12. Monteer de motorbeugel op de
montagetapeinden van het ventilatorhuis met
2 borgmoeren (Figuur 23).
Figuur 23
Ventilatorhuis in Blaasstand
1. Onderste bevestigingsbeu-
gel van ventilatorhuis
2. Voorste rand van
motorgrondplaat
3. Bout
13. Zet de beugel vast aan de motorbeugel met de
bout die u eerder hebt verwijderd (Figuur 23).
14. Plaats het inlaatrooster van de blaasmachine
en zet dit vast met één van de ringen en
borgmoeren die u eerder hebt verwijderd bij
stap 2 (Figuur 21).
Opmerking: Gebruik de borgflens niet
voor het inlaatrooster van de blaasmachine.
4. Motorbeugel
5. Borgmoeren en
montagetapeinden van
ventilatorhuis
De lucht die uit de blaasmachine
stroomt, heeft een snelheid van meer dan
160 km per uur en kan lichamelijk letsel
of materiële schade veroorzaken.
Zorg ervoor dat de luchtstroom niet
rechtstreeks is gericht op mensen of
voorwerpen.
19