5-4 Problemen en oplossingen
De nulijking voor luchtflow opnieuw instellen
P/N 6091419_04
Voer deze procedure uit, als de schermen voor de besturing van het Engage spuitpistool een
patroonluchtflow aangeven, terwijl het pistool uit is en er feitelijk geen lucht doorstroomt. Met
deze procedure worden de pompbesturingskaarten teruggesteld op nul om foute aanduidingen
voor luchtflow te elimineren.
Alvorens een nulijking uit te voeren:
• Controleer of de naar de pompkast toegevoerde persluchtdruk hoger is dan het minimum van
5,86 bar (85 psi).
• Elke pompprintplaat in de pompkast stuurt twee pompen aan en de patroonlucht voor twee
spuitpistolen. Controleer of er geen lucht weglekt via de pompen, rondom de pakkingen van
het verdeelblok voor pompbesturing of nabij de magneetkleppen aan het verdeelblok. Bij
nulijking van kaarten terwijl er sprake is van lekkage in de verdeelblokken, ontstaan er extra
meetfouten.
Procedure voor nulijking
Zie Afbeelding 5-2. Voor elke pompkaart waarvoor een nulijking wordt uitgevoerd:
1. Ontkoppel de slangen voor verstuivingslucht en transportlucht aan alle vier 8 mm-uitgangen
en maak de poorten dicht met slangpluggen.
2. Noteer het kaartnummer en de adresinstellingen van SW4 op elke pompkaart.
3. Stel elke adresschakelaar in op nul.
4. Druk op de drukknop SW1 om de besturingsmodule te resetten. De rode led moet uit zijn.
5. Houd de drukknop SW2 ongeveer twee seconden ingedrukt totdat de rode led gaat branden.
Laat de knop los. De led zal binnen ongeveer 7 seconden weer uitgaan. De nulstelling van
de besturingsmodule is hiermee voltooid.
6. Zet de SW4 adresschakelaars weer in de originele stand.
7. Druk nogmaals op de drukknop SW1. De rode led moet nu uitgaan.
8. Verwijder de slangpluggen uit de uitgaande poorten.
9. Controleer op het Engage scherm elk scherm voor de spuitpistoolbesturing dat eerder
luchtflow aangaf, terwijl het spuitpistool uit was. Er mag nu geen aanduiding te zien zijn voor
luchtflow.
© 2023 Nordson Corporation