Stalling
1. Zet de motor af en maak de bougiekabel los
van de bougie.
2. Verwijder maaisel, vuil en vet van de buitenkant
van de hele machine, met name van de
motor. Vergeet ook niet vuil en kaf van de
buitenkant van het koelsysteem van de motor
te verwijderen.
Belangrijk: Was de machine nooit met
een hogedrukreiniger.
3. Geef het luchtfilter een onderhoudsbeurt;
zie Onderhoud van het luchtfilter in
Onderhoud motor, blz. 21.
4. Smeer de machine; zie Smering, blz. 20.
5. Ververs de olie; zie Motorolie verversen in
Onderhoud motor, blz. 21.
6. Verwijder en controleer de bougie;
zie Onderhoud van de bougie in
Onderhoud motor, blz. 21.
7. Nadat de bougie uit de cilinder is verwijderd,
giet u twee eetlepels (10 ml) motorolie in het
bougiegat.
8. Stop lappen in het bougiegat om verstuivende
olie op te vangen en gebruik vervolgens het
startkoord om de motor te laten draaien en de
olie over de cilinderwand te verspreiden.
9. Monteer de bougie, maar sluit de kabel niet
aan op de bougie.
10. Wanneer de tractor langer dan 30 dagen niet
wordt gebruikt, moet deze als volgt worden
voorbereid op stalling.
A. Voeg een stabilizer/conditioner op
aardoliebasis toe aan de brandstof in de
tank. Volg de mengvoorschriften van
de fabrikant van de stabilizer op. (8 ml
per liter). Gebruik geen stabilizer op
alcoholbasis (ethanol of methanol).
Opmerking: Stabilizer/conditioner
werkt het best als het met verse benzine
wordt vermengd en altijd wordt gebruikt.
B. Laat de motor vijf minuten lopen om
de stabilizer/conditioner door het
brandstofsysteem te verspreiden.
C. Zet de motor af, laat deze afkoelen,
en tap de benzine af uit de tank
met behulp van een hevelpomp; zie
Benzine aftappen uit de brandstoftank
Onderhoud brandstofsysteem, blz. 23.
D. Motor opnieuw starten en laten lopen
totdat deze afslaat.
E. Choke de motor.
F. Start de motor totdat deze niet meer start.
G. U moet brandstof op de juiste wijze
afvoeren. Verwerk deze overeenkomstig de
plaatselijk geldende voorschriften.
Belangrijk: Benzine waaraan
stabilizer/conditioner is toegevoegd,
niet langer dan 90 dagen bewaren.
11. Controleer alle bouten, schroeven en moeren
en draai deze vast. Vervang of repareer
beschadigde delen.
12. Werk alle krassen en beschadigingen van de lak
bij. Bijwerklak is verkrijgbaar bij een erkende
Service Dealer.
13. Stal de machine in een schone, droge garage
of opslagruimte. Verwijder het sleuteltje uit
het contact en bewaar deze op een plaats die u
makkelijk kunt onthouden.
14. Dek de machine af om deze te beschermen en
schoon te houden.
De machine uit de stalling
halen
1. Controleer alle bevestigingen en draai ze aan.
2. Verwijder de bougie en draai de motor snel
rond met behulp van het startkoord om
overtollige olie uit de cilinder te verwijderen.
3. Monteer de bougie en draai deze vast met een
torsie van 20 Nm.
4. Vul de brandstoftank met verse, schone
benzine.
5. Controleer het motoroliepeil.
6. Druk de bougiekabel op de bougie.
27