Tabel 2-13
Netsnoervereisten voor bepaalde landen en regio's (vervolg)
Land/regio
Volksrepubliek China
Saoedi-Arabië
Singapore
Zuid-Afrika
Zuid-Korea
Zweden
Zwitserland
Taiwan
Thailand
Verenigd Koninkrijk
Verenigde Staten
1.
Het flexibele snoer moet van het type HO5VV-F zijn, met 3-geleiders en een geleidergrootte van 0,75 mm². De aansluitingen van
de netvoedingskabel (koppelmechanisme van het apparaat en wandstekker) moeten voorzien zijn van het keurmerk van de
instantie die verantwoordelijk is voor de evaluatie in het land waar ze zullen worden gebruikt.
2.
Het flexibele snoer moet van het SVT/SJT-type of een soortgelijk type zijn, nr. 18 AWG, 3-geleiders. De wandstekker moet een
geaarde stekker met twee polen zijn met een NEMA 5-15P (15 A, 125 V)- of NEMA 6-15P (15 A, 250 V)-configuratie. CSA of C-UL-
markering. Het UL-bestandsnummer moet op alle elementen aanwezig zijn.
3.
Het koppelmechanisme van het apparaat, flexibel snoer en wandstekker moeten voorzien zijn van een 'T'-markering en
registratienummer in overeenstemming met de Japanse Dentori-wet. Het flexibele snoer moet van het VCTF-type zijn, met 3
geleiders en een geleidergrootte van 0,75 mm² of 1,25 mm². De wandstekker moet een geaarde stekker met twee polen zijn met
een Japanese Industrial Standard C8303 (7 A, 125 V wisselstroom)-configuratie.
4.
Het flexibele snoer moet van het RVV-type zijn, met 3 geleiders en een geleidergrootte van 0,75 mm². De aansluitingen van de
netvoedingskabel (koppelmechanisme van het apparaat en wandstekker) moeten voorzien zijn van het CCC-keurmerk.
5.
Het flexibele snoer moet van het H05VV-F-type zijn, met 3 geleiders en een geleidergrootte van 0,75 mm². Het KTL-logo en het
individuele goedkeuringsnummer moeten op alle elementen aanwezig zijn. Het Corset-goedkeuringsnummer en -logo moeten op
een vlaglabel worden gedrukt.
6.
Het flexibele snoer moet van het HVCTF-type zijn, met 3 geleiders en een geleidergrootte van 1,25 mm². De aansluitingen van de
netvoedingskabel (koppelmechanisme van het apparaat, kabel en wandstekker) moeten voorzien zijn van het BSMI-keurmerk.
7.
Bij 127 V wisselstroom moet het flexibele snoer van het SVT of SJT-type zijn, met 3 geleiders, 18 AWG, met een NEMA 5-15P-
stekker (15 A, 125 V wisselstroom), met UL- en CSA- of C-UL-markeringen. Bij 240 V wisselstroom moet het flexibele snoer van
het H05VV-F-type zijn, met 3 geleiders en een geleidergrootte van 0,75 mm² of 1,00 mm² met een BS 1363/A-stekker met het
BSI- of ASTA-merkteken.
Volatiliteitsverklaring
Thin Client-producten bevatten doorgaans drie typen geheugenapparaten: RAM-, ROM- en flash-geheugen.
Gegevens opgeslagen in het RAM-geheugenapparaat gaan verloren als het apparaat niet langer van stroom
wordt voorzien. RAM-apparaten kunnen van stroom worden voorzien door de hoofd- of hulpvoeding of via
accuvoeding. Wanneer het apparaat niet op een stopcontact is aangesloten, kunnen sommige RAM apparaten
zelfs via een accu van stroom worden voorzien. Gegevens opgeslagen in ROM of flashgeheugenapparaten
behouden gegevens, zelfs als de stroom naar het apparaat is onderbroken. Fabrikanten van flashapparaten
geven doorgaans een tijdsperiode (van ongeveer 10 jaar) waarin gegevens op apparaten kunnen worden
opgeslagen.
26
Hoofdstuk 2 Probleemoplossing
Erkende instantie
CCC
SASO
PSB
SABS
KTL
SEMKO
SEV
BSMI
TISI
ASTA
UL
Toepasselijk notanummer
4
7
1
1
5
1
1
6
1
1
2