Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Controleer Eerst Of De Meetkring Niet Onder Spanning; Isolatietests; Aard Van De Isolatieweerstand - KYORITSU 6010A Handleiding

Multifunctionele
Inhoudsopgave

Advertenties

(2) Selecteer de continuïteitstest d.m.v. de draaischakelaar.
(3) Verbind de meetsnoeren met het circuit waarvan men de weerstand wil meten (fig. 3).

CONTROLEER EERST OF DE MEETKRING NIET ONDER SPANNING

STAAT. Het spanningsindicatielampje zal oplichten als het circuit
geladen is, maar controleer veiligheidshalve toch vooraf.
(4) Druk op de testknop en lees de weerstandswaarde van het circuit af op het display.
(5) Houd er rekening mee dat indien de weerstand van het circuit hoger is dan 20Ω, het
toestel automatisch overschakelt naar het 200Ω bereik.
(6) Trek de weerstandswaarde van de meetsnoeren (gemeten in punt 4.2) af van de
weergegeven waarde.
(7) Het resultaat is de weerstand van het geteste circuit.
Opmerking:
Als de weergegeven waarde hoger is dan 200Ω Ω Ω Ω , verschijnt het symbool van
overschrijding van het bereik (OL).
De meetresultaten kunnen nadelig beïnvloed worden door impedanties
van bijkomende circuits die parallel worden aangesloten of door
compensatiestromen.

5. ISOLATIETESTS

!
Opgelet: controleer of de te testen circuits niet onder spanning staan.
Ontkoppel het instrument van het te testen circuit alvorens de functieschakelaar
in te stellen.
Voor keuze van het isolatieweerstandsbereik, selecteer "INSULATION".

5.1. Aard van de isolatieweerstand

Geleiders onder spanning zijn van elkaar gescheiden, evenals van geaard
metaal, door een isolatie die een weerstand heeft die hoog genoeg is om te
verzekeren dat de stroom tussen de geleiders en de stroom naar de aarde op
een aanvaardbaar laag niveau gehouden wordt. Een perfecte
isolatieweerstand is oneindig en zou geen stroom mogen bevatten. In de
praktijk zal er echter altijd een kleine hoeveelheid stroom aanwezig zijn
tussen de geleiders onder spanning en naar de aarde; deze noemt men
verliesstroom en bestaat uit drie componenten:
(1) een capacitieve stroom
(2) een geleidingsstroom
(3) een oppervlaktelekstroom
5.1.1. Capacitieve stroom
De isolatie tussen geleiders die onderling een potentiaalverschil hebben
gedraagt zich als het diëlektricum van een condensator, waarbij de geleiders
handelen als condensatorplaatjes. Als een gelijkspanning wordt aangelegd
7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave