Het borduurpatroon bewerken (Borduurinstellingenscherm)
In het borduurinstellingenscherm kunt u een enkel patroon bewerken wanneer patronen niet zijn
gecombineerd. U kunt ook een volledig gecombineerd patroon bewerken als een enkel patroon.
Bovendien kunt u de pijltoetsen gebruiken om het patroon te verplaatsen in het patroonbewerkingsscherm of
om het borduurraam te verplaatsen in het borduurinstellingenscherm. Wanneer u op deze toetsen drukt, wordt
het borduurraam verplaatst.
Het gehele patroon draaien
U kunt het gehele patroon draaien.
1
Druk op
.
Het volgende scherm wordt weergegeven.
1 Hiermee kunt u het gehele patroon draaien.
2 Hiermee kunt u het borduurraam verplaatsen.
3 Hiermee kunt u het borduurvlak controleren.
4 Druk op deze toets om dit scherm te sluiten.
2
Druk op deze toetsen om het patroon in de
gewenste hoek te zetten.
Zie pagina 122 voor meer informatie.
3
4
5
Het borduurpatroon bewerken (Borduurinstellingenscherm)
Druk, indien nodig, op de pijltoetsen om de
positie van het borduurraam te wijzigen.
Zie pagina 72 voor meer informatie.
Druk, indien nodig, op
borduurvlak te controleren.
Zie pagina 32 voor meer informatie.
Nadat u de gewenste wijzigingen hebt
doorgevoerd, drukt u op
Het borduurinstellingenscherm wordt
opnieuw weergegeven.
Memo
● Als u op
drukt om terug te keren
naar het patroonbewerkingsscherm nadat
het gehele patroon is gedraaid, wordt het
patroon weergegeven zoals het was voordat
de rotatiehoek werd ingesteld, maar de
instelling wordt niet geannuleerd. Wanneer
het borduurinstellingenscherm opnieuw
wordt weergegeven, wordt het patroon
getoond in de toegepaste rotatiehoek. Als er
echter een fout optreedt, bijvoorbeeld als
een patroon is vergroot in het
patroonbewerkingsscherm zodat het groter
is dan het borduurvlak wanneer het wordt
gedraaid, wordt de volgende foutmelding
weergegeven.
1 Druk op
om terug te keren naar het
patroonbewerkingsscherm, zodat het patroon
opnieuw kan worden bewerkt.
om het
.
5
129