De instructies geven informatie over welke gereedschappen nodig zijn voor elke procedure. Deze publicatie is van toepassing op de Husqvarna- motor HS 546AE vanaf modeljaar 2022. Er zijn werkplaatshandboeken beschikbaar voor modellen die niet meer worden verkocht. 1.2 Beschrijving van het document Dit handboek geeft een volledige beschrijving van het...
2 Veiligheid 2.1 Veiligheidsdefinities 2.3.1 Brandstofveiligheid Waarschuwingen, voorzorgsmaatregelen en WAARSCHUWING: Lees de volgende opmerkingen worden gebruikt om te wijzen op waarschuwingen voordat u het product gaat belangrijke delen van de handleiding. gebruiken. WAARSCHUWING: Wordt gebruikt om te wijzen op de kans op ernstig of fataal letsel •...
2.4 Symbolen op het product WAARSCHUWING! Dit product kan gevaarlijk zijn en ernstig of fataal letsel toebrengen aan de gebruiker of anderen. Wees voorzichtig en gebruik het product op de juiste manier. Lees de bedieningshandleiding zorgvuldig door en zorg dat u de instructies hebt begrepen voordat u het product gebruikt.
3 Onderhoud aan het product voorbereiden en uitvoeren 3.1 Onderhoudsschema Onderhoud Onderhoudsinterval in uren Eerste onder- houdsbeurt Controleer de brandstofslang. Vervang indien nodig. Vervang het brandstoffilter. Vervang het luchtfilter. Reinig de motor. Controleer de geluiddemper en het hitteschild. De motorolie verversen op pagina 6 . Ververs de motorolie.
op uw huid, was deze dan af met water en op uw huid, was deze dan af met water en zeep. zeep. 1. Plaats een opvangbak onder de aftapplug voor de Let op: Niet alle motoren hebben een oliefilter. motorolie. 2.
9. Brandstofpomp 10. Regelaar 11. Carter 5.2 Serienummers op het product Het serienummer van de motor staat op de achterkant van de motor. 12 - Overzicht van functies 1977 - 001 - 14.02.2023...
6 Reparatie-instructies 6.1 De productonderdelen reinigen en 3. Verwijder de 2 schroeven (A) en de startmotor (B). onderzoeken • Reinig en controleer alle onderdelen volledig. Als speciale gereedschappen of procedures nodig zijn, vindt u meer instructies in de hoofdstukken voor de specifieke onderdelen.
6.5 Luchtfilter 3. Ontkoppel de chokestang van de servoarm op de chokeregeling. 6.5.1 Het luchtfilter verwijderen en monteren 1. Draai de knop naar de ontgrendelde stand. 4. Verwijder de chokeregeling. 2. Verwijder voorzichtig het luchtfilterdeksel (A) en het luchtfilter (B). 5.
5. Verwijder de 3 moeren (B) en de luchtfilterhouder 3. Laat de motor stationair draaien om het stationair (C). toerental te meten. 4. Zorg ervoor dat het stationair toerental (tpm) correct Technische gegevens op pagina 35 . Stel is. Zie 6.
6. Meet de speling tussen de tuimelaars en 6.7.3 De klepspeling afstellen Standaardafmetingen en de klepstelen. Zie 1. Houd de stelbout van de tuimelaar vast en draai de slijtagelimiet op pagina 38 . borgmoer los. 2. Draai de stelbout van de tuimelaar om de speling af te stellen.
6. Koppel de regelaarstang los van de gashendelas. 8. Koppel de chokestang los van de choke-as. 9. Verwijder de carburateur (A), de pakkingen (B) en a) Beweeg de regelaarstang in de richting van de de isolatie (C). opening aan de bovenkant van de carburateur. b) Verwijder de regelaarstang.
Pagina 20
3. Houd de carburateur boven een opvangbak voor 7. Steek een dunne drevel in het gat aan de zijkant van brandstof en haal de aftapplug en de pakking uit de het hoofdsproeierkanaal in het carburateurhuis. vlotterkamer. Laat de brandstof weglopen. 4.
De carburateur 6.8.7 De carburateur monteren 20. Monteer de carburateur. Raadpleeg monteren op pagina 21 . 1. Reinig alle onderdelen volledig met een reinigingsmiddel voor carburateurs. 6.8.8 De regelaar verwijderen en monteren 2. Droog alle onderdelen met perslucht. 1. Verwijder de chokeregeling. Raadpleeg chokeregeling verwijderen en monteren op pagina 3.
7. Verwijder de moer en de bout van de regelaararm. 3. Verwijder de 2 schroeven (A) en de ontstekingsmodule (B). 8. Verwijder de bedieningseenheid van de regelaar. 9. Vervang alle versleten en beschadigde onderdelen. 10. Monteer in omgekeerde volgorde van verwijderen. De regelaar afstellen 11.
3. Houd de bougie tegen de cilinder en draai de 4. Sluit een multimeter aan tussen punt (A) en punt contactsleutel om. Als de ontsteking goed werkt, (B) en meet de primaire weerstand. Voor de Standaardafmetingen ontstaat er een vonk tussen de elektroden op de juiste waarde raadpleegt u en slijtagelimiet op pagina 38 .
6.10 Vliegwiel De motorkap 1. Verwijder de motorkap. Raadpleeg verwijderen en aanbrengen op pagina 13 . 2. Verwijder de bougiekap van de bougie. Raadpleeg De ontstekingsmodules verwijderen en monteren op pagina 22 . 3. Verwijder de bougie. 4. Verwijder de luchtfilterhouder. Raadpleeg luchtfilterhouder verwijderen en monteren op pagina 14 .
6.11.2 De cilinderdruk inspecteren 7. Druk de klepveerhouders omlaag en verwijder de klepsteelvergrendelingen. 1. Verwijder de bougiekap en de bougie. 2. Plaats een druktester in het gat van de bougie. 3. Torn de motor vier keer en meet de cilinderdruk. Zie Technische gegevens op pagina 35 voor de juiste 8.
4. Zorg ervoor dat alle onderdelen van de 7. Draai de motor zodat de onderste carterhelft zich cilinderkleppen zich in de tolerantie-intervallen aan de bovenzijde bevindt. bevinden. Vervang de cilinderkleppen als deze te 8. Verwijder de 10 schroeven van de onderste veel slijtage vertonen.
Pagina 27
12. Verwijder de nokkenas. 14. Verwijder de krukas. 13. Verwijder de 2 schroeven en de stangdop. 15. Trek de zuiger en de verbindingsstang eruit. 1977 - 001 - 14.02.2023 Reparatie-instructies- 27...
6.12.2 De zuiger en de verbindingsstang van de 6.12.3 De zuiger en de verbindingsstang monteren zuiger demonteren 1. Monteer de verbindingsstang. Het carter demonteren op 1. Demonteer het carter. Zie pagina 26 . 2. Verwijder de bovenste ring (A), de tweede ring (B) en de oliering (C).
4. Monteer de oliering (C), de tweede ring (B) en de 6.12.4 De bedieningseenheid van de regelaar bovenste ring (A), met een speling van 120° ten demonteren en monteren opzichte van elkaar (D). 1. Draai de moer (A) los en verwijder de regelaararm (B) van de as (C) van de regelaararm.
5. Gebruik een doorslag om het regelaartandwiel van 10. Verwijder de oliepomprotor (A), de oliepompas (B) het onderste carterdeel te verwijderen. en het oliepomphuis (C). 6. Monteer in de omgekeerde volgorde van 11. Demonteer het carter en verwijder de nokkenas. Het carter demonteren op pagina 26 .
6.12.6 Het carter monteren 4. Monteer de stangdop en de 2 schroeven. 1. Monteer de zuiger op de verbindingsstang. De zuiger en de verbindingsstang Raadpleeg monteren op pagina 28 . 5. Monteer de nokkenas. Lijn de markering op het kettingwiel van de nokkenas uit met de markering op de krukas.
Pagina 32
6. Monteer de eerste balansas. Zorg ervoor dat alle 9. Breng de 10 schroeven aan waarmee de markeringen zijn uitgelijnd. carterhelften bij elkaar worden gehouden. 7. Monteer de tweede balansas. Zorg ervoor dat alle markeringen zijn uitgelijnd. Breng de 2 ringen aan. 10.
7 Probleemoplossing 7.1 Schema voor storingzoeken Starten Oorzaak Oplossing Het product start niet. Geen brandstof. Vul de brandstoftank. Het motoroliepeil is laag. Controleer de motorolie. Vul indien nodig mo- torolie bij. De ontstekingskabel is losgekoppeld van de Sluit de ontstekingskabel aan op de bougie. bougie.
Pagina 34
De motorsnelheid Oorzaak Oplossing verhogen en verlagen De motorsnelheid Het brandstoffilter is verstopt. Brandstoffilter reinigen. Vervang het brand- kan niet worden ver- stoffilter indien nodig. hoogd. De brandstofleiding is geblokkeerd. Reinig de brandstofleiding. Vervang de brandstofleiding indien nodig. Er zit lucht in de brandstofleiding. Gebruik de primerbalg van de brandstofpomp om de lucht uit de brandstofleiding te verwij- deren.
Pagina 39
Onderdeel Gereedschap Standaardafmetingen Slijtagelimiet Gat voor de zuigerpen in de Micrometer Binnendiameter: 13,006 - Binnendiameter: 13,07 mm / verbindingsstang 13,017 mm / 0,5120 - 0,5125 0,5146 inch inch Gat voor de krukas in de ver- Micrometer Binnendiameter: 26,025 - Binnendiameter: 26,07 mm / bindingsstang 26,035 mm /1,0246 - 1,025 1,0264 inch...