DOMIcompact F 30 D
De totale lengte van de coaxiale pijp in
strekkende meter mag niet groter zijn dan
de maximumlengtes die worden vermeld in
onderstaande tabel; bedenk daarbij dat elke
bocht de aangegeven reductie tot gevolg
heeft. Bijvoorbeeld een pijpleiding D= 60/100
bestaande uit 1 bocht 90° +1 horizontale meter
+ 2 bochten 45° + 1 horizontale meter heeft een
totale lengte die gelijk is aan 4 meter.
Voor de installatie:
1. Bepaal de installatieplaats van het appa-
raat
2. Boor een gat in de wand voor de uitgang
van de lucht/rookgaspijpen volgens de
referenties in de afbeeldingen en bedenk
daarbij dat de horizontale leidingtrajecten
ongeveer 3 mm per meter lengte naar
beneden moeten hellen om te voorkomen
dat er eventueel regenwater in de ver-
warmingsketel terecht komt.
3. Boor een gat met een doorsnee die 10 - 20
mm groter is dan de nominale doorsnee
van de coaxiale pijp die gebruikt wordt om
de plaatsing te vergemakkelijken.
4. Zaag het eindstuk van de pijp zo nodig
op maat en houd er rekening mee dat de
buitenpijp 10 - 60 mm uit de muur moet
steken (afb. 9a en 9b). Verwijder de braam.
5. Sluit de pijpen op de verwarmingsketel aan,
plaats de pakkingen op correcte wijze en
dicht de verbindingspunten op de muur af
met de afdichtingsmoffen.
Verticale uitlaat
afb. 9c
47