BEDIENING
eindtijd wijzigen. Door 5 seconden niets te
doen keert u terug zonder de instellingen te
veranderen. Met de knop (tiptoets)
vestigt u de eindtijd. Na bevestiging van de
eindtijd branden de symbolen
tinu en op de klok wordt opnieuw de actuele
tijd getoond.
Tijdens het aftellen tot de start van het kook-
proces zijn de symbolen
Op het moment dat het kookproces begint,
werkt het symbool
met de staat van de verwarmingselemen-
ten (volledig helder of uitgeschakeld), en de
oven gedraagt zich verder als bij halfauto-
matische werking.
Met
kunt u de ingestelde tijden bekijken
en veranderen. Als u de knop (tiptoets) één-
maal indrukt gaat u naar de instelling van de
werkingstijd, tweemaal – naar de instelling
van de eindtijd, driemaal – naar het tonen
van de actuele tijd. Wijziging van de wer-
kingstijd naar 0:00 veroorzaakt het wissen
van de werkingstijd en de eindtijd – over-
gang naar onbepaalde werkingstijd.
U kunt de eindtijd veranderen binnen het
bereik van (actuele tijd + werkingstijd + 1
minuut) tot (actuele tijd + werkingstijd + 10
uur). De werkingstijd (bij een ingestelde
eindtijd) kunt u veranderen van 0 tot (eind-
tijd – actuele tijd – 1 minuut).
Zet de functiedraaiknop aan het einde van
de werking op de positie 0.
Kerntemperatuurmeter*
U kunt de temperatuurvoeler op een wille-
keurig moment in het contact steken
In de stand-bymodus heeft dit geen invloed
op de werking van de oven.
In de bedrijfsmodus (met ingestelde functie
en temperatuur) veroorzaakt het inbrengen
van de kerntemperatuurmeter het knipperen
(afnemende helderheid) van twee tempera-
*Bepaalde modellen
be-
en
con-
en
verlicht.
in overeenstemming
turen: de actuele temperatuur van de kern-
temperatuurmeter is zichtbaar op de cijfers
1-2, de ingestelde temperatuur op de cijfers
3-4 (standaard 80).
Direct na het inbrengen van de kerntempe-
ratuurmeter kunt u met de draaiknop instel-
lingen +/- de ingestelde temperatuur van de
kerntemperatuurmeter direct veranderen.
Met de knop (tiptoets)
doen wordt de actuele instelling opgesla-
gen. De opgeslagen waarde van de inge-
stelde temperatuur wordt zonder knipperen
weergegeven.
De werking van de oven verandert op de
volgende wijze:
Als de temperatuur van de kerntempera-
tuurmeter lager is dan de ingestelde tempe-
ratuur van de kerntemperatuurmeter houdt
de thermostaat de eerder ingestelde oven-
temperatuur in de ovenruimte in stand.
Als de temperatuur van de kerntempera-
tuurmeter de ingestelde waarde bereikt:
- schakelen de verwarmingselementen uit;
en
- hoort u het alarm van de kerntemperatuur-
meter.
U kunt het alarm van de kerntemperatuur
meter uitschakelen op dezelfde manier als
het alarm van het halfautomatische pro-
gramma:
- door de draaiknop instellingen +/- naar + te
draaien wordt het alarm gewist en de nieu-
we temperatuurwaarde van de kerntempe-
ratuurmeter ingesteld;
- elke andere actie annuleert het alarm en
zorgt voor overschakeling naar de stand-
bymodus.
Het gebruik van de kerntemperatuurmeter
blokkeert automatische en halfautomati-
sche werking. Het inbrengen van de kern-
temperatuurmeter wist eerder ingestelde
werkingstijden. Het gebruik van de kerntem-
peratuurmeter heeft geen invloed op de
69
of 5 seconden niets