9 Onderhoud
GEVAAR
WAARSCHUWING
GEVAAR
83242007 1/2019-03 La
Montage- en bedieningsrichtlijnen
Stookoliebrander WL5-PB-H purflam®
9 Onderhoud
9.1 Aanwijzingen voor het onderhoud
Levensgevaar door elektrische schok
Werken onder spanning kan tot elektrische schokken leiden.
Spanningstoevoer naar het toestel vóór het begin van de werken uitschakelen.
Tegen onverwachts herinschakelen beveiligen.
Verbrandingsgevaar door hete onderdelen
Hete onderdelen kunnen tot verbrandingen leiden.
Onderdelen laten afkoelen.
Het onderhoud mag enkel door gekwalificeerde vaklui uitgevoerd worden. De
verbrandingsinstallatie moet één keer per jaar onderhouden worden. Naargelang de
installatie-omstandigheden kan een frequentere controle noodzakelijk zijn.
Componenten die een toenemende slijtage vertonen of waarvan de constructief
bepaalde levensduur overschreden is resp. vóór het volgende onderhoud
overschreden wordt, moeten uit voorzorg vervangen worden.
De constructief bepaalde levensduur van de componenten is in het
onderhoudsplan vermeld [hfst. 9.2].
Om een regelmatige controle te verzekeren, wordt door Weishaupt een
onderhoudscontract aanbevolen.
Volgende onderdelen mogen enkel vervangen worden en niet hersteld worden:
Verbrandingsmanager
Vlamvoeler
Servomotor
Stookoliemagneetventiel
Drukwachter
Vóór elk onderhoud
De gebruiker vóór het begin over de onderhoudswerken informeren.
De hoofdschakelaar van de installatie uitschakelen en tegen onverwacht
herinschakelen beveiligen.
Brandstof-afsluitinrichtingen sluiten.
Afdekkap verwijderen.
Aansluitstekker van de ketelsturing aan de verbrandingsmanager uittrekken.
Na elk onderhoud
Levensgevaar door elektrische schok
Ontstekingsinrichting aanraken kan tot elektrische schok leiden.
Ontstekingsinrichting tijdens ontsteking niet aanraken.
Dichtheid van de stookolievoerende onderdelen controleren.
Werking testen:
Ontsteking
Vlamcontrole
Stookoliepomp (pompdruk en aanzuigweerstand)
Regel- en veiligheidsinrichtingen.
Verbrandingswaarden controleren en brander evt. afstellen.
Verbrandingswaarden en instellingen op de inspectiekaart invullen.
Afdekkap weer monteren.
34-76