Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Meten Van Spanning - KYORITSU 6010A Handleiding

Multifunctionele
Inhoudsopgave

Advertenties

(7) Als de test beëindigd is, de testknop loslaten ALVORENS de meetsnoeren uit het circuit
of de apparatuur te verwijderen. Zo kan de belasting die zich tijdens de test in het circuit of
de apparatuur heeft opgestapeld, verdwijnen via het ontladingscircuit. Tijdens deze
ontlading licht een diode op en wordt de buzzer als waarschuwing voor circuit onder
spanning geactiveerd.
!
Opgelet: gebruik de functieschakelaar niet als de testknop is
ingedrukt; dit kan het toestel beschadigen. Tijdens een isolatietest het
circuit, de meetpunten of het te testen apparaat niet aanraken.
Let wel: Als de gemeten waarde hoger is dan 200Ω, wordt het symbool voor
overschrijding van het bereik "OL" weergegeven.
6. LUSIMPEDANTIETESTS
KOPPEL HET INSTRUMENT LOS VAN HET TE TESTEN CIRCUIT
ALVORENS DE FUNCTIESCHAKELAAR TE ACTIVEREN
VOOR LUSIMPEDANTIETEST, "LOOP" SELECTEREN.

6.1. Meten van spanning

Druk éénmaal op de testknop; het instrument wordt aangeschakeld. Als de
tester is ingesteld op lusimpedantietest, wordt de netspanning weergegeven
van zodra het instrument aangesloten is voor de test. Deze
spanningsuitlezing wordt automatisch vijfmaal per seconde bijgewerkt. De
spanningsfunctie is werkzaam als de testknop in uitgetrokken positie is.
6.2. Wat verstaat men onder "aardfoutlusimpedantie " ?
Het pad dat gevolgd wordt door de foutstroom ingevolge een lage
impedantiefout tussen de fasgeleider en de aarde wordt aardfoutlus
genoemd. Rond de lus wordt via de voedingsspanning foutstroom gestuurd.
De hoeveelheid foutstroom hangt af van de voedingsspanning en van de
lusimpedantie. Hoe hoger de impedantie, hoe lager de foutstroom en hoe
langer het zal duren dat de zekering of verliesstroomschakelaar in werking
zal treden en de fout zal onderbreken. Om er zeker van te zijn dat de
zekeringen zullen afslaan of dat de verliesstroomschakelaar snel genoeg zal
geactiveerd worden in geval van een fout, moet de lusimpedantie laag
genoeg zijn. De werkelijke maximumwaarde hangt af van de
karakteristieken van de betreffende zekering of verliesstroomschakelaar. Elk
circuit moet getest worden om er zeker van te zijn dat de werkelijke
lusimpedantie niet meer bedraagt dan diegene die opgegeven is voor de
zekering of verliesstroomschakelaar in kwestie.
12

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave