Veiligheidsklasse II
Elektrische apparaten van veiligheidsklasse II zijn elektrische apparaten die zijn voor-
zien van een dubbele en/of extra sterke isolatie en die geen aansluitmogelijkheden
hebben voor een aardleiding. De aanvullende of extra sterke isolatie van een door iso-
lerend materiaal omsloten elektrisch apparaat van veiligheidsklasse II kan geheel of
gedeeltelijk worden gevormd door de behuizing.
Gebruik binnenshuis
Apparaten met dit symbool zijn uitsluitend geschikt voor gebruik binnenshuis.
Afb. A
Polariteitsaanduiding
Bij apparaten met holle stekkers geven deze symbolen de polariteit van de stekker
Afb. B
aan; in dit geval de variant binnen plus en buiten minus (afbeelding A) of binnen mi-
nus en buiten plus (afbeelding B).
2. Gebruiksdoel
Dit apparaat behoort tot de consumentenelektronica. Het dient voor het beluisteren van ra-
dio-uitzendingen en audio-cd's. Verder is het apparaat voorzien van een timerfunctie. Ge-
bruik het apparaat voor geen enkel ander doel.
Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor privégebruik en niet voor industrieel/commercieel ge-
bruik.
Met het genoemde ontvangstbereik worden de technische capaciteiten van het apparaat
weergegeven. Informatie die buiten dit bereik wordt ontvangen, mag niet worden gebruikt
of verder worden verspreid. De betreffende nationale wetgeving dient in acht worden ge-
nomen.
Houd er rekening mee dat bij gebruik van het apparaat voor een ander doel dan waarvoor
het is bestemd, de aansprakelijkheid vervalt:
• Bouw het apparaat zonder onze toestemming niet om en gebruik het niet in combinatie
met hulp- of aanbouwapparaten die niet door ons zijn goedgekeurd of geleverd.
• Gebruik uitsluitend door ons geleverde of goedgekeurde reserveonderdelen en accessoi-
res.
• Neem alle informatie in deze gebruiksaanwijzing in acht en houd u in het bijzonder aan
de veiligheidsvoorschriften. Iedere andere vorm van gebruik geldt als niet in overeen-
stemming met de voorschriften en kan leiden tot lichamelijk letsel of materiële schade.
• Gebruik het apparaat niet in explosiegevaarlijke omgevingen. Dit betreft bijvoorbeeld
tankinstallaties, opslagplaatsen voor brandstof en ruimtes waar oplosmiddelen worden
verwerkt. Ook in omgevingen waar veel fijnstof voorkomt (bijvoorbeeld meel- of hout-
stof ), mag dit apparaat niet worden gebruikt.
• Gebruik het apparaat niet in de openlucht.
• Stel het apparaat niet bloot aan extreme omstandigheden. Vermijd:
− hoge luchtvochtigheid of vocht
− extreem hoge of lage temperaturen
− direct zonlicht
− open vuur
6