System Setup
U kunt de System Setup voor het volgende gebruiken:
•
De systeemconfiguratie wijzigen nadat u hardware hebt toegevoegd,
gewijzigd of verwijderd.
•
Een gebruikersoptie zoals een wachtwoord instellen of wijzigen.
•
De huidige hoeveelheid geheugen uitlezen of het geïnstalleerde type vaste
schijf instellen.
OPMERKING:
het scherm van de systeeminstellingen noteren, zodat u die later ter referentie kunt
gebruiken.
Systeeminstellingen openen
1 Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
2 Wanneer het DELL™-logo wordt weergegeven, wacht u totdat de F2-
prompt verschijnt en drukt u vervolgens direct op <F2>.
OPMERKING:
Deze prompt kan zeer snel verschijnen. Let dus goed op en druk direct op
<F2> zodra de prompt verschijnt. Als u te vroeg op <F2> drukt, wordt deze
toetsaanslag echter niet geregistreerd. Als u te lang wacht en het logo van
het besturingssysteem wordt weergegeven, moet u blijven wachten tot u het
bureaublad van Microsoft Windows ziet. Sluit vervolgens de computer af. Zie
"Uw computer uitschakelen" op pagina 9 en probeer opnieuw.
System Setup-schermen
In het System Setup-scherm ziet u de huidige of instelbare
configuratiegegevens voor uw computer. De informatie op het scherm is
onderverdeeld in drie delen: de instelbare opties, het actieve helpscherm, en
toetsfuncties.
Voordat u de System Setup wijzigt, kunt u het beste de gegevens in
De F2-prompt duidt erop dat het toetsenbord is geïnitialiseerd.
Hulpprogramma voor systeem-setup
91