Inhoudsopgave
Advertenties
BOA-Control IMS Strangregelafsluiters van de serie BOA-Control IMS zijn uitgevoerd met een sensorset
BOA-Control Strangregelafsluiters van de serie BOA-Control zijn voorzien van twee meetnokken.
16 van 42
4 Beschrijving van afsluiter
– DIN-DVGW-registratie voor water, geldig voor nominale diameter 15-100
conform DIN 3546-1: NW-6150BQ0465. De met het medium in aanraking
komende elastomeren en kunststofdelen en de huis-coating (EKB) voldoen
aan de KTW-vereisten van het Duitse "Bundesgesundheitsamt".
4.5 Werking
voor het meten van de doorstroomhoeveelheid en temperatuur. Met behulp van de
vast geïnstalleerde sensorset kunnen via een meetcomputer (BOATRONIC MS of
BOATRONIC MS-420) op de installatie betrekking hebbende doorstromingswaarden
worden weergegeven en permanent worden ingesteld via de instelling van de
afsluiter via het handwiel. De ingestelde stand van de strangregelafsluiter kan
worden vastgezet met behulp van de vastzetvergrendeling op het huis. Voordat de
eerste meting wordt uitgevoerd, moet het gebruikte medium in de meetcomputer
worden ingevoerd.
BOA-Control IMS met nominale diameters 15 tot 200 bestaan uit een eendelig huis
(100) met flensaansluiting zonder huisdeksel. Bij deze afsluiters met een elastomeren
spindelafdichting bestaat de functionele eenheid resp. de afsluiteenheid uit de conus
(350), spindel (200) en het handwiel (961). De doorvoer van de spindel (200) in het
huis wordt afgedicht door een profielring (412). De spindelafdichting is
onderhoudsvrij en hoeft niet te worden gereviseerd. De sensorset is vast op de
meetnokken op het huis vastgelijmd.
BOA-Control IMS met nominale diameters 250 tot 350 bestaan uit de drukvoerende
delen huis (100) en huisdeksel (161) evenals de functionele eenheid resp.
afdichteenheid. De functionele eenheid resp. afsluiteenheid bestaat uit de spil (200),
regelconus(350), balg (442) en het handwiel (961). Het huis (100) en het huisdeksel
(161) zijn met zeskantbouten (901) en zeskantmoeren (920) (bij EN-GJL-250) resp.
tapeinden (902) (bij DN 350 EN-GJS-400-18-LT) verbonden en met behulp van de
afdichtring (411) naar buiten toe afgedicht. De doorvoer voor de spindel (200) wordt
met de balg (442) afgedicht conform de voorschriften van de TA-Luft (Duitse richtlijn
voor uitstoot van schadelijke gassen). De nageschakelde veiligheidstopbuspakking
(461) wordt met twee stopbusbouten (45-6) op de pakkingbusring (454) vastgezet.
De afdichtvlakken van de huiszitting (100) en/of de regelconus (350) zijn standaard
van roestvaste materialen vervaardigd. De sensorset is vast op de meetnokken op het
huis vastgelijmd.
Ze dienen als voorbereiding voor het meten van de doorstroomhoeveelheid en
temperatuur. Met een sensorset en de juiste meetcomputer BOATRONIC MS kunnen
op de installatie betrekking hebbende doorstromingswaarden worden weergegeven
en permanent worden ingesteld via de instelling van de afsluiter via het handwiel.
De ingestelde stand van de strangregelafsluiter kan worden vastgezet met behulp
van de vastzetvergrendeling op het huis. Voordat de eerste meting wordt
uitgevoerd, moet het gebruikte medium in de meetcomputer worden ingevoerd.
BOA-Control met nominale diameters 15 tot 200 bestaan uit een eendelig huis (100)
met flensaansluiting zonder huisdeksel. Bij deze afsluiters met een elastomeren
spindelafdichting bestaat de functionele eenheid resp. de afsluiteenheid uit de conus
(350), spindel (200) en het handwiel (961). De doorvoer van de spindel (200) in het
huis wordt afgedicht door een profielring (412). De spindelafdichting is
onderhoudsvrij en hoeft niet te worden gereviseerd. Als voorbereiding voor de
metingen zijn er twee meetwiggen op het huis van de BOA-Control aangebracht.
4.6 Leveringsomvang
▪ BOA-Control of
▪ BOA-Control IMS inclusief gemonteerde sensoren
▪ BOA-Control EKB of
▪ BOA-Control IMS EKB inclusief gemonteerde sensoren
▪ Bedrijfsvoorschrift per verpakkingseenheid
BOA-Control/ BOA‑Control IMS
Advertenties
Inhoudsopgave
