MD-2
2.2. Programmeren en besturen
Aansturing via wisselopdrachten
Wissels, servo´s en andere verbruikers worden via wisselopdrachten in DCC- of Motorola-
format geschakeld, die door de centrale an de wisseladressen van de decoder worden
gezonden.
Bedrijfsmodus 1: 8 wisseladdressen
Bedrijfsmodus 2: 12 wisseladressen
De decoder herkent automatisch het dataformat, waarin de opdrachten worden verzonden.
Het is mogelijk de uitgangen zowel gemengd via DCC- en Motorola-opdrachten te schakelen
als ook een uitgang afwisselend aan te sturen in DCC- en Motorola-format.
Gebruik in analoog bedrijf
Als bedrijfsmodus 2 is ingesteld (voor aansluiting van drukknoppen in aansluitgroep 2) kunnen
de servo's via wisselcommando's of via de aangesloten drukknoppen worden aangestuurd. Dit
betekent dat de Multi-Decoder MD-2 ook in zuiver analoge werking kan worden gebruikt.
Programmeren
Met een DCC-centrale kunnen het adres en de eigenschappen van de decoder door het
programmeren van de configuratievariabelen (CV's ) worden gedefinieerd. Als alternatief kan
het adres met een een programmeer drukknop worden vastgelegd.
Bij gebruik van een Motorola-centrale wordt het adres met een programmeer drukknop
ingesteld. De verandering van de overige decodereigenschappen is voor puur Motorola-
gebruik met Motorola-centrales niet mogelijk.
2.3. Terugmelding via RailCom
De Multi-decoder MD-2 is RailCom-geschikt, d.w.z. van de decoder kun de RailCom-berichten
via de rails naar speciale RailCom-detectoren worden doorgevoerd. Na een schakel- of
stelopdracht aan zijn adres, zendt hij:
Statusmelding, bv. "Wissel staat goed", "Heb wissel geschakeld" of "Wissel moet nog
geschakeld worden" en/of
Tijdmelding, bv. "Heb voor de uitvoering van de stel- of schakelopdracht nog 2 seconde
nodig" en/of
Foutmelding, bv. "Wissel kan niet gesteld worden"
en erkend daarmee de ontvangst van de opdracht.
8 | Functie
(volgens RCN-217)
tams elektronik