All manuals and user guides at all-guides.com
9. Metingen uitvoeren
•
Om een meting uit te voeren, moet de doellaser (A) geactiveerd zijn.
•
Mocht de doellaser geïnactiveerd zijn, druk dan kort op toets
MEAS (D) om de laser te activeren. Er wordt nog geen meting
uitgevoerd.
Druk als de doellaser geactiveerd is op toets MEAS om een meting
•
uit te voeren.
•
Na iedere afstandsmeting wordt de laser geïnactiveerd en moet hij
voor een volgende meting opnieuw geactiveerd worden.
•
Om tijdens een meting de laatst gemeten waarde te wissen, moet u
op toets I (F) drukken.
10. Afstandsmeting
1. Richt de laserstraal loodrecht op het doel en probeer daarbij het
apparaat zo onbeweeglijk mogelijk vast te houden.
2. Druk op toets MEAS (D). Even daarna hoort u een pieptoon en de
meetwaarde verschijnt op het beeldscherm. Bovendien wordt de
opslagplaats in het geheugen (4) getoond.
3. Ga zoals boven beschreven door om verdere metingen uit te
voeren. De daarvoor gemeten waarde wordt naar de bovenliggende
geschoven.
116