervan, naast de naam van de community. De netwerkconfiguratiepagina afdrukken vanaf het bedieningspaneel •...
Hoofdstuk 9 Basisnetwerkinstellingen wijzigen Het bedieningspaneel van het apparaat stelt u in staat om een draadloze verbinding in te stellen en te beheren en om een verscheidenheid aan netwerkbeheertaken uit te voeren. Deze taken omvatten onder meer het weergeven van de netwerkinstellingen, het herstellen van de standaardwaarden van het netwerk, het inschakelen van de draadloze radio en het wijzigen van de netwerkinstellingen.
Geavanceerde netwerkinstellingen wijzigen De geavanceerde netwerkinstellingen worden voornamelijk beschreven voor referentiedoeleinden. Het is echter raadzaam deze instellingen niet te wijzigen, tenzij u een ervaren gebruiker bent. De geavanceerde instellingen omvatten de verbindingssnelheid, de IP-instellingen en de geheugenkaartbeveiliging. De verbindingssnelheid instellen U kunt de snelheid wijzigen waarmee gegevens via het netwerk worden verzonden.
U kunt ook de wizard Faxinstallatie (Windows) of het HP Fax Setup- programma (Mac OS) gebruiken om snel een aantal belangrijke faxopties in te stellen, zoals de antwoordmodus en de informatie van het faxkopschrift.
Tabel 9-1 Landen/regio's met een parallel telefoonsysteem Argentinië Australië Brazilië Canada Chili China Colombia Griekenland India Indonesië Ierland Japan Korea Latijns-Amerika Maleisië Mexico Filippijnen Polen Portugal Rusland Saoedi-Arabië Singapore Spanje Taiwan Thailand V.S. Venezuela Vietnam Als u niet zeker weet welk type telefoonsysteem u gebruikt (serieel of parallel), kunt u dat navragen bij uw telefoonmaatschappij.
Hoofdstuk 9 3. Bent u via uw telefoonmaatschappij geabonneerd op een service voor specifieke belsignalen die uit meerdere telefoonnummers met verschillende belsignalen bestaat? Als u Ja hebt geantwoord, kunt u direct doorgaan naar Situatie D: Fax met een specifiek belsignaal op dezelfde lijn.
Pagina 115
Als u alle vragen in het vorige gedeelte hebt beantwoord en u geen van de beschreven apparaten of services gebruikt, kiest u "Geen" in de eerste kolom van de tabel. Opmerking Als uw thuis- of kantoorinstallatie in dit gedeelte niet wordt genoemd, stelt u het apparaat in als een gewone analoge telefoon.
Hoofdstuk 9 (vervolg) Andere apparatuur/services Aanbevolen faxinstellingen Aanbevolen faxinstellingen die uw faxlijn delen voor parallelle voor seriële telefoonsystemen telefoonsystemen Gespreksoproepen, Situatie J: Gedeelde lijn voor N.v.t. computermodem voor gespreks- en faxoproepen inbellen en antwoordapparaat met een computermodem en een antwoordapparaat (U hebt alleen de vragen 4, 5 en 6 met Ja beantwoord.) Gespreksoproepen,...
3. (Optioneel) Zet Hoe vaak overgaan op de laagste instelling (tweemaal overgaan). 4. Voer een faxtest uit. Wanneer de telefoon gaat, neemt het apparaat automatisch op na het aantal belsignalen dat u in de instelling Hoe vaak overgaan hebt opgegeven. Vervolgens begint het apparaat faxontvangsttonen naar het verzendende faxtoestel te sturen en ontvangt het de fax.
Hoofdstuk 9 Het apparaat installeren met een DSL-lijn 1. U kunt een DSL-filter aanschaffen bij uw DSL-provider. 2. Gebruik het bij het apparaat geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de open poort op de DSL-filter en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van het apparaat.
Situatie D: Fax met een specifiek belsignaal op dezelfde lijn Als u een abonnement hebt op de service voor specifieke belsignalen (via uw telefoonmaatschappij) en u één telefoonlijn wilt gebruiken voor verschillende telefoonnummers waarvan elk een ander belpatroon heeft, stelt u het apparaat in zoals in dit deel wordt beschreven.
Hoofdstuk 9 belsignalen dat u hebt geselecteerd (met de instelling Hoe vaak overgaan). Vervolgens begint het apparaat faxontvangsttonen naar het verzendende faxtoestel te sturen en ontvangt het de fax. Situatie E: Gedeelde telefoon-/faxlijn Als u zowel gespreks- als faxoproepen op hetzelfde telefoonnummer ontvangt en geen andere kantoorapparatuur (of voicemail) op deze telefoonlijn is aangesloten, stelt u het apparaat in zoals in dit deel wordt beschreven.
3. Nu kunt u instellen hoe u wilt dat oproepen door het apparaat worden beantwoord, automatisch of handmatig: • Als u het apparaat instelt op het automatisch beantwoorden van oproepen, verloopt het beantwoorden van alle binnenkomende oproepen en het ontvangen van faxen automatisch. Het apparaat zal in dat geval geen onderscheid kunnen maken tussen binnenkomende oproepen en faxberichten.
Hoofdstuk 9 Telefoonaansluiting op de wand Gebruik het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd en verbindt dit met de 1-LINE-poort Instellen van het apparaat met voicemail 1. Gebruik het bij het apparaat geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de telefoonaansluiting en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van het apparaat.
Pagina 123
Het apparaat installeren met een computermodem voor inbellen Als u op dezelfde telefoonlijn faxt en een computermodem voor inbellen hebt, volg dan deze aanwijzingen om het apparaat te installeren. Afbeelding 9-6 Achteraanzicht van het apparaat Telefoonaansluiting op de wand Gebruik het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd en verbindt dit met de 1-LINE-poort Computer met modem Het apparaat instellen met een computermodem voor inbellen...
Pagina 124
Hoofdstuk 9 Wanneer de telefoon gaat, neemt het apparaat automatisch op na het aantal belsignalen dat u in de instelling Hoe vaak overgaan hebt opgegeven. Vervolgens begint het apparaat faxontvangsttonen naar het verzendende faxtoestel te sturen en ontvangt het de fax. Het apparaat installeren met een DSL/ADSL-computermodem Als u een DSL-lijn hebt en die gebruikt om te faxen, volg dan deze aanwijzingen om uw fax te installeren.
Het apparaat installeren met een DSL/ADSL-computermodem 1. U kunt een DSL-filter aanschaffen bij uw DSL-provider. 2. Gebruik het bij het apparaat geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de DSL-filter en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van het apparaat.
