Tips voor het werken met cartridges
Gebruik de volgende tips om met cartridges te werken:
Schakel de printer altijd uit met behulp van de aan-uitknop om de cartridges te beschermen tegen
●
uitdrogen.
Open de inktcartridges niet, en verwijder de beschermkap niet tot u de inktcartridge kunt installeren.
●
Door de tape op de inktcartridge te houden voorkomt u dat de inkt verdampt.
Plaats de cartridges in de juiste sleuven. Controleer of de kleur van de cartridge overeenkomt met de
●
kleur van de cartridgevergrendeling. Zorg ervoor dat beide cartridges op hun plaats klikken.
Lijn de inktcartridges uit voor een optimale afdrukkwaliteit. Zie
●
op pagina 88
Als het scherm Geschatte cartridgeniveaus in de app HP Smart of het scherm Geschatte niveaus in de
●
printersoftware aangeeft dat een of beide cartridges bijna leeg zijn, overweegt u dan om vervangende
cartridges aan te schaffen om afdrukvertragingen te voorkomen. U hoeft de inktcartridges niet te
vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt. Zie
meer informatie.
Als u een cartridge verwijdert, moet u deze zo snel mogelijk vervangen. Als een cartridge onbeschermd
●
zich buiten de printer bevindt, kunnen de sproeiers uitdrogen en verstopt raken.
NLWW
voor meer informatie.
Problemen met afdrukken
Cartridges vervangen op pagina 57
Tips voor het werken met cartridges
voor
61