Onderhoud riemen
De spanning van de
aandrijfriem afstellen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Opmerking:
Controleer de aandrijfriem langs de
opening bovenaan het riemdeksel Indien nodig
afstellen.
1.
Parkeer de machine op een horizontaal vlak en
stel de parkeerrem in werking.
2.
Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
3.
Draai de 2 bouten waarmee de riemkap aan de
machine bevestigd is los tot u de riemkap kunt
verwijderen
(Figuur
Opmerking:
De bouten en ringen blijven aan
de riemkap zitten.
Figuur 24
1. Riemkap
4.
Verwijder de riemkap
5.
Schroef de 4 bevestigingsbouten van de
motorplaat en de 2 bouten waarmee de
achterkant van de riemkap aan de motor
bevestigd is los
(Figuur 25
24).
2. Bout en ring (2)
(Figuur
24).
en
Figuur
26).
1. Bout
6.
Zet de spanbout van de riem en de contramoer
los. Schuif de motor naar de behuizing van het
vliegwiel om de riem los te maken
1. Spanbout en contramoer
7.
Stel de spanning van de aandrijfriem af
door de spanbout en contramoer tegen de
g205161
motorbevestigingsplaat te schroeven; hierbij
wordt de motor naar achteren geduwd.
8.
Leg een richtliniaal over de poelies van de
koppeling en het vliegwiel. Draai de spanbout
van de riem aan zodat deze 10 mm speling
heeft wanneer u in het midden duwt met een
kracht van 6,8 kg (indien u een gebruikte riem
aanspant) of met een kracht van 8 kg (indien u
een nieuwe riem monteert)
21
Figuur 25
(Figuur
Figuur 26
2. Bevestigingsbout van
motorplaat
(Figuur
27).
g242386
26).
g016617