Pagina 126
Hoofdstuk 9 parallelle splitters met twee RJ-11-poorten aan de voorzijde en een aansluiting aan de achterzijde.) Afbeelding 9-7 Voorbeeld van een parallelle splitter • Als de computer beschikt over een telefoonpoort, kunt u het apparaat configureren op de wijze die hieronder wordt beschreven. Afbeelding 9-8 Achteraanzicht van het apparaat Telefoonaansluiting op de wand Het bijgeleverde telefoonsnoer is aangesloten op de 1-LINE-poort op...
Pagina 127
5. Gebruik het bij het apparaat geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de telefoonaansluiting en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van het apparaat. Opmerking Als u het meegeleverde telefoonsnoer niet gebruikt om het apparaat op de telefoonaansluiting op de wand aan te sluiten, kunt u waarschijnlijk geen faxen verzenden of ontvangen.
Pagina 128
Hoofdstuk 9 Gedeelde gespreks-/faxlijn met DSL/ADSL-computermodem Volg deze instructies als uw computer beschikt over een DSL/ADSL-modem Telefoonaansluiting op de wand Parallelle splitter DSL/ADSL-filter Bij het apparaat geleverde telefoonsnoer DSL/ADSL-modem Computer Telefoon Opmerking U zult een parallelle splitter moeten kopen (dit wordt ook een koppelmechanisme genoemd).
Het apparaat installeren met een DSL/ADSL-computermodem 1. U kunt een DSL-filter aanschaffen bij uw DSL-provider. Opmerking Telefoons die elders thuis of op kantoor hetzelfde telefoonnummer delen met de DSL-dienst, moeten met extra DSL-filters zijn verbonden, anders krijgt u ruis als u telefoongesprekken voert. 2.
Pagina 130
Hoofdstuk 9 (vervolg) Telefoon (optioneel) Het apparaat instellen met een gedeelde spraak- en faxlijn met antwoordapparaat 1. Verwijder de witte plug van de poort met het label 2-EXT achter op het apparaat. 2. Koppel het antwoordapparaat los van de telefoonaansluiting en sluit het aan op de poort met het label 2-EXT achter op het apparaat.
Situatie J: Gedeelde lijn voor gespreks- en faxoproepen met een computermodem en een antwoordapparaat Stel het apparaat in zoals in dit gedeelte wordt beschreven als u op hetzelfde telefoonnummer zowel gespreks- als faxoproepen ontvangt en als u tevens een computermodem en een antwoordapparaat op deze telefoonlijn hebt aangesloten. Opmerking Aangezien de computermodem de telefoonlijn deelt met het apparaat, kunt u de modem en het apparaat niet gelijktijdig gebruiken.
Pagina 132
Hoofdstuk 9 • Als de computer beschikt over een telefoonpoort, kunt u het apparaat configureren op de wijze die hieronder wordt beschreven. Afbeelding 9-11 Achteraanzicht van het apparaat Telefoonaansluiting op de wand Telefoonsnoer dat is verbonden met de parallelle splitter Parallelle splitter Telefoon (optioneel) Antwoordapparaat...
Pagina 133
4. Gebruik het bij het apparaat geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de telefoonaansluiting en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van het apparaat. Opmerking Als u het meegeleverde telefoonsnoer niet gebruikt om het apparaat op de telefoonaansluiting op de wand aan te sluiten, kunt u waarschijnlijk geen faxen verzenden of ontvangen.
Pagina 134
Hoofdstuk 9 Gedeelde lijn voor zowel gespreks- als faxoproepen, een DSL/ADSL-modem en een antwoordapparaat Telefoonaansluiting op de wand Parallelle splitter DSL/ADSL-filter Het bijgeleverde telefoonsnoer is verbonden met de 1-LINE-poort aan de achterzijde van het apparaat DSL/ADSL-modem Computer Antwoordapparaat Telefoon (optioneel) Opmerking U zult een parallelle splitter moeten kopen (dit wordt ook een koppelmechanisme genoemd).
Het apparaat installeren met een DSL/ADSL-computermodem 1. U kunt een DSL/ADSL-filter aanschaffen bij uw DSL/ADSL-provider. Opmerking Telefoons die elders thuis of op kantoor hetzelfde telefoonnummer delen met de DSL/ADSL-dienst moeten met extra DSL/ADSL- filters zijn verbonden, anders krijgt u ruis als u telefoongesprekken voert. 2.
Pagina 136
Hoofdstuk 9 Opmerking Als u een voicemailservice hebt op hetzelfde telefoonnummer dat u voor faxen gebruikt, kunt u niet automatisch faxen ontvangen. U moet de faxen handmatig ontvangen, wat betekent dat u zelf aanwezig moet zijn om binnenkomende faxoproepen te beantwoorden. Als u uw faxen liever automatisch ontvangt, neemt u contact op met uw telefoonmaatschappij voor een abonnement op een service voor specifieke belsignalen of om een aparte telefoonlijn aan te vragen voor het faxen.
U moet zelf aanwezig moet zijn om binnenkomende faxoproepen te accepteren, anders kan het apparaat geen faxen ontvangen. Seriële faxinstallatie Raadpleeg de faxconfiguratiewebsite voor uw land/regio voor informatie over hoe u het apparaat installeert om te faxen met een serieel telefoonsysteem. Oostenrijk www.hp.com/at/faxconfig Duitsland www.hp.com/de/faxconfig Zwitserland (Frans) www.hp.com/ch/fr/faxconfig Zwitserland (Duits) www.hp.com/ch/de/faxconfig...
Hoofdstuk 9 (vervolg) Nederland www.hp.nl/faxconfig België (Nederlands) www.hp.be/nl/faxconfig België (Frans) www.hp.be/fr/faxconfig Portugal www.hp.pt/faxconfig Spanje www.hp.es/faxconfig Frankrijk www.hp.com/fr/faxconfig Ierland www.hp.com/ie/faxconfig Italië www.hp.com/it/faxconfig Het apparaat configureren (Windows) U kunt het apparaat direct aansluiten op een computer of delen met andere gebruikers binnen een netwerk.
3. Klik in het cd-menu op Installeren en volg de aanwijzingen op het scherm. 4. Wanneer dit wordt gevraagd, zet u het apparaat aan en sluit u deze met een USB- kabel aan op de computer. De wizard Nieuwe Hardware gevonden verschijnt op het beeldscherm van de computer en het pictogram van het apparaat wordt in de printermap aangemaakt.
Hoofdstuk 9 Opmerking Wanneer u een rechtstreeks aangesloten apparaat deelt, moet u de computer met de hoogste versie van het besturingssysteem als server gebruiken. Als u bijvoorbeeld een computer met Windows XP hebt en een andere computer met een lagere versie van Windows, kunt u de computer met Windows XP het beste als server gebruiken.
