4. Zorg ervoor dat alle onderdelen van de
cilinderkleppen zich in de tolerantie-intervallen
bevinden. Vervang de cilinderkleppen als deze te
veel slijtage vertonen. Vervang het cilinderblok als
de klepgeleiders van de cilinder te veel slijtage
Standaardafmetingen en slijtagelimiet
vertonen. Zie
op pagina 38 .
5. Slijp de cilinderkleppen voordat u ze monteert. Zie
De cilinderkleppen slijpen op pagina 26 .
6.11.5 De cilinderkleppen slijpen
1. Demonteer de cilinderkleppen. Zie
demonteren en monteren op pagina 25 .
2. Breng een dunne laag lagersmeermiddel aan op de
klepkop.
3. Plaats de cilinderkleppen in de klepgeleiders.
4. Draai de cilinderkleppen totdat u een matte grijze
streep van ongeveer 0,8 mm breed rond de
klepkoppen ziet.
5. Verwijder al het lagersmeermiddel en zorg ervoor
dat de kleppen schoon zijn voordat u ze monteert.
6.12 Carter
6.12.1 Het carter demonteren
1. Tap de olie uit het carter af. Raadpleeg
verversen op pagina 6 .
2. Verwijder de motor uit het product.
3. Verwijder de chokeregeling, de luchtfilterhouder
en de carburateur. Raadpleeg
verwijderen en monteren op pagina 13 , De
luchtfilterhouder verwijderen en monteren op pagina
14 en De carburateur verwijderen en monteren op
pagina 18 .
4. Verwijder de motorkap. Raadpleeg
verwijderen en aanbrengen op pagina 13 .
5. Verwijder de ontstekingsmodule. Raadpleeg
ontstekingsmodules verwijderen en monteren op
pagina 22 .
6. Verwijder het vliegwiel. Raadpleeg
verwijderen en monteren op pagina 24 .
26 - Reparatie-instructies
De motorkleppen
De motorolie
De chokeregeling
De motorkap
De
Het vliegwiel
7. Draai de motor zodat de onderste carterhelft zich
aan de bovenzijde bevindt.
8. Verwijder de 10 schroeven van de onderste
carterhelft.
9. Gebruik een trekker om de carterhelften van elkaar
te halen.
10. Verwijder de carterpakking.
11. Verwijder de 2 onderlegringen en balansassen.
1977 - 001 - 14.02.2023