Bijkomende functies
U kan in de volgende situaties de aanwezigheid van de gewenste persoon zien.
• wanneer u een interne persoon belt;
• vanuit het telefoongids of een oproeplijst;
• tijdens het kiezen op naam;
• via een teamtoets (alleen de bezetstatus wordt aangegeven; op de Aastra M535
wordt ook het bijbehorende aanwezigheidssysmbool weergegeven).
Notitie:
Externe toepassingen zoals Open Interfaces Platform (OIP) kunnen van invloed zijn
op uw aanwezigheidsstatus. Contacteer uw systeembeheerder voor meer informa-
tie.
<Aanwezigh.profiel>
<Aanwezigh.profiel>
44
Het aanwezigheidsprofiel activeren:
Druk op de functietoets voor <Aanwezigheidsprofiel>.
Of:
Het aanwezigheidsprofiel kan ook worden geselecteerd via het menu:
Instellingen
>
Algemeen
> Aanwezigheid.
Of:
Selecteer het gewenste profiel via het aanwezigheidsmenu en druk op de fox-
toets Ok.
➔
Het profiel is geactiveerd
Het aanwezigheidsprofiel deactiveren:
Druk op de functietoets voor <Aanwezigheidsprofiel>.
Of:
Selecteer het nieuwe profiel via het aanwezigheidsmenu en druk op de fox-
toets Ok.
➔
Het profiel wordt gedeactiveerd.
De aanwezigheid van een persoon controleren:
Voer een volledige interne naam in en druk op de aanwezigheidstoets.
Of:
Selecteer de gewenste persoon in het telefoongids of in een oproeplijst.
Of:
Druk op de aanwezigheidstoets en vervolgens op een teamtoets.
➔
De aanwezigheidsstatus wordt weergegeven.
Druk
Oproepen
Foxtoets.
➔
Het telefoonnummer wordt opgebeld.
Druk de
Sluit
Foxtoets.
➔
De persoon wordt niet gebeld, geen vermelding in de oproeplijst.
Menu
>
eud-1383/1.0 – R1.0 – 10.2011