Het apparaat installeren op een netwerk Voer de onderstaande stappen uit om de apparaatsoftware te installeren in de volgende netwerkomgevingen: Een peer-to-peer-netwerk (een netwerk zonder een computer die uitsluitend fungeert als printserver). 1. Verwijder de beschermklep van de netwerkpoort van het apparaat en sluit het apparaat aan op het netwerk.
Hoofdstuk 9 5. Voer een van de volgende handelingen uit: Voer het netwerkpad of de wachtrijnaam in van het gedeelde apparaat en klik vervolgens op Volgende. Klik op Diskette wanneer het programma dit vraagt om het apparaatmodel te selecteren. Klik op Volgende en zoek het apparaat in de lijst met gedeelde printers. 6.
Voor het delen van het apparaat in een Macintosh-omgeving is ten minste het volgende vereist: • De Macintosh-computers moeten in het netwerk communiceren via TCP/IP en moeten een IP-adres hebben. (AppleTalk wordt niet ondersteund.) • Het gedeelde apparaat moet verbonden zijn met een ingebouwde USB-poort op de Macintosh-hostcomputer.
Hoofdstuk 9 (vervolg) Netwerkkabel De printer installeren in een draadloos netwerk (Mac OS) Daadloze communicatie installeren met het installatieprogramma (Windows) voor meer informatie. SecureEasySetup (SES) Raadpleeg Draadloze communicatie installeren met SecureEasySetup (SES) voor meer informatie. * Een ad-hocnetwerk kan worden geïnstalleerd met het hulpprogramma voor draadloze verbindingen op Starter-cd.
Pagina 145
Er zijn twee mogelijke communicatiemodi: • Ad hoc: In een netwerk in ad-hocmodus is het apparaat ingesteld op de ad- hoccommunicatiemethode en communiceert het rechtstreeks en zonder WAP met andere draadloze apparaten. Alle apparaten in het netwerk in ad-hocmodus moeten aan de volgende voorwaarden voldoen: •...
Hoofdstuk 9 Draadloze communicatie installeren met behulp van het bedieningspaneel met de wizard De wizard Draadloze installatie biedt u een eenvoudige methode voor het installeren en het beheren van een draadloze verbinding met het apparaat. Opmerking Om deze methode te kunnen gebruiken, moet u een draadloos netwerk geïnstalleerd hebben en toepassen.
Voer de volgende stappen uit om de printer tijdelijk op het netwerk aan te sluiten als u er niet in slaagt om draadloze communicatie tot stand te brengen. a. Sluit het apparaat tijdelijk met een Ethernet-kabel aan op het netwerk. b.
Hoofdstuk 9 1. Druk op de knop SES op de draadloze router. 2. Druk binnen 2 minuten op Installatie. Als het apparaat een uitleesscherm met twee regels heeft, selecteert u Netwerk, selecteert u Wizard draadloze installatie, selecteert u SecureEasySetup en volgt u de aanwijzingen op het scherm.
7. Klik in het cd-menu op Software installeren en volg de aanwijzingen op het scherm. 8. Op het scherm Verbindingstype selecteert u de optie voor een draadloos netwerk en klikt u vervolgens op Gereed. 9. Volg de aanwijzingen op het scherm in het Installatieprogramma voor netwerkprinter, dat automatisch wordt gestart, om de printerdriver te installeren.
Installatie van het apparaat voor Bluetooth-communicatie Met de HP Bluetooth draadloze printeradapter kunt u zonder verbinding via draden vanaf Bluetooth-apparaten afbeeldingen afdrukken. Hiertoe steekt u de HP Bluetooth- adapter in de USB-poort op de voorzijde en drukt u af vanaf een Bluetooth-apparaat...
Pagina 151
Installatie van het apparaat voor Bluetooth-communicatie vanaf het bedieningspaneel 1. Sluit de HP Bluetooth-adapter aan op de USB-poort voorzijde (zoals in onderstaande afbeelding). 2. Sommige Bluetooth-apparaten wisselen adressen uit als ze met elkaar communiceren en een verbinding tot stand brengen.
• Widcomm/Broadcom-stack: Als u een HP-computer hebt waarin Bluetooth is ingebouwd of als u een HP Bluetooth-adapter hebt geïnstalleerd, bevindt de Widcomm/Broadcom-stack zich op uw computer. Als u een HP-computer hebt en daarop een HP Bluetooth-adapter aansluit, wordt deze automatisch geïnstalleerd met de Widcomm/Broadcom-stack.
Pagina 153
Als u het apparaat nu niet kunt verbinden... wordt weergegeven. 1. Sluit een HP Bluetooth-adapter aan op de USB-poort aan de voorzijde van het apparaat. 2. Als u voor uw computer een externe Bluetooth-adapter gebruikt, moet de computer zijn opgestart voordat u de Bluetooth-adapter aansluit op een USB-poort van de computer.
1. Zorg dat u de software van het apparaat op de computer hebt geïnstalleerd. 2. Sluit een HP Bluetooth-adapter aan op de USB-poort aan de voorzijde van het apparaat. 3. Druk op de knop Aan/uit op het bedieningspaneel om het apparaat uit te zetten en druk nogmaals op de knop om het apparaat weer aan te zetten.
Verifieer Bluetooth-apparaten door middel van een wachtwoord. U kunt het beveiligingsniveau van het apparaat instellen op Hoog of Laag. • Laag: Het apparaat vereist geen wachtwoord. Elk Bluetooth-apparaat dat zich binnen het bereik bevindt erop afdrukken. Opmerking De standaardinstelling voor beveiliging is Laag. Bij een laag beveiligingsniveau is geen verificatie vereist.
2. Druk op de knop Aan/uit om het apparaat uit te schakelen. 3. Klik op de taakbalk van Windows achtereenvolgens op Start, Programma's of Alle programma's, selecteer HP, selecteer Officejet Pro L7XXX Series en klik vervolgens op Verwijderen. 4. Volg de instructies op het scherm.
Pagina 157
Plug and Play-gebeurtenissen zijn voltooid. 10. Volg de instructies op het scherm. Als de installatie van de software is voltooid, wordt het pictogram HP Digital Imaging- monitor in het systeemvak van Windows weergegeven. De software verwijderen van een Windows-computer, methode 2...
Pagina 158
5. Plaats de Starter-cd van het apparaat in het cd-romstation van de computer als u de software opnieuw wilt installeren. 6. Open de cd-rom op het bureaublad en dubbelklik op HP All-in-One Installer. 7. Volg de instructies op het scherm en raadpleeg ook...
Geschatte inktniveaus, bladert u naar de knop Cartridgedetails button en klikt u vervolgens op Cartridgedetails. • Mac OS: Vanaf het Hulpprogramma van de HP-printer klikt u op Info benodigdheden in het paneel Informatie en ondersteuning en vervolgens op Informatie detailhandel benodigdheden.
Zie voor meer informatie www.hp.com/go/inkusage. De inktcartridges vervangen U kunt de geschatte inktniveaus controleren vanuit de Werkset (Windows), het HP Printerhulpprogramma (Mac OS) of de geïntegreerde webserver. Zie Beheertools voor het apparaat gebruiken voor informatie over deze tools.
4. Vervang de printkoppen indien het probleem na het reinigen blijft bestaan. Raadpleeg De printkoppen vervangen voor meer informatie. Let op HP kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan het apparaat die het gevolg is van het wijzigen van de printkoppen. De printkoppen onderhouden...
Werkset (Windows): Open het tabblad Services, klik op Pagina diagnostiek van afdrukkwaliteit (PQ) afdrukken en volg de instructies op het scherm. • HP Printerhulpprogramma (Mac OS): Klik op Diagnostiek van afdrukkwaliteit in het deelvenster Informatie en ondersteuning. Onderhoud en problemen oplossen...
Printerinformatie: Informatie over het apparaat (zoals het modelnummer, het serienummer en de versie van de firmware), het aantal afgedrukte pagina's vanuit de lades en de duplexeenheid, informatie over het inktniveau en de status van de printkoppen. Testpatroon 1: Als de lijnen onderbroken en niet recht zijn, moet u de printkoppen uitlijnen.
• Werkset (Windows): Open het tabblad Services, klik op Printkoppen uitlijnen en volg de instructies op het scherm. • HP Printerhulpprogramma (Mac OS): Klik op Uitlijnen in het deelvenster Informatie en ondersteuning. De regelopschuiving kalibreren • Bedieningspaneel: Druk op de knop Installatie, selecteer Tools, selecteer Regelinvoer kalibreren en druk dan op OK.
Pagina 165
1. Open de bovenklep. 2. Als de wagen niet automatisch naar links beweegt, druk dan gedurende vijf seconden op de knop OK. Wacht tot de wagen tot stilstand is gekomen en verwijder daarna het netsnoer uit de printer. 3. Til de printkopgrendel omhoog. 4.
Pagina 166
Hoofdstuk 10 6. Veeg de elektrische contacten op de printkop schoon, maar raak de sproeier hierbij niet aan. Opmerking De elektrische contacten zien eruit als koperkleurige vierkantjes, die op één vlak van de printkop zijn gegroepeerd. De sproeiers bevinden zich op een ander vlak van de printkop. Op de sproeiers is inkt te zien.
8. Reinig de elektrische contacten van de printkopsleuf in het apparaat met een droge, zachte doek zonder rafels. 9. Sluit het netsnoer aan en zet het apparaat aan. Het bedieningspaneel moet aangeven dat de printkop ontbreekt. 10. Plaats de printkop terug in de sleuf met de kleurcode van de printkop (het label op de printkop moet overeenkomen met het label op de printkopgrendel).
Pagina 168
Hoofdstuk 10 3. Til de printkopgrendel omhoog. 4. Til de hendel van een printkop omhoog en gebruik deze om de printkop uit de sleuf te trekken. 5. Schud de printkop terwijl hij nog in de verpakking zit minstens zes keer op en neer voordat u de printkop installeert.
6. Haal de nieuwe printkop uit de verpakking en verwijder de oranje beschermkapjes. Let op Printkoppen niet schudden als de dopjes zijn verwijderd. 7. Plaats de printkop terug in de sleuf met de kleurcode van de printkop (het label op de printkop moet overeenkomen met het label op de printkopgrendel).
Hoofdstuk 10 Het toestel reinigen Aan de hand van de instructies in dit gedeelte kunt u ervoor zorgen dat het apparaat optimaal blijft functioneren. Voer de volgende onderhoudsprocedures uit voor zover dit nodig is. Stof of vuil op de glasplaat van de scanner, op de binnenkant van de ADF-klep of het ADF-kader kunnen de werking van het apparaat vertragen en een negatieve invloed hebben op speciale functies, zoals het aanpassen van kopieën aan een bepaald paginaformaat.
Pagina 171
Als er strepen voorkomen op gescande documenten, kan dit misschien opgelost worden door het ADF-kader te reinigen. De ADF reinigen 1. Schakel het apparaat uit. 2. Trek de ADF naar boven. 3. Het ADF-kader bevindt zich onder de ADF. 4. Druk op de grendel van het ADF-kader. Het toestel reinigen...
Pagina 172
Hoofdstuk 10 5. Haak het ADF-kader los en verwijder deze. 6. Reinig het ADF-kader met een zachte, pluisvrije doek waarop een zacht glasreinigingsmiddel is gesproeid. Reinig de twee kanten van de transparante film, inclusief de witte streep aan de binnenzijde van het ADF-kader. Let op Alleen glasreinigingsmiddel gebruiken.
Pagina 173
7. Ga als volgt te werk om het ADF-kader te verwijderen: a. Hef de binnenkant van de ADF-klep op en klem het ADF-kader vervolgens in de ADF-klep. b. Schuif het ADF-kader onder de binnenzijde en klik het op zijn plaats. Let op Het ADF-kader moet onder de binnenzijde zitten, anders werkt de ADF niet.
Hoofdstuk 10 3. Reinig de witte binnenkant van het ADF-kader met een zachte, pluisvrije doek waarop een zacht glasreinigingsmiddel is gesproeid. Was de binnenkant voorzichtig om vuildeeltjes los te maken; de binnenkant niet schrobben. 4. Droog de binnenkant met een droge, zachte en pluisvrije doek. Let op Gebruik hiervoor geen papieren doekjes omdat die krassen kunnen veroorzaken.
• Zorg dat de voedingskabel en andere kabels functioneren en goed op het apparaat zijn aangesloten. Zorg dat het apparaat goed is verbonden met een werkend stopcontact en is ingeschakeld. Zie Elektrische specificaties voor spanningsvereisten. • Afdrukmateriaal moet goed in de lade zijn geplaatst en niet in het apparaat zijn vastgelopen.
Er is een fout opgetreden die niet kan worden hersteld Koppel alle kabels los (zoals het netsnoer, de netwerkkabel en de USB-kabel), wacht ongeveer 20 seconden en verbindt de kabels opnieuw. Bezoek de website van HP (www.hp.com/support) als het probleem aanhoudt. Daar vindt u de laatste informatie over het oplossen van problemen en de laatste productfixes en -updates.
Controleer de kabelaansluitingen • Controleer of beide uiteinden van de netwerk-/USB-kabel goed zijn aangesloten. • Als het apparaat is aangesloten op een netwerk, doet u het volgende: • Controleer of het verbindingslampje aan de achterzijde van het apparaat brandt. • Controleer of u niet een telefoonsnoer hebt gebruikt om het apparaat te verbinden.
Er wordt een blanco of deels bedrukte pagina afgedrukt Controleer of de inktpatronen leeg zijn Controleer het bedieningspaneel om te zien welke cartridge bijna of helemaal leeg is. De Werkset (Windows), HP Printerhulpprogramma (Mac OS) en de diagnostische zelftestpagina (zie De diagnostische zelftestpagina begrijpen) geven informatie over het inktniveau.
De afdruk is niet correct of er ontbreken gedeelten Controleer de printkoppen Druk de pagina Diagnostiek van afdrukkwaliteit op een schoon wit vel papier af. Maak een inschatting van de aard van het probleem en voer de aanbevolen acties uit. Raadpleeg De pagina Diagnostiek van afdrukkwaliteit afdrukken voor meer informatie.
De pagina Diagnostiek van afdrukkwaliteit afdrukken voor meer informatie. Controleer de papierkwaliteit Het papier is mogelijk te vochtig of te ruw. Controleer of het papier voldoet aan de HP- specificaties en probeer opnieuw af te drukken. Raadpleeg Afdrukmateriaal selecteren voor meer informatie.
Controleer de papiersoort in het apparaat • Controleer of de lade geschikt is voor de geladen papiersoort. Raadpleeg Informatie over de specificaties van ondersteund afdrukmateriaal voor meer informatie. • Controleer of u in de printerdriver de lade hebt geselecteerd die de gewenste materiaalsoort bevat.
Bij de instelling Beste kunnen kleurendocumenten met veel verschillende kleuren gaan kreuken en de kleuren kunnen worden uitgesmeerd. Probeer een andere afdrukmodus, zoals Normaal om de hoeveelheid inkt te verminderen of gebruik HP Premium-papier voor afdrukken met levendige kleuren. Raadpleeg Afdrukinstellingen voor meer informatie.
Nagevulde inktcartridges worden niet door de garantie van HP gedekt en worden niet door HP ondersteund. Zie voor bestelinformatie benodigdheden en -accessoires.
Hoofdstuk 10 Lijnen of punten ontbreken in de tekst of afbeeldingen Controleer de printkoppen Druk de pagina Diagnostiek van afdrukkwaliteit op een schoon wit vel papier af. Maak een inschatting van de aard van het probleem en voer de aanbevolen acties uit. Raadpleeg De pagina Diagnostiek van afdrukkwaliteit afdrukken voor meer informatie.
Pagina 185
Wanneer u volle laden met te veel kracht in het apparaat plaatst, kunnen vellen papier in het apparaat terechtkomen. Hierdoor kan het papier vastlopen en kunnen meerdere vellen tegelijk worden ingevoerd. • Gebruik papier dat voldoet aan de HP-specificaties voor optimale prestaties en efficiency. Problemen met de papierinvoer oplossen...
Hoofdstuk 10 Problemen met het kopiëren oplossen Als de volgende onderwerpen niet helpen, raadpleegt u Ondersteuning en garantie voor meer informatie over HP-ondersteuning. Er kwam geen kopie uit • Controleer de voeding Controleer of het netsnoer goed is verbonden en dat het apparaat aanstaat.
Controleer de instellingen voor de kopieertaak om zeker te zijn dat ze op normaal formaat staan. • Mogelijk is de HP beeldbewerkingssoftware zo ingesteld dat de gescande afbeelding wordt verkleind. Wijzig desgevallend de instellingen. Zie de Help op het scherm voor meer informatie over de HP-beeldbewerkingssoftware.
Hoofdstuk 10 Er verschijnen defecten in de kopieën • Verticale witte of vervaagde strepen Het afdrukmateriaal voldoet misschien niet aan de specificaties van Hewlett- Packard (het materiaal is bijvoorbeeld te vochtig of te ruw). Zie Afdrukmateriaal selecteren voor meer informatie. •...
Scanproblemen oplossen Als de volgende onderwerpen niet helpen, raadpleegt u Ondersteuning en garantie voor meer informatie over HP-ondersteuning. Opmerking Als u vanaf een computer gaat scannen, raadpleeg dan de Help van de software voor informatie over het oplossen van problemen.
HP-beeldbewerkingssoftware is ingesteld om automatisch een andere taak uit te voeren dan degene die u probeert uit te voeren. Zie de Help op het scherm van de HP-beeldbewerkingssoftware voor richtlijnen over het wijzigen van de eigenschappen. Tekst kan niet worden bewerkt •...
Er verschijnen foutmeldingen • "De TWAIN-bron kan niet worden geactiveerd" of "Er is een fout opgetreden tijdens het ophalen van de afbeelding" • Als u de afbeelding ophaalt van een ander apparaat, zoals een digitale camera of een andere scanner, moet het andere apparaat TWAIN-compatibel zijn. Apparaten die niet TWAIN-compatibel zijn werken niet met de software van het apparaat.
Hoofdstuk 10 • De gescande afbeelding is scheef Mogelijk is het origineel niet goed geplaatst. Gebruik steeds de papiergeleiders wanneer u de originelen in de ADF plaatst. Raadpleeg De originelen plaatsen voor meer informatie. • De gescande afbeelding vertoont vegen, lijnen en verticale, witte strepen of andere defecten •...
• Formaat is kleiner geworden Mogelijk is de HP-software zo ingesteld dat de gescande afbeelding wordt verkleind. Raadpleeg de Help bij de productsoftware voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen. Kan niet naar de netwerkmap scannen (snelkeuze digitaal archief)
Hoofdstuk 10 • Het voorvoegsel van de bestandsnaam is niet correct Controleer of het voorvoegsel van de map- en bestandsnaam alleen gebruikmaakt van de letters A tot Z (gewone of hoofdletter) en de getallen 1 tot 9. Gebruik echter geen speciale tekens of accenten in de naam van de map. Als niet-ondersteunde tekens worden gebruikt in de voorvoegsels van bestandsnamen, verschijnen die niet correct als het bestand wordt aangemaakt.
Pagina 195
• Als u de test vanuit de wizard Faxinstallatie (Windows) of HP Stel fax in (Mac OS) uitvoert, controleert u of het apparaat niet met een andere taak bezig is, zoals het ontvangen van een fax of het maken van een kopie. Controleer of op het uitleesvenster wordt gemeld dat het apparaat bezig is.
Pagina 196
Hoofdstuk 10 • Zorg ervoor dat het apparaat goed is verbonden met de telefoonaansluiting. Gebruik het bij het apparaat geleverde telefoonsnoer om een verbinding te maken tussen de telefoonaansluiting en de poort met het label 1-LINE op de achterzijde van het apparaat. Zie Faxen instellen op het apparaat (alleen bij sommige modellen) voor meer informatie over het instellen van het apparaat...
Pagina 197
Afbeelding 10-1 Achteraanzicht van het apparaat 1 Telefoonaansluiting op de wand 2 Gebruik het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd en verbindt dit met de 1- LINE-poort 2. Nadat u het telefoonsnoer hebt verbonden met de 1-LINE-poort, voert u de faxtest nogmaals uit om te controleren of het apparaat klaar is om te faxen.
Pagina 198
Hoofdstuk 10 apparaat en het andere uiteinde met de telefoonaansluiting, zoals hieronder aangegeven. 1 Telefoonaansluiting op de wand 2 Gebruik het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd en verbindt dit met de 1- LINE-poort Als het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd niet lang genoeg is, kunt u een verdeelstekker gebruiken en het snoer verlengen.
Pagina 199
De kiestoondetectietest is mislukt Oplossing: • De test mislukt mogelijk door de aanwezigheid van andere apparatuur die gebruikmaakt van dezelfde telefoonlijn als het apparaat. U kunt vaststellen of het probleem door andere apparatuur wordt veroorzaakt door alle andere apparaten los te koppelen van de telefoonlijn en de test opnieuw uit te voeren. Als de Kiestoondetectie wel slaagt als de andere apparatuur is losgekoppeld, wordt het probleem veroorzaakt door een of meer onderdelen van deze apparatuur.
Pagina 200
Hoofdstuk 10 De faxlijnconditietest is mislukt Oplossing: • U moet het apparaat verbinden met een analoge telefoonlijn voordat u faxen kunt verzenden of ontvangen. Als u wilt controleren of uw telefoonlijn digitaal is, verbindt u een gewone analoge telefoon met de lijn en luistert u of er een kiestoon te horen is.
Pagina 201
Druk op de knop Aan/uit om het apparaat in te schakelen. Nadat u het apparaat hebt aangezet, raadt HP u aan vijf minuten te wachten voordat u een fax verzendt of ontvangt. Het apparaat kan geen faxen verzenden of ontvangen tijdens het initialisatieproces dat wordt uitgevoerd wanneer het apparaat wordt aangezet.
Pagina 202
Hoofdstuk 10 apparaat en het andere uiteinde met de telefoonaansluiting, zoals hieronder aangegeven. 1 Telefoonaansluiting op de wand 2 Gebruik het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd en verbindt dit met de 1- LINE-poort Als het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd niet lang genoeg is, kunt u een verdeelstekker gebruiken en het snoer verlengen.
Pagina 203
• Mogelijk is het apparaat verbonden met een telefoonaansluiting voor digitale telefoons. Als u wilt controleren of uw telefoonlijn digitaal is, verbindt u een gewone analoge telefoon met de lijn en luistert u of er een kiestoon te horen is. Als u geen normale kiestoon hoort, is de telefoonlijn mogelijk geïnstalleerd voor digitale telefoons.
Pagina 204
Hoofdstuk 10 de telefoon rechtstreeks zijn verbonden zijn met de poort 2-EXT op het apparaat, zoals hieronder aangegeven. 1 Telefoonaansluiting op de wand 2 Gebruik het telefoonsnoer dat bij het apparaat is geleverd en verbindt dit met de 1- LINE-poort 3 Telefoon •...
Pagina 205
• Als u een computermodem gebruikt op dezelfde telefoonlijn als het apparaat, moet u controleren of de software van de modem niet is ingesteld op het automatisch ontvangen van faxen. Als de modemsoftware is ingesteld op het automatisch ontvangen van faxen, wordt de telefoonlijn automatisch overgenomen.
Pagina 206
Hoofdstuk 10 • Als het apparaat de telefoonlijn deelt met andere telefoonapparatuur, zoals een antwoordapparaat, een computermodem of een schakelkast met meerdere poorten, is het faxsignaal mogelijk minder sterk. Het faxsignaal kan ook minder sterk zijn als u een splitter gebruikt of extra snoeren verbindt om het bereik van de telefoon te vergroten.
Pagina 207
Er worden faxtonen opgenomen op mijn antwoordapparaat Oplossing: • Als het antwoordapparaat en de fax gebruikmaken van dezelfde telefoonlijn, kunt u proberen om het antwoordapparaat rechtstreeks met het apparaat te verbinden, zoals is beschreven in Situatie I: Gedeelde lijn voor gesprekken/fax antwoordapparaat.
Problemen met foto's (geheugenkaart) oplossen Als de volgende onderwerpen niet helpen, raadpleegt u Ondersteuning en garantie voor meer informatie over HP-ondersteuning. Opmerking Als u vanaf een computer met een geheugenkaart gaat werken, raadpleegt u de Help bij de software voor informatie over het oplossen van problemen.
Sommige foto's op de geheugenkaart worden niet afgedrukt, zodat de afdruktaak wordt geannuleerd. Controleer de fotobestanden Druk een voorbeeldvel af en let op welke foto's beschadigd zijn. Installeer de afdruktaak zo dat de beschadigde foto's er niet bijhoren. Raadpleeg Foto's afdrukken met behulp van een voorbeeldvel voor meer informatie.
Als er een antwoord verschijnt, is het IP-adres juist. Als er een time out-antwoord verschijnt, is het IP-adres onjuist. Installatieproblemen oplossen Als de volgende onderwerpen niet helpen, raadpleegt u Ondersteuning en garantie voor meer informatie over HP-ondersteuning. • Suggesties voor hardware-installatie • Suggesties voor software-installatie •...
Als uw computer de installatie-cd in het cd-station niet herkent, controleert u of de cd is beschadigd. De driver van het apparaat kan worden gedownload van de website van HP (www.hp.com/support). Problemen met de uitlijnpagina Controleer het apparaat op het volgende: •...
Als uw computer de cd in het cd-station niet herkent, controleert u of de cd is beschadigd. De driver van het apparaat kan worden gedownload van de website van HP (www.hp.com/support). • Zorg ervoor dat de USB-drivers niet zijn uitgeschakeld in het apparaatbeheer in Windows.
• Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaat, kies Eigenschappen en open het tabblad Poorten. • Selecteer de TCP/IP-poort voor het apparaat en klik dan op Poort configureren. • Vergelijk het IP-adres in het dialoogvenster en controleer of het overeenkomt met het IP-adres op de netwerkconfiguratiepagina.
Pagina 214
Hoofdstuk 10 netwerkconfiguratiepagina begrijpen voor meer informatie. Onder andere de volgende problemen zijn mogelijk: • Er worden hardware-adressen (MAC-adressen) door het draadloze toegangspunt gefilterd. • Mogelijk is een van de volgende instellingen in het apparaat onjuist: communicatiemethode, netwerknaam (SSID), kanaal (alleen ad- hocnetwerken), verificatietype, codering.
Netwerkconfiguratie-instellingen herstellen Als het apparaat nog steeds niet kan communiceren met het netwerk, herstel dan de netwerkinstellingen van het apparaat. • Druk op Instellingen. Druk op een pijlknop om Netwerk te verplaatsen en druk vervolgens op OK. • Ga met een pijlknop naar Standaardnetwerkinstellingen herstellen en druk vervolgens op OK.
Pagina 216
Hoofdstuk 10 c. Wanneer u het vastgelopen papier daar niet ziet, drukt u op de grendel boven op de duplexeenheid en laat u de klep van de eenheid zakken. Wanneer u het vastgelopen papier hebt gevonden, verwijdert u het voorzichtig. Sluit de klep. d.
5. Open de toegangsklep tot de wagen met printcartridges. Als er papier is achtergebleven in het apparaat, controleert u of de wagen met printcartridges helemaal rechts in het apparaat staat, verwijdert u papiersnippers of verkreukeld afdrukmateriaal en trekt u het afdrukmateriaal langs boven uit het apparaat. Waarschuwing Ga niet met uw handen in het apparaat als het apparaat aanstaat en de wagen vastzit.
Pagina 218
Hoofdstuk 10 3. Verwijder het onderdeel voor het verhelpen van storingen. Hef de twee hendels op met beide handen zodat het onderdeel loskomt. Draai en hef het onderdeel op en zet het opzij. 4. Terwijl u de groene hendel opheft, draait u het invoermechanisme tot het blijft openstaan.
9. Laat de groene hendel weer zakken. 10. Installeer het onderdeel voor het verhelpen van storingen opnieuw zoals hier is aangegeven. Druk de twee lipjes omlaag totdat het onderdeel op zijn plaats klikt. Opmerking Als het onderdeel niet goed is teruggeplaatst, kunnen er opnieuw storingen optreden.
HP-benodigdheden en - accessoires Dit hoofdstuk bevat informatie over HP-benodigdheden en accessoires voor het apparaat. De informatie kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Bezoek de website van HP (www.hpshopping.com) voor de laatste updates. U kunt ook producten aankopen via de website.
HP 88 Zwart en geel C9381A HP 88 Magenta en cyaan C9382A HP-afdrukmateriaal Als u afdrukmateriaal wilt bestellen, zoals HP Premium Plus Fotopapier of HP Premium Papier, gaat u naar www.hp.com. Kies uw land/regio en selecteer Buy of Shopping. Benodigdheden...
Het apparaat verpakken Elektronische ondersteuning krijgen Voor ondersteuning en informatie over de garantie kunt u naar de website van HP gaan op www.hp.com/support. Kies desgevraagd uw land/regio en klik op Contact HP (Neem contact op met HP-ondersteuning) als u contact wilt opnemen met de technische ondersteuning.
4. Noteer hoe het apparaat met uw systeem is verbonden, bijvoorbeeld via een USB- of netwerkverbinding. 5. Noteer het versienummer van de printersoftware, bijvoorbeeld HP Officejet Pro L7500-serie versie: 60.52.213.0. (U vindt het versienummer van de printerdriver door het dialoogvenster met printerinstellingen of -eigenschappen te openen en op het tabblad Info te klikken.)
Bijlage B Het apparaat klaarmaken voor verzending Als u door HP-klantenondersteuning of door de winkel waar u het apparaat hebt gekocht, wordt gevraagd het apparaat voor onderhoud op te sturen, moet u de volgende onderdelen verwijderen en bewaren voordat u het apparaat terugstuurt: •...
4. Plaats de inktcartridges in een luchtdichte, kunststof verpakking om uitdroging te voorkomen en berg deze op. Verzend de cartridges niet samen met het apparaat, tenzij de HP- klantenondersteuning u daarom vraagt. 5. Sluit de klep voor de printcartridges en wacht enkele minuten tot de wagen met printcartridges zich weer in de normale positie bevindt (aan de linkerzijde).
Ga met uw vinger of een dun object onder het klepje in de rechterbovenhoek van het frontje van het bedieningpaneel om dit eraf te trekken. 4. Bewaar de overlay van het bedieningspaneel. Stuur deze niet met de HP All-in-One mee. Let op Het is mogelijk dat het vervangende apparaat zonder frontje op het bedieningspaneel wordt geleverd.
Pagina 229
Het apparaat verpakken 1. Het apparaat indien mogelijk voor verzending verpakken in het oorspronkelijke verpakkingsmateriaal of gebruik het verpakkingsmateriaal waarin het vervangend apparaat is verpakt. Als u het originele verpakkingsmateriaal niet meer hebt, gebruik dan ander, degelijk verpakkingsmateriaal. Schade tijdens de verzending veroorzaakt door ongeschikte verpakking en/of ongeschikt transport wordt niet gedekt door de garantie.
Levensduur benodigdheden informatie over de geschatte levensduur van inktpatronen. Besturingstalen HP PCL 3 enhanced Amerikaanse lettertypen: CG Times, CG Ondersteunde lettertypen Times Italic, Universe, Universe Italic, Courier, Courier Italic, Letter Gothic, Letter Gothic Italic. Maximaal 7500 pagina's per maand...
L7700: 64 + 32 MB ingebouwd RAM, 16 MB ingebouwd MROM + 4 MB ingebouwd Flash-ROM Systeemvereisten Opmerking Voor de meest recente informatie over ondersteunde besturingssystemen en systeemvereisten gaat u naar http://www.hp.com/support/ Compatibiliteit besturingssysteem • Windows 2000, Windows XP, Windows XP x64* (Professional en Home Editions) •...
Microsoft Windows 2003 Server Terminal Services met Citrix Metaframe XP met Feature Release 3 • Novell Netware 6, 6.5, Open Enterprise Server 6.5 Compatibele netwerkprotocollen TCP/IP Networkbeheer • Invoegtoepassingen voor HP Web Jetadmin • Ingebouwde webserver Functies • Mogelijkheid netwerkapparaten op afstand te configureren en te beheren • myPrintMileage Specificaties van de geïntegreerde webserver...
Afdrukresolutie Zwart Maximaal 1200 dpi met zwarte inkt op pigmentbasis Kleur Verbeterde HP-fotokwaliteit met Vivera-inkt (max. 4800 x 1200 geoptimaliseerde dpi op HP Premium Plus-fotopapier met 1200 x 1200 invoer-dpi) Kopieerspecificaties • Digitale beeldverwerking • Max. 100 kopieën van origineel (verschilt per model) •...
Bijlage C Foto (dpi) Zeer fijn (dpi) Fijn (dpi) Standaard (dpi) Zwart 196 x 203 (8-bits 300 x 300 196 x 203 196 x 98 grijstinten) Kleur 200 x 200 200 x 200 200 x 200 200 x 200 Scanspecificaties •...
• Lexar Media JumpDrive: 256 MB N.B.: Andere USB flashstations kunnen mogelijk ook met het apparaat worden gebruikt. Maar daarvan kan HP niet garanderen dat ze naar behoren met het apparaat zullen werken omdat ze niet volledig zijn uitgetest. Geheugenkaartspecificaties •...
Wettelijk verplichte informatie Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • FCC-verklaring • Kennisgeving aan gebruikers van het Canadese telefoonnetwerk • Kennisgeving aan gebruikers in de Europese Unie • Overige, wettelijk verplichte informatie • Wettelijke informatie inzake draadloze producten • Conformiteitsverklaring •...
Bijlage D Kennisgeving aan gebruikers in de Europese Unie Overige, wettelijk verplichte informatie • EMI-verklaring (Korea) • VCCI-verklaring (Japan) • Wettelijk verplicht modelnummer • Verklaring ten aanzien van het netsnoer • LED-classificatie EMI-verklaring (Korea) Wettelijk verplichte informatie...
Om het product te kunnen identificeren, is aan het product een voorgeschreven modelnummer toegewezen. Het voorgeschreven identificatienummer van uw product is SNPRC-0602-01 of SNPRC-0602-02. Dit voorgeschreven nummer is niet hetzelfde als de marketingnaam (HP Officejet Pro L7300/L7500/L7600/L7700) of het productnummer (CB778A, C8157A, C8158A, C8159A).
Bijlage D Notice to users in Canada/Note à l'attention des utilisateurs Canadien Notice to users in Brazil/Notificação de Normas de Uso de Dispositivos Sem Fio do Brasil Wettelijk verplichte informatie...
HP heeft ook processen ontwikkeld om de negatieve invloed van het afvoeren van het apparaat aan het einde van de levenscyclus zo veel mogelijk te beperken.
De recyclingservice van HP's Planet Partners ™ biedt een eenvoudige manier om alle typen computerapparatuur of afdrukbenodigdheden van HP te recyclen. Dankzij de nieuwste processen van HP kunt u ongewenste hardware of afdrukbenodigdheden van HP op een milieubewuste manier recyclen. www.hp.com/recycle voor meer informatie.
Pagina 253
Bluetooth 150 draadloze communicatie plaatsen 60 draadloze communicatie beveiliging 145 sleuf, plaatsen 14 Bluetooth 146 computermodem HP Instant Support 101 Ethernet-installatie 142 gedeeld met fax (parallelle instellingen voor draadloze installeren 139 telefoonsystemen) 118 communicatie 141 installeren in Mac OS 144...
Pagina 254
DSL, fax installeren met soorten instellingen 109 modem, gedeeld met parallelle speed-dial entries, set up (parallelle telefoonsystemen 113 telefoonsystemen) 118 dubbelzijdig afdrukken 50 tekst en symbolen modem and voicemail, duplexeenheid invoeren 28 gedeeld met (parallelle gebruiken 50 telefoonaansluiting testen, telefoonsystemen) 131 in driver in- en mislukt 191 modem en...
Pagina 255
74, 75 faxen opnieuw afdrukken hardware, faxinstallatietest 191 problemen oplossen 197, help 199, 202 faxen opslaan 76 HP Instant Support 100 faxnummerblokkering, knop 16 faxen verwijderen 78 zie ook klantenondersteuning faxpoort, plaatsen 15 specificaties 227 het apparaat verpakken 224...
Pagina 256
21 netwerksoftware 136 kiestoontest, mislukt 195 antwoordapparaat installatieposter 10 klantenondersteuning (parallelle installatie Printer toevoegen elektronisch 218 telefoonsystemen) 125 HP Instant Support 100 antwoordapparaat en Installatieprogramma voor telefonische netwerkprinter 100 modem (parallelle ondersteuning 218 telefoonsystemen) 127 installeren kleuren aparte faxlijn (parallelle...
Pagina 257
Bluetooth 150 annuleren 53 papiergeleiders 13 dubbelzijdig afdrukken 51 instellingen 52 in driver in- en HP Photosmart Studio 27 kwaliteit 183 uitschakelen 22 originelen bijsnijden 52 installatie lade 2 21 Printerhulpprogramma problemen oplossen 182 invoerproblemen specificaties 229...
Pagina 258
ADF (automatische verzenden 56 geavanceerde documentinvoer) PictBridge-compatibele instellingen 107 plaatsen 31 camerapoort, plaatsen 14, HP Web Jetadmin 100 scannen 54 installatie draadloze scans bewerken 58 PictBridge-modus 61, 62 communicatie 139 originelen bijsnijden 52 pictogrammen voor draadloze installatie Mac OS 138...
Pagina 259
173 geheugenkaarten 204 radio, uitschakelen 106 geïntegreerde webserver versie 219 radio frequency radiation 233 printkoppen radiointerferentie HP Instant Support 100 contacten handmatig wettelijke informatie 237 inkt vult tekst of reinigen 160 radiostoring afbeeldingen niet garantie 221 verminderen 145...
Pagina 260
185 beheertools 91 benodigdheden 92, 93 scanspecificaties 230 garantie 221 berichten 25 vanaf het HP Photosmart 27 diagnostische bedieningspaneel 54 installatie onder Windows zelftestpagina 103 vanaf Webscan 57 netwerkconfiguratiepagina vanuit een TWAIN- installatie op Mac OS 138...
Pagina 261
Europese inktcartridges netsnoer 237 storingen verhelpen verticale strepen op kopieën, toegankelijkheid 12 HP Web JetAdmin 100 problemen oplossen 184 Toets Automatisch informatie over vervaagde kopieën 183 beantwoorden 17 toegankelijkheid 12 vervaagde strepen op kopieën,...
Pagina 262
43 afdrukken zonder rand 44 apparaat delen 135 Bluetooth 148 draadloze communicatie installeren 142 dubbelzijdig afdrukken 50 HP Photosmart Software 27 HP Solution Center 26 installatie Printer toevoegen 137 netwerkinstallatie 136 software installeren 134 software verwijderen 152 systeemvereisten 